A. Jan Snoeij bouwman wonende Rockanje als in g.v.g. gehuwd met Neeltje de Kievit en Willem Rietdijjk bouwman wonende Rockanje als in g.v.g. gehuwd met Teina de Kievit ter eenre zijnde zij Neeltje en Reina de Kievit enige kinderen en erfgenamen van Arij de Kievit en Aerentje Klok beiden gewoond hebbende en overleden te Rockanje, B. Jacomijntje Manintveld zonder beroep, wonende Rockanje weduwe van Leendert Briggeman, Teunis Briggeman arbeider wonende Rockanje en Pleun van Lint arbeider wonende aldaar in g.v.g. gehuwd met Kornelia Briggeman ter andere welke Teunis en Kornelia Briggeman zijn enige kinderen van de comparante Jacomijntje Mantintveld en haar genoemde man Leendert Briggeman. De comparanm ter ene verklaren aan die ter andere zijde en wel aan ieder hunnen voor zodanig gedeelte als waartoe zij gerechtigd zijn in de boedel van de comparante Jacomijntje Manintveld en wijlen Leendert Briggeman te hebben verkocht al de hun toekomende rechten op de volgende goederen, bij hen verkregen uit de nalatenschap van genoemde Arij de Kievit en Arendje Klok gelegen binnen Rockanje aan de Lodderlandsedijk in de hoek Vogelenzang polder Hoog en Laag Strijpe, kad. bek. als weiland groot 25 aren 20 ca sectie C nr 655, weiland groot 47 aren 70 ca sectie C nr 657, huis en erf groot 15 aren sectie C nr 836, welke goederen door Arij de Kievit in eigendom zijn verkregen blijkens akte op 05/04/1841 voor de te Brielle residerende nts Pieter van Andel verleden en overgeschreven ten hypotheekkantore te Brielle op 12/06/1841 in deel 11 nr 46 aan Leendert Briggeman in erfpacht uitgegeven van 01-05-1841 tot 01-05-1881 in welk tijdvak het op nr 836 staande huis door de erfpachter is gebouwd en alzo eigendom is van de kopers. De koopprijs bedraagt 1000 gld, welk bedrag de verkopers verjklaren van de koper te hebben ontangen, waarvoor kwijting bij deze.

1. Leendert de Man tuinier wonende Brielle voor zich en als vader-voogd over Abraham, Hendrika en Francina de Man kinderen uit zijn huwelijk met Jobje Moerman, ab intestato overleden te Brielle op 13-06-1874, 2 Kornelis de Man tuinier wonende te Brielle als toeziend voogd over genoemde minderjarigen. Zij gaan over tot de scheiding van de gemeenschappelijke boedel van Leendert de Man en wijlen Jobje Moerman voornoemd, die in g.v.g. gehuwd zijn geweest en de nalatenschap van laatstgenoemde bestaande uit niet anders dan de helft van hun boedel, waartoe gerechtigd zijn haar bovengenoemde kinderen als haar enige erfgenamen bij versterf. Zij verklaren dat op-8-02-1876 ten overstaan van nts Pieter van Andel te Brielle is opgemaakt de beschrijving van de gemeenschappelijke boedel welke tot basis van deze scheiding zal dienen. De roerende goederen alhier zullen worden gebracht tegen de waarde waarop zij bij de beschrijving zijn getaxeerd en de onroerende goederen tegen de waarde waarop zij zijn getaxeerd door Jan Langendoen bouwman te Oostvoorne, Leendert Koelder metselaar en Johannes van der Reijden Marinuszoon timmerman wonende te Brielle door belanghebbenden benoemd tot deskundigen, waarna men is overgegaan tot het opmaken der staat der baten en schulden. Er is zuiver te verdelen f. 900,00. De nalatenschap bedraagt dus f. 450,00 waarin elk der kinderen is gerechtigd tot f. 150,-- Aanbedeling aan Leendert de Man al de onroerende goederen bestaande in een pakhuis en erf aan de Groenmarkt, kad. bek. sectie B nr 852, groot 66 ca, getaxeerd op 300 gld, een huis en erf aldaar kad. bek. sectie B nr 854 groot 67 ca gewaardeerd op 900 gld, een tuin in Brigitte, kad. bek. sectie B nr 1280 groot 13 aren 40 ca gewaardeerd op 700 gld, tezamen f. 1900,00 en hij is gerechtigd tot 450 gld, alle schulden ad f. 1217,90 terwijl door hem aan zijn kinderen zal worden uitgekeerd f. 232 gld 10 ct, makende tezamen f. 1900,00 en aan de kinderen de roerende goederen ad f. 217,90 tezamen met de

