108 Peternel dochter van Michiel Vaders verwekt bij Erken Willem Martens van de Ven, Peternel thans weduwe van Corstiaan Godschalcx, wonend Den Dungen, erfgename van haar tante. Machtiging om in Den Haag leenverhef te laten doen van een huisje etc. groot ca. 4 lopenzaad, staande te Casteren onder Liempde, met het water, genoemd *den Arm* (heet het huisje zo of het water?), met nog een plak land waar eerder een rosmolen op stond, alles afkomtig van haar tante (van de Ven).
wijlen Anna Willems van de Ven, tante van Peternel, erflaatster
heer Philip van Delden ten Beeckhuijsen, inwoner Den Haag, gemachtigde
de kinderen van Jan Daniels, belendend Liempde
Willem Gerits van Gerwen, inwoner en notarisgetuige Den Dungen 1712
Willem Mans de jonge, inwoner en notarisgetuige Den Dungen 1712

35 secretaris Nicolaes de Leuw, had octrooi van de Raad van Brabant verkregen d.d. 20 april 1687 voor de tiende te Middelrode, waarvan hij het vruchtgebruik had na dood van zijn eerste vrouw Maria van Daevervelt. Hij mocht die tiende belasten met 400 gulden, mits dat hij zou zorgen voor onderhoud van zijn zoon Johanis de Leeuw. Voor de lening zou hij als onderpand ook zijn bezit onder Lithoijen stellen.
heer Geraert Croon, drossaard van Geffen en Nulant was gemachtigde, maar heeft nog geen geld kunnen opnemen, er zijn wel geldschieters maar die willen de tiende dan voor enkele jaren zelf pachten, maar daarvoor biedt het octrooi van de Raad van Brabant geen mogelijkheid.
meester Hendrick van Daeverveldt, chirurg te Middelrode, oom van Johannis van Daevervelt en Johannes als neef van Johannis de Leuw
sr. Rudolf Tibos, koopman van wijnen in Den Bosch, zal het geld van 400 gulden direkt aan drossaard Croon overhandigen, waarvoor Tibos de tiende in beheer krijgt en het vruchtgebruik ervan zal hebben voor 6 jaar , mits daarvan de dorpslasten zullen worden betaald. Alles onder voorwaarde van toestemming van de Raad van Brabant.
juffrouw Maria weduwe van predikant Schuijl (ook gerechtigde in de tiende)
notaris Philips van Delden in Den Haag d.d. 23 april 1687
meester Adriaen Aerts van Boxtel, notarisgetuige Berlicum 1687
Jan Adriaan Jan Joosten, notarisgetuige Berlicum 1687

36 Jan Wellens als man ende momboir van Elisabeth van de Sande sijne tegenwoordige huijsvrouwe, Lambert van de Sande, susters ende broeders die welcke verclaerde machtigh te maken soo als sij sijn doende bij deesen de heer Philip van Delden, omme ten behoeve van de comparanten met de ledige hant te verheffen ende tot sterfman te laten stellen den persoon van Lambert van de Sande, wegens seckere hoijbeempt gelegen ter plaetse inden Diependael.

215 Voor schepenen en substituut-secretaris van Vechel verscheen Joncker Christoffel Jacob Dirix 'als universeelen erfgenaem van sijnen oom d' heer Engelbert Dirix, hem fort en sterck makende int stuck van desen voor de kinderen ende erfgenaemen van Joncker Rogier van Broeckhoven'. Hij machtigt Philips van Delden, 'notaris ende eersten clercq van den Edel Mogende Rade ende Leenhove van Brabant in s'Gravenhage', om namens hem te verschijnen voor 'de heeren stadthouder ende leenmannen van den welgemelten leenhove ende aldaar soo ten behoeve van hem comparant als een der voorschreven erffgenamen van wijlen Joncker Rogier van Brouckhocen, te verheffen een gerechte derde part in de halve thiende, wesende een sesten deel in de geheele thiende, tot Groot Liembde, niets daer van uitgescheijden, soo wel coren als smaelthiende, werdende het voorschreven sestendeel begroot op seventhien midden jaerlijcx. Ende noch twee helften van eenen erffpacht t' samen groot twaelff mudden rogh jaerlijcx bij reductie betaelt wordenden met acht en veertich gulden jaerlijcx, beset ende veronderpandt op de goederen van den heere van Mierlo mette toebehoorten, de voornoemde erffgenamen aengecomen bij doode van den voornoemde Joncker Rogier van Broeckhoven, hennen overgrootvader salliger en bij Petrus van Broeckhoven, in sijn leven canonick tot Santen, in fidecommis beseten, tot dijen hier toe te doen hulde, eedt ende manschap, mitsgaders de hergewaden ende hoffrechten te betaelen ende hem comparant ende constituant tot sterffman van dese leen te stellen'. Getuigen: C. van der Hagen en Jan van der Mee, schepenen, en H. Bijmans, substituut-secretaris.