Archiefvormers ( Regionaal Archief Dordrecht )
beacon
1.319  archiefvormers
 
 
 
 
Archiefvormende instantie
Stichting Rooms-Katholiek Woonwagenwerk Dordrecht en Omgeving
Naam archiefvormer:
Stichting Rooms-Katholiek Woonwagenwerk Dordrecht en Omgeving
Vestigingsplaats:
Dordrecht
Onderdeel van:
n.v.t.
Afdelingen:
n.v.t.
Opgericht:
in 1961. Bron: notariële oprichtingsakte d.d. 6 maart 1961
Opgeheven:
onbekend, maar na 1983. Bron: onbekend
Ontstaan uit:
n.v.t.
Opgegaan in:
onbekend
Taken:
Het bevorderen van godsdienstige, zedelijke, geestelijke en maatschappelijke belangen van bewoners van woonwagens uit alle lagen van de bevolking, ongeacht godsdienstige of staatkundige gezindheid.
Nadere informatie:
In 1961 werd de Stichting Rooms-Katholiek Woonwagenwerk Dordrecht en Omgeving (later gewijzigd in: en Omstreken) opgericht.
Het bestuur bestond tenminste uit een voorzitter, vicevoorzitter, secretaris en penningmeester, waarbij de functies van voorzitter en vicevoorzitter verenigbaar waren met die van secretaris en penningmeester. Het bestuur bepaalde zelf het aantal van zijn leden en vulde zichzelf aan. Het bestuur werd terzijde gestaan door een door de bisschop van Rotterdam aangewezen geestelijk adviseur, die alle vergaderingen mocht bijwonen. Hij zorgde er onder andere voor dat er geen besluiten werden genomen die in strijd waren met de katholieke beginselen. Later bestond het bestuur uit: een voorzitter, secretaris, penningmeester en twee gewone leden.
In de loop van het oprichtingsjaar 1961 werd onder gezag van de stichting een clubgebouw op het regionaal woonwagenkamp gerealiseerd en met clubwerk begonnen in samenspraak met de woonwagenbewoners en hun kinderen.
Tien jaar later zien we dat onder de vlag van de stichting de volgende personen werkzaam waren: een maatschappelijk werkster (sociaal-cultureel werkster), een kampbeheerder, een kampcorveeër, een school met drie leerkrachten en een handwerkzuster.
Weer tien jaar later hield de stichting zich bezig met: het verzorgen van een zwemclub, het exploiteren van een peutercrèche, het verzorgen van een kinderclub, het houden van een jaarlijkse busreis voor de oudere jeugd, het begeleiden van een voetbalclub, het verzorgen van het Sinterklaasfeest, Kerstfeest en carnaval, het zorgen voor bemiddeling bij problemen, het onderhouden van contacten met scholen, beheer, kruisvereniging, het begeleiden van verhuizingen naar woonhuizen en het mede verzorgen van deelname aan buitenschoolse activiteiten als schoolkamp en schoolvoetbal.
Nadere informatie 2:
De stichting kreeg alle jaren subsidie van de gemeente. Het laatste jaar waarover subsidiestukken in het archief aanwezig zijn, is 1983. Of dit ook het jaar is dat de stichting werd opgeheven of is opgegaan in een andere instelling is onduidelijk, want stukken daarover ontbreken.
 
 
 
 
 
Archiefvormende instantie
Stichting voor Kinderverzorging te Dordrecht
Naam archiefvormer:
Stichting voor Kinderverzorging te Dordrecht
Vestigingsplaats:
Dordrecht
Onderdeel van:
gemeente Dordrecht
Afdelingen:
n.v.t.
Opgericht:
in 1936. Bron: Verordening op de stichting d.d. 7 april 1936
Opgeheven:
gedeeltelijk in 1965, geheel in 1977. Bron: gemeenteraads- en B en W-besluiten in 1977 resp. 1985
Ontstaan uit:
Vereenigd Armen, Wees- en Nieuw Armhuis
Opgegaan in:
n.v.t.
Taken:
In 1936: de duurzame verzorging en opvoeding van wezen en behoeftige minderjarigen in en buiten gestichten, voor zover die verzorging niet geschiedt door andere instellingen.
Nadere informatie:
Eind 1935 nam de gemeenteraad van Dordrecht het besluit tot reorganisatie van de 'sociale diensten' van de gemeente. De naamsverandering van het Vereenigd Armen, Wees- en Nieuw Armhuis, de instelling die stamt uit 1820, was daar een onderdeel van. Deze naamsverandering had tot doel om aan deze instelling een naam te geven die meer passend was voor die tijd, en om haar taak te kunnen verruimen.
Dit besluit stuitte op bewaren bij de meerderheid van het bestuur van genoemd weeshuis, het college van regenten, die de nieuwe instelling in strijd vond met artikel 8 van de Armenwet. Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland vonden in de voorgelegde gemeentelijke stukken echter geen aanleiding hieraan hun
goedkeuring te onthouden. De stichting was in eerste instantie een zogenaamde gemeente-instelling van weldadigheid op grond van de Armenwet. De verordening op de stichting trad in werking op 1 oktober 1936, de datum waarop de 'vernieuwde' instelling, onder de naam van Stichting voor Kinderverzorging te Dordrecht, van start kon gaan.

