Het duo Die Twee (Paul Penninkhof en Frans van Dorp) schrijft liedjes en treedt daar ook af en toe mee op.

Optredens vinden onder meer plaats tijdens de KEI-week en het festival Help de Koerden uit de nood.

Het debuutoptreden van de heren in café Het Wapen van Brussel is kort maar gedenkwaardig. Het publiek komt voor de later spelende feestband en wordt allengs rumoeriger. Dan, tijdens een epos over een mislukte relatie komt een ladderzatte man voor het podium staan, die met dubbele tong roept: "Most doarmet ophol'n, dat heb ik almoal zelf ook metmoakt!". Even later komt uitbater Jaap met de volle gage en het vriendelijk verzoek om asjeblief te stoppen. Aldus geschiedt.

Enige liedjes van Die Twee komen op het repertoire van Trio Joop, Paul en André en Pieterburenoverlast, waaronder Roomboterbabbelaar, Reus van de weg, Wilma heeft een waterbed en Depri nee depro ho (turbo therapie). Een optreden met de scabreuze nummers 'De Lul' van Hielke Sinnema en 'Ik was mijn moeders nummer één' in het VARA televisieprogramma "De Nacht" wordt er om onopgehelderde redenen uitgeknipt.