167 Pieter Benjamin Pape als gevolmachtigde van Catharina Torsinck weduwe en boedelhoudster van Anthoni Gerard Hoppenbrouwer, in leven schepen en syndicus van Grave ter eenre en Gerard Torsinck, rentmeester der domeinen en grootvader en bloedvoogd maternel van minderjarige kinderen Daniel Gerard en Anna Margaretha Hoppenbrouwer ter andere zijde geven te kennen dat tot nog toe onverdeeld zijn gebleven de boedel en nalatenschap en dat er een deugdelijke magescheid wordt opgesteld om daarin te voorzien en het eerste lot zal bestaan uit 8589 gulden, 17 stuivers en 4 penningen, terwijl het tweede lot zal bestaan uit 8700 gulden, zodat de ontvanger van het tweede lot aan het eerste lot moet betalen een bedrag van 110 gulden, 2 stuivers en 12 penningen.

87 Willem Erkelens ter ene zijde en Heijmen Ermers van Luijnen als executeur van het testament van Jan Reijs en Marcelis Berents, Johan Putman, Jan van Wanroij en Hermen van den Hooge voor zich en zich sterk makend voor verdere mede-erfgenamen ter andere zijde hebben de nalatenschap van Jan Reijs verdeeld in zeven loten, waarin onder andere zijn opgenomen het huis aan de Hampoort met brouwerij, hof, stal en achterhuis; de steenoven in de Wijth met twee morgen vrij erf; de Keent met het Konijnenbosje onder Cuijk; de morgen op de Smert onder Velp; de halve kamp in de Lage Mars te Grave; de Nieuwe kamp in Groot-Linden; de halve hof aan de Langenboom; het achterste kampje Op Den Ham en het kampje Op den Wiel; de twee voorste kampjes Op Den Ham, de Steenoven tot Gassel groot 1 ½ morgen en de Haverkamp te Gassel.

153 Jan Peeters ter eenre en Gerritije zijn zuster geassiteerd met Jan Verhaagh als oom en momboir; Arien Naben en Geerit Willems ter ander zijde; Jan Peeters en voorschreven Gerittije als kinderen en erfgenamen van Peeter Geurts en Metken zijn vrouw zaliger welk volgende de comparanten de nagelaten goederen van hun ouders in de minne verdelen(nadat Jan Peeters de keur van de geleide loten heeft gegeven) aan zijn zuster Gerritije geschift, gescheiden en gedeelt de voorschreven goederen in 2 gelijke loten gelegd hebbend, zulks dat de voorschreven Jan Peeters in zijn lot bekomen heeft een stuk land genaamd de Ganscamp tot Groot Linden aan de aardweg in voren en palen; een stuk land tot Boxmeer genaamd de Althof; het hof in voren en palen. Heeft de voorschreven Geerittije Peeters tot haar lot gekozen en verkregen de volgende percelen: Een huis met huis en hofstad met een dries tot Groot Linden; een stuk land genaamd Brantijes Camp, zo groot en klein als in voren en palen tot Linden; een weicamp aan t Eindt.

130 Merrij Peeters geassisteerd met haar zoon Peter Geurts haar gekoren momboir ter eenre en Dirck Hendricx en Thijske Claessen echtelieden ter andere zijde verklaren dat Merrij Peeters aan Dirck Hendricx en Thijske Claessen verkocht heeft een huis, hof en bouwland onder deze gerichte, mitsgaders de inboedel, bed, bultpot, ketel, paarden beesten, uitgezonderd de kasten, een ketel, een pot en een bed, die Merri Peeters eeuwig en erfelijk zal behouden. Voor welke goederen de voorschreven Dirck Hendricx en Thijske Claessen aan Merrij Peeters betalen 900 carolusgulden, te weten 450 carolusgulden erfelijk, daarvan Merrij Peeters reeds ontvangen heeft 250 carolusgulden en de andere helft zal Merrij Peeters levenslang als tochterfe jaarlijks 5 % intrest genieten, als ook voor de resterende 250 carolusguldens met dien verstande dat de 250 gulden de voorschreven Merrij Peeeters en bij haar overlijden haar erfgenamen erfelijk zal genieten en profiteren en de resterende 450 carolusguldens die de voorschreven weduwe in tochte zal blijven bezitten en in het voorschreven goed zal blijven staan, zal met haar overlijden bij de voorschreven Dirck Hendricx en Thijske Claessen en hun erven erfelijk voor hun vaders goed geprofiteerd worden.