In 1674 werd er een nieuwe molen voor de Zuid- en Noordeinderpolder gebouwd, nadat de oude molen in 1673 was afgebrand. De molen werd opgeleverd als binnenkruier, maar het is in de loop der tijd omgebouwd tot buitenkruier. Dit moet voor de werkzaamheden aan de kap van de molen in 1835 en aan de fundering in 1841 hebben plaatsgevonden.

Tot 1929 beschikte de molen over een scheprad en kort daarna werd de molen deels uit elkaar gehaald: rond 1933 werd het gevlucht verwijderd en de roeden werden in 1936 verkocht aan de Driemanspolder. In 1941 werd de molen weer maalvaardig gemaakt, in verband met de heersende brandstofschaarste, waarbij het scheprad werd vervangen door een vijzel. Tot 1955 bleef de molen de polder bemalen, daarna fungeerde het als reservebemaling. In 1988 werd de molen verkocht aan een particulier. De molen werd in 1957, 1964 en 2011 gerestaureerd.