Uw zoekacties: Kranten

Kranten ( Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC) )

Oude kranten zijn bij uitstek geschikt om informatie te vinden over grote en kleine gebeurtenissen uit het verleden, maar ook vind je er veel gegevens in over personen, advertenties van bedrijven, verslagen van sportwedstrijden enz.

Hier kun je op ieder willekeurig woord zoeken in tienduizenden krantenpagina's van voornamelijk lokale kranten uit Noordoost-Brabant:

- Boxmeers Weekblad, 1868-1945 (Boxmeer en omstreken)
- De Echo, 1881-1945 (Cuijk en omstreken, Gennep en Zuid-Gelderland)
- Graafsche Courant, 1852-1949 (Grave tot Boxmeer en omstreken)
- Udensche Courant, 1910-1970 (Uden, Veghel, Erp, Boekel, Gemert en omstreken)
- Krantenknipsels Bende van Oss

De jaargangen t/m 1945 zijn online te doorzoeken en bekijken, de jaargangen vanaf 1946 vanwege auteursrecht alleen op onze studiezaal.

Let op: alle teksten zijn via ocr (optical character recognition, automatische tekenherkenning door de computer) toegankelijk gemaakt. De ocr-software maakt daarbij veel fouten. Een i of l wordt dan bijvoorbeeld als een 1 herkend. Houd hier rekening mee bij het zoeken.

