Golden Lion, ook wel The Golden Lion of Orkest Golden Lion, komt voort uit het trio ELBRA (Ellende en Brandhout) bestaande uit Lydia Suijkerbuijk (zang), Alex van Kammen (toetsen) en Jerry Veit (drums). Door het toenemende aantal optredens kan Veit dit niet meer combineren met zijn baan en verlaat hij het trio. Voor hem in de plaats komt Henk Elzinga, ook trekt de band bassist Dries Plenter aan.

De band heeft een commercieel repertoire en met name in dancings en nachtclubs spelen ze (softe) disco. Omdat ze repeteren in De Gouden Leeuw, waar ze intussen ook huisorkest zijn geworden, besluiten ze, op 17 juni 1976, om ook zo te gaan heten. Maar dan wel in het Engels om het een internationaal tintje te geven. Golden Lion is daarmee een feit. Al snel krijgt de band nog een internationaal tintje in de vorm van twee muzikanten uit Australië: gitarist Henry Hart en zijn vriend bassist Larrie Foster. Dries Plenter gaat zich dan toeleggen op zang en percussie.

In maart 1977 wordt Foster Nederland uitgezet en neemt Dries Pleiter de basgitaar weer tijdelijk ter hand. Een nieuwe basgitarist wordt gevonden in de persoon van Gerard Ammerlaan. De band wordt tussendoor nog even ontbonden, maar maakt een doorstart met Henk "Torpedo" Kuiper als drummer. Die krijgt een auto-ongeluk en er volgt een tijd van bezettingswisselingen. Eén van de oorzaken is dat veel muzikanten tegelijkertijd in andere bands zitten en dus soms andere verplichtingen hebben. De rompslomp rond het regelen van optredens is voor bandleider Alex van Kammen reden om dit in halverwege 1978 uit te besteden aan Theaterburo Jan Vis uit Den Bosch.[1] In september 1978 spelen mee: Lydia op zang, Giorgio Chiavero op drums, Alex Stefanissen op gitaar, Pedro Ramirez op basgitaar en fluit en Alex op toetsen. Toch lijkt eind 1978 het doek te vallen voor Golden Lion.

Noten:
[1] uit: interview met blad 'Bühne', september 1978

Aanvullingen: Gerard Groothuis

Na een auto-ongeluk van drummer Henk 'Torpedo' Kuiper is Gerard Groothuis zijn vervanger. Omdat Groothuis op dat moment bij de Rijksdienst voor het Wegverkeer in Veendam werkt, is het lastig voor hem 's middags al klaar te staan voor een optreden 's avonds. Uiteindelijk gaat de band in mei 1978 op zoek naar een andere drummer, in dit geval Gus Boltendal. Hij blijft tot het eind van de band in datzelfde jaar.