Het bestuur bestond bij de oprichting met inbegrip van de voorzitter uit zeven leden. De voorzitter werd door het college van B en W benoemd, de overige leden door de gemeenteraad. De voorzitter en twee overige bestuursleden, die vanuit het bestuur zelf daartoe werden aangewezen, vormden het dagelijks bestuur. De directeur van de gemeentelijke Dienst voor Sociale Zaken, of desgewenst een van de ambtenaren van de dienst, fungeerde als secretaris van het bestuur en dagelijks bestuur. De directeur had als adviseur van het bestuur en dagelijks bestuur in de vergaderingen een raadgevende stem.
In 1951 veranderde dit in die zin dat van de overige zes leden (een van de wethouders was immers uit hoofde van zijn functie voorzitter) er twee door de gemeenteraad en vier door de Voogdijraad te Dordrecht werden benoemd.
Nadere informatie 2:
Bij de invoering van de Algemene Bijstandswet per 1 januari 1965 werd de taak van de gemeentelijke Stichting Kinderverzorging te Dordrecht op het gebied van de materiële bijstandsverlening beëindigd. Alle taken die voortvloeien uit de Algemene Bijstandswet zullen door het college van B en W zelf zal worden uitgevoerd, voor wat de algemene aspecten van de bijstandsverlening betreft met assistentie van een in het leven geroepen commissie van advies.
Het verzorgende deel van de taken van de stichting, namelijk de voogdij over een aantal minderjarigen, bleef gehandhaafd totdat de jongste pupil meerderjarig zou zijn geworden.

De Verordening op de Stichting voor Kinderverzorging te Dordrecht uit 1936 werd uiteindelijk in 1977 door de gemeenteraad ingetrokken, waarmee dus ook een einde kwam aan het voortbestaan van de stichting. De formele liquidatie van de stichting vond echter pas plaats in 1985.
 
 
 
 
 
Archiefvormende instantie
Zeemanscollege "Tot Nut van Handel en Zeevaart"
Naam archiefvormer:
Zeemanscollege "Tot Nut van Handel en Zeevaart"
Vestigingsplaats:
Dordrecht
Onderdeel van:
n.v.t.
Afdelingen:
n.v.t.
Opgericht:
in 1818. Bron: gedrukt reglement uit 1883
Opgeheven:
in 1915 of enige jaren daarna. Bron: kasboek over 1898-1916
Ontstaan uit:
n.v.t.
Opgegaan in:
n.v.t.
Taken:
Oorspronkelijk: het bevorderen van de handelsbelangen van de leden.
Later voornamelijk: het functioneren als gezelligheidsvereniging voor Dordtse zeekapiteins.
Nadere informatie:
Eind 18de, begin 19de eeuw deed in ons land een nieuwe verenigingsstructuur voor zeevarenden haar intrede, bekend als zeemanscolleges - in de plaats van de aloude schippersgilden. Op 17 oktober 1818 werd ook in Dordrecht een dergelijk zeemanscollege gevestigd met de naam: Zeemanscollege "Tot Nut van Handel en Zeevaart".
Het Zeemanscollege in Dordrecht kende effectieve leden (varende en rustende zeekapiteins) en honoraire leden (notabelen en ondernemers op het gebied van de zeevaart). Zeelieden van lagere rang konden geen lid worden, maar hun werden wel giften toegekend uit de armenkas van het Zeemanscollege.
Naast een entreebedrag betaalden de leden een jaarcontributie.
Het bestuur (directeuren genaamd) bestond uit vier leden (rustende zeekapiteins of honoraire leden) met de functies: president, vicepresident, secretaris en penningmeester. Varende zeekapiteins waren immers fysiek niet beschikbaar voor bestuursfuncties. Het bestuur werd voor vier jaar benoemd door de leden.
Het Zeemanscollege kende, als gezegd, een armenkas voor de ondersteuning van arme en ongelukkige zeelieden of hun verwanten.