Tip: veel Brabantse kranten kun je ook doorzoeken via www.delpher.nl

> Algemene hulp en zoektips

beacon
42.849  zoekresultaten
sorteren op:
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Krantenpagina
Graafsche Courant, 1854 datum onbekend; 2
Naam krant:
Graafsche Courant
Pagina:
2
Datum:
1854 datum onbekend
Jaargang:
1854
In Beijeren heeft men proeven genomen cm rpgge te gelijk met zomergerst, van elk de helft van de ge- Wonehoeveelheid zaaizaad uit te zaaijen.Degerst,door- dien zij zeer ruim staat, verdrukt de rpgge niet, die evenwel, gelijk altyd winterrogge, welke in het voor- jaar wordt gezaaid,niet opschiet. Zoodra echter de gerst is gemaaid, schiet de rogge op; afgemaaid v66r den winter,levert zij eeneruime hoeveelheid van voeder op, en in het vo|gende yoorjaar op nieuw doorgroeijende, heeft men een geweldig uitstoelen van de zeer forsche planten te verwachten.Het is wel der moeite waard,oin deze proef, op schoon en welig land natuuriijk te neU men; in plaats van den akker voor de rogge te bestel- len en alzoo uit te geven, zbu men eene niet te versma- den hoeveelheid veevoeder van den akker trekken.juist in eenen tijd, wanneer dat zeer te pas komt. L.C. (LOGOGRYPH) No. 1. Slechtfl met vijf letters kan me iedereen noemen, k Ben een produkt, waarop Holland kan roemen; En robfl men 't hart mij, 'k blijf tocli nog de man, Die 't ihagtigat rijk sl^chts in stand houden kan. (CHARADE) No. 4, Hij, die mija eerste schai, lal wia naar't tweede trachten, ^ En die mijn eerst* verzuimt, die loont mijn tweede niet. Die 't eersl^' aan 't laatst'besteedt, heeft lof cu loon te wachleii; Maar hij, die't eerst' verkjyist, door't laatst' gering te achlen, Wordt veel bij schat en goud, verteerd door ziels-yerdriet. Hoe meer gij 't eerst' bemint, hoe sneller 't n onlvliedt, Hoe meer gij 't jaagt, hoe meer gij 't bij u verloeven liet. j Daarbij doet gij door 't laalst' het eerste Tan u vlieden. 't Geheel een werk Tan kunst, dient rijke en arme licden. C. Wij hebben de volgende goede oplossing van de charades No. 2 en 3 ontvangen : ©oor't eerst* tersta ik c?awi, en door het tweede lord, l^chl hadden de arme lidn, dien dagelijka vol gort get spek of zoule-vleesch, dit zou hun heerlijk smaken; JJreng dim en lord te catm, dan kiint gij 't antwoord maken, ©ok lag 'k in nummer drie, ik lal 't er maar inla
Gevonden alinea's: 1
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Krantenpagina
Graafsche Courant, 1939-11-18-1; 3
Naam krant:
Graafsche Courant
Pagina:
3
Datum:
1939-11-18-1
Jaargang:
1939
KATHOLIEK STUDENTENLEVEN IN HONGARIJE. Zooals overal, is ook in Hongarije het bondsleven onder de studenten, vooral onder de Katholieke studenten, zeer ont- wikkeld. Steeds heeft men er bonden ge- kend, met en zonder godsdienstigen grond- slag, waarvan het doel was, de geesteUjke en stoffelijke belangen hunner leden te behartigen, zonder zich in de eerste plaats op wetenschappelijk terrein te bewegen. De verschiUende onderwijsorden hebben er altijd naar gestreefd, vooral in het gods dienstig en zedelijk belang hunner leerUn- gen en oud-leerUngen, het contact met hen zoo lang mogelijk te behouden. Zoo ontstonden in Hongarije de vele bonden van oud-leerlingen, die, sympathie gevoelend voor hun vroegere leermeesters en hun voormalige school, regelmatig hun bijeenkomsten houden. Vooral in de moeilijke tijdsomstandig- heden, waarin ook het land der Magy- aren de laatste jaren verkeert, hebben der- gelijke vereenigingen aan beteekenis ge- wonnen, omdat zij, die gekomen tot een voorname kerkelijke, militaire, politieke of ambtelijke positie, het als een plicht van goede kameraadschap beschouwen, hun stu- diegenooten, die buiten hun schuld zonder maatschappelijke positie geraakten, met raad en daad terzijde te staan en tevens de thans studeerende jeugd, wier toekomst zoo duister en onzeker is, zooveel mogelijk te helpen en te ondersteunen. Aan de > orde der Paters Cisterciensers komt de eer-toe, de Katholieke studenten van Hongarije in een grooten Katholieken bond, de „Foederatio Emericana", te heb ben vereenigd. In dezen bond nemen, het- geen voor ons eigenaardig schijnt, juist de vroegere studenten een voorname plaats in. Met hun gelden worden behoeftige stu denten van thans geholpen en wordt het hun mogelijk gemaakt hun studies te vol- tooien. Dit is een uiting van solidariteit.
Gevonden alinea's: 2
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Krantenpagina
Graafsche Courant, 1939-11-18-1; 1
Naam krant:
Graafsche Courant
Pagina:
1
Datum:
1939-11-18-1
Jaargang:
1939
Sint Nicolaas, de gever van goede gaven. Sint Nicolaas, die met zijn stoomhoot van Spanje komt en Bisschop van Myra was in Klein-Azie. Rond de figuur van dezen hei- ligen Bisschop hangen diclite nevelen van het verleden en over de figuur van den Heilige is veel geschreven en gepolemis- seerd. Vooral een veertig jaren geleden, toen in Nederland de beoefenaars van de Volkskunde een onderzoek gingen instellen of alle gebruiken rond het Sinterklaasfeest van Christelijken oorsprong waren. Want tenslotte kwam men bij het onderzoek naar het leven van den H. Bisschop van Myra, tot de ontdekking, dat er van de vele legen- den cm zijn persoon weinig was, dat his- torisch vaststond. De vrome legenden, die vooral rond onze vroegere heiligen heen ge- weven zijn, missen dikwijls een historisch- juisten ondergrond. Niet dat zij daarom minder dierbaar zijn aan de ziel van het volk. Maar de Middeleeuwsche schrijvers van heiligenlevens borduurden zoo graag wonderverhalen rond de heiligen heen en wat ze van den een vertelden, verhaalden ze evenzeer van den ander, opdat de eene heilige niet minder eerbiedwaardig aan het volk zou voorkomen dan de andere, ^ het was niet meer het doel van de schrijvers, stichtelijke verhalen te vertellen dan his torie te schrijven. De heilige, waarvoor zij bijzpnder veel vereering hadden, werd voor al opgesmukt en in de wonderen gezet, en de volksfantasie in de overgeleverde won derverhalen werd door de schrijvers nog een beetje aangedikt. Niet anders is het gegaan met den Bis schop van Myra, die in de vierde eeuw als Bisschop in de stad van Klein-Azie een grooten naam had. Hij werd vroeger vaak afgebeeld met een boek waarop drie gouden appelen lagen, want, verhaalde men, de heilige had, bij een armen man met drie dochters, die hij niet kon uithuwen, omdat hij hun geen bruidschat kon meegeven, drie maal een huwelijksgift des nachts door het raam geworpen. Anderen zeiden, dat hij op de Kerkvergadering te Nicea zoo schoon en kloek de Heilige Drievuldigheid
Als je zoo in den St. Nicolaas tijd door de straten loopt en je ziet al die mooie ver- lichte winkels, die met elkaar wedijveren in het uitstallen van het mooiste en aanlok- kelijke speelgoed, dingen zoo fijn, dat je ze wel allemaal tegelijk aan den Sint zoudt willen vragen, dan kun je je haast niet in- denken, dat die St. Nicolaaspret in vroeger tijden soms verboden is geweest. En toch is dat zoo. Uit het oude Holland van de 17e eeuw is een „keur" of „ordonnantie" bekend — dat is, wat wij tegenwoordig een politie- verordening zouden noemen — waarin het ,setten van craemen opten Nicolaesavond"" verboden werd. De overheid van dien tijd vond dat „teghens alle goede orde ende polityc" en daarom, zoo stond er, behoort het „niet en getolereerd" te worden. Getole- reerd is toegestaan, dat begrepen jullie mis schien al wel. De menschen gebruikten in dien tijd veel Fransche woorden nog meer dan tegenwoordig! Ook de vroede vaderen van Arnhem wa ren vroeger weinig te spreken over de St. Nicolaasviering. Het zetten van een schoen en het bakken van Sinterklaaskoek vonden ze heelemaal niet te pas komen. In een keur van het jaar 1622 werden die beide dingen verboden tot groot verdriet van alle Arn- hemsche kinderen, en ook van vele oude- ren want die lustten de Sinterklaaskoek ook wel! En de reden? zullen jullie vragen. Wel, men dacht, dat de viering van den verjaardag van den goeden Heilige de men schen zou afleiden van „de ware Godes- dyenst". Later heeft men wel ingezien, dat men daar niet bang voor hoefde te zijn en toen kon de Sinterklaaspret overal onge- stoord zijn gang gaan. Trouwens, uit een oud liedje, 66k uit dien- zelfden tijd, toen sommige menschen vrees- den, dat de vereering van God onder de St Nicolaasviering zou lijden, kiln je al zien dat bij alle vereering van den goeden bis schop God heelemaal niet werd vergeten en dat Hem de hoogste eer werd gelaten Dat liedje, dat in 1658 in Gouda werd ee- zongen, luidde: Sint-Niklaas, bisschop, goed heilig man, Wilde wat in
Gevonden alinea's: 3