Pieter van Andel notaris wonende Brielle verkoopt in het openbaar een huis en erf met tuin gelegen te Brielle aan de westzijde van de Voorstraat kad. bek. als een huis met 5 roeden 20 ellen erf sectie B nr 198, wijk 2 nr 93, aan hem in eigendom aangekomen bij onderhandse akte van transport getekend 09-02-1875 en overgeschreven ten hypotheekkantore te Brielle op 15-02-1875 in deel 158 nr 26. Hoogste bieder Leonardus Visser wethouder van en wonende Brielle om 3500 gld voor zich of nader te noemen meester. Volgende akte 16/06/1880. Het pand wordt opnieuw opgehangen, afgeslagen en gemijnd voor Johannes Pols vleeshouwer wonende Brielle om 4100 gld aan wie het perceel wordt gegund.

1. Dirk Tol arbeider wonende Rockanje als in g.v.g. gehuwd met Kornelia Groeneveld voor zich en voorts a. als gemachtigde van Pietertje Dijkman weduwe van Engelbrecht van den Ban zonder beroep wonende Rockanje, en b van Adrianus Groeneveld koopman wonende Hellevoetsluis als toeziend voogd over na te noemen Engelbrecht Groeneveld, 2. Kornelis Groeneveld melkboer wonende Rockanje als vader en voogd over gemelde Engelbrecht Groeneveld minderjarig met genoemde Kornelis Groeneveld kinderen uit het huwelijk van hem Kornelis Groeneveld en Jannetje van den Ban overleden 25-01-1861. 3 Bouwen Langendoen bouwman wonende Rockanje als in g.v.g. gehuwd met Maartje van den Ban, 4 Hugo Noordermeer bouwman wonende Rockanje als in g.v.g. gehuwd met Kornelia va den Ban. Zij willen overgaan tot de scheiding van de gemeenschappelijke boedel van genoemde lastgeefster Pietertje Dijkman en haar echtgenoot Engelbrecht van den Ban, overleden te Rockanje 13/12/1879 als mede zijn nalatenschap en dat voormeld echtpaar van den Ban-Dijkman gehuwd geweest is in g.v.g.; dat Engelbrecht van den Ban bij zijn testament op 30/08/1852 voor de destijds te Brielle gevestigde nts Pieter van Andel zijn echtgenote Pietertje Dijkman heeft gesteld tot erfgename van het beschikbare gedeelte zijner nalatenschap en bij zijn testament op 14/10/1879 voor nts H.L.M van Kruijne aan zijn genoemde kleinkinderen Engelbrecht en Kornelia Groeneveld heeft gelegateerd het hem persoonlijk in eigendom toebehorend onroerend goed bestaande in huis en erf sectie B nr 812 groot 2 aren 16 ca in Drenkeling gemeente Rockanje en huis, tuin en erf aldaar aan de Varkenstraatschendijk sectie B nr 813 groot 7 aren 74 ca en zulks tegen inbreng in zijn nalatenschap van 400 gld ,dat tot zijn nalatenschap zijn gerechtigd voor het beschikbare gedeelte zijn weduwe en voor het overige zijn uit dat huwelijk geboren kinderen Maartje, Kornelia en wijlen Jannetje van den Ban voornoemd of wel voor deze laatste bij plaatsvervulling van haar