Het oorspronkelijke doel, het behartigen van de handelsbelangen van haar leden, raakte in de loop van de tijd meer en meer op de achtergrond. Het Zeemanscollege behield wel een armenkas, maar evalueerde verder tot een soort sociëteit voor de Dordtse kapiteins op de grote vaart. Na een bloeiperiode in het midden van de 19de eeuw, ging het geleidelijk aan achteruit met de rol van het Zeemanscollege in Dordrecht, net als elders het land.

In de Dordrechtsche Courant komen regelmatig korte mededelingen over het Zeemanscollege voor. Bijvoorbeeld in 1892 dat er sprake is van 15 effectieve en 36 honoraire leden, en dat dit er in 1908 nog maar 1 resp. 5 zijn. De krant vermeldt in 1913 dat er net als in 1911 aan enkele nuttige instellingen op scheepvaartgebied uit het bestaande fonds van het Zeemanscollege steun werd verleend.
Nadere informatie 2:
Uit de bewaard gebleven stukken blijkt niet precies wanneer het Zeemanscollege is opgeheven. De laatste boeking in het kasboek over 1898-1916 dateert van 6 maart 1915.
 
 
 
 
 
Archiefvormende instantie
Vrouwenraad Dordrecht
Naam archiefvormer:
Vrouwenraad Dordrecht
Vestigingsplaats:
Dordrecht
Onderdeel van:
n.v.t.
Opgericht:
in 1977. Bron: jaarverslag 1977
Opgeheven:
in of na 1985. Bron: onbekend
Ontstaan uit:
notulen van de oprichtingsvergadering op gezamenlijke vrouwenorganisaties van het Eiland van Dordrecht
Opgegaan in:
onbekend
Taken:
Het bevorderen van de samenwerking van de aangesloten organisaties, teneinde vanuit een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid de deelname van de vrouw aan alle facetten van de samenleving te stimuleren. De samenwerking is gebaseerd op de eerbiediging van de identiteit van elke deelnemende organisatie.
Nadere informatie:
Wonderlijk genoeg zijn alleen ongedateerde conceptstatuten van de Vrouwenraad Dordrecht bewaard gebleven, zodat uit haar jaarverslag over 1977 moet blijken dat dit haar oprichtingsjaar was.
De Vrouwenraad Dordrecht probeerde het in de conceptstatuten omschreven doel te bereiken door: het bevorderen van samenwerking en overleg tussen de aangesloten organisaties; het fungeren als forum voor aangesloten organisaties met het doel te komen tot een beter gefundeerd oordeel en beter begrip voor elkaars standpunt; het fungeren als contactadres voor overheid en maatschappij; het bevorderen van praktische sociale dienstverlening; en het bevorderen van inzicht door het verstrekken van informatie, het organiseren van cursussen enz.
Elke vrouwenorganisatie in de stad kon zich aansluiten, mits ze de doelstelling van de Vrouwenraad Dordrecht kon onderschrijven. De geldmiddelen bestonden uit de contributie van de leden, bijdragen van opdrachtgevers, subsidies en andere baten.
Het algemeen bestuur bestond één vast lid per aangesloten organisatie, bij voorkeur haar voorzitter. Het algemeen bestuur koos uit zijn midden een voorzitter, een secretaris, een penningmeester en zo nodig een vicevoorzitter. De Vrouwenraad Dordrecht vergaderde tenminste driemaal per jaar, waaronder de jaarvergadering.

Het laatste jaarverslag in het aan het Regionaal Archief Dordrecht overgedragen archief van de Vrouwenraad Dordrecht dateert van 1984. De laatst bewaard gebleven notulen zijn van 16 januari 1985, met de aankondiging van een volgende vergadering op 3 april 1985; geen latere agenda's en notulen. Onduidelijk is daarom wanneer na 1985 de Vrouwenraad Dordrecht is opgeheven, of dat zij op enig moment is opgegaan in een andere instelling.
Archieftoegang(en):