Uw zoekacties: Personen

Personen

Archieven.nl bevat veel bronnen waarin personen centraal staan. Personen komen voor in allerlei bronnen, zoals geboorteakten, bevolkingsregisters, kerkelijke registers, maar ook in vergunningen en in audiovisueel materiaal. Vaak worden in een bron meerdere personen genoemd. Bij bijvoorbeeld een geboorteakte zullen naast het kind ook vaak de vader en de moeder genoemd worden.

 
 

Zoeken

Natuurlijk wilt u vinden wat u zoekt. Met een zoekterm in het algemene zoekveld, vindt u ongelooflijk veel treffers. Om het resultaat zo optimaal mogelijk te laten zijn, raden wij aan gebruik te maken van de verschillende zoekvelden en filters:

  • Achternaam
  • Tussenvoegsel
  • Voornaam
  • Rol (bijv. bruid, bruidegom, getuige)
  • Plaats
  • Bron (bijv. huwelijksakte, beeldmateriaal, bouwdossier)
  • Archiefdienst (hier treft u alle archiefdiensten en collectiebeherende instellingen die hun collecties presenteren op archieven.nl)
  • Periode

U kunt ook zoeken op meerdere personen, die samen op één bron staan. Klikt u op ‘+’ achter Persoon, dan kunt u een extra persoon toevoegen

Weergave resultaten

Rechtsboven in het scherm kunt de weergave van uw zoekresultaten aanpassen. Deze zoekingang maakt gebruik van de Tabelweergave of de detailweergave.

Wildcards

Het gebruik van wildcards vergemakkelijkt het zoeken:

  • Een ? (vraagteken) vervangt een letter
  • Een * (sterretje) vervangt een aantal letters
  • Door een $ (dollarteken) voor een zoekterm te zetten, zoekt u naar woorden die op elkaar lijken.
beacon
2.676  zoekresultaten
sorteren op:
 
 
 
 
Trouwinschrijving
Trouwinschrijving Johannes van Driel en Hendrickje Wenningh, 12-09-1665
Aktedatum:
12-09-1665
Akteplaats:
Utrecht
Bruidegom:
Johannes van Driel  
Bruid:
Hendrickje Wenningh  
Huwelijksplaats:
Utrecht
Gezindte:
Nederduits-gereformeerd (later Nederlands-hervormd)
Toegangsnummer:
711 Burgerlijke stand gemeente Utrecht en van de voormalige gemeente Zuilen: retroacta doop- trouw- en begraafregisters
Inventarisnummer:
98
Paginanummer:
303
Organisatie: Het Utrechts Archief
 
 
 
 
 
Schepenakte
71 Henrick Peeters en Arien Hendricx schepenen tuijgen dat voor hen is gecompareert Gisbert Anthonisse van Gemert welke een commerslag gedaan heeft op alzulke penningen als Francoijs Corens van Geerit Rommen te vorderen heeft, om daar aan te verhalen de som van 174 gulden 11 en een ½ stuiver en heeft hiervan kondt en weet gedaan aan de voorschreven Francoijs Corens. Daartegens gedane oppositie gedaan de aanspraak, op de genechte daege van de 3-12-1668 en gevolgde renuntiatie ende cost stant? van de voornoemde pretense oppositie end overgevinge van volcomen aangerichte- en verwinsbrieven vermogens acte 17-12-1668 gepasseert voor notaris Johan de Meijer ter presentie van Johannes van Driel en Thomas Jans Vermoent als getuigen daar toe gerequireert, mitsgaders de parsoonele comparitie van de voornoemde Francois Corens geassisteerd met de notaris en procureur De Haen op de geneghte dag van de 17e deser, daar op gevolgd daar bij de voorschreven Francois Corens renovatie vernieuwinge van de voorschreven acte heeft gedaan, wederom overgevende volcomen aangerichte- en verwinsbrieven met willige condemnatie welke volgende de voorschreven Gisbert Anthonisse hem heeft voorden dese gerichte ende doenmalen volcomen aangerichte- en verwinsbrieven om op de voorschreven penningen onder Geerit Rommen berustende, te verhalen de somme van 174 gulden 11 en een ½ stuiver. De voorschreven verloopen intrest en de costen doenmaende de gerichte die schepenen in een vonnis wie de voorschreven comparanten weere wesen, ende daarop het vonnis gewesen is dat de heer van de lande de comparant een were weese sal, gelijk deselve heere van alle aangerichte brieven en opgewonnen goederen een were schuldich is te wesen ende te weren behoudelijck de voorschreven heere en een ijders sijn goede rechten.
Persoon in schepenakte:
Gisbert Anthonisse van Gemert  
Francoijs van Geerit  
Thomas Jans Vermoent  
Johan de Meijer  
Johannes van Driel  
Henrick Peeters  
Arien Hendricx  
Francoijs Corens  
Francois Corens  
Gisbert Anthonisse  
Geerit Rommen  
Datering:
17-12-1668
Pagina:
scan 82b
Plaats:
Escharen
Toegangsnummer:
7040
Inventarisnummer:
Bron:
Schepenbanken
Geografische namen:
 
 
 
 
 
Schepenakte
103 Catharina Cremer weduwe van de luitenant Georgh Ludwich von Bleijckenbach, Martten Lamberts voerman en Hendrik Jans verklaren op verzoek van de advocaat Jan de Meijer schoonvader van voornoemde juffrouw Bleijckenbach, de eerste comparante dat haar schoonvader eind 1679 aan de heer van Geijsteren het zesde part van zekere bouwhof te Geijsteren genaamd den Jonckhoff heeft verkocht, dat haar schoonvader en haar moeder in het begin van 1680 naar Geijsteren zijn gegaan om de kooppenningen te ontvangen en de vest te doen, dat zij na terugkomst comparante hebben meegedeeld dat de reis vergeefs was geweest omdat de heer van Geijsteren beweerde dat comparante en haar broer Gijsbert Cremer als voorkinderen van de echtgenote van verzoeker mede de vest moesten doen en dat de heer van Geijsteren niet had willen aannemen dat dit zesde part de echtgenote van verzoeker was aangeërfd toen zij al weduwe was en haar voorkinderen daar dus geen zeggenschap over hadden; comparante ging daarop met haar broer en haar schoonvader en moeder in april 1680 op een kar naar Geijsteren zijn gegaan, dat haar broer onderweg in Boxmeer ziek achterbleef waarop comparante met haar schoonvader en moeder verder ging in het bezit van een akte van haar broer; op 27 april kwamen zij te Geijsteren aan om de vest te doen en het geld te ontvangen, maar dat de heer van Geijsteren uitstel veroorzaakte en zei dat er problemen waren; Martten Lamberts verklaart dd 11 juni 1680 met zijn kar verzoeker en diens echtgenote naar Geijsteren vervoerde en dat te Haps bij hen kwam Jan Lucas Vlinck rentmeester van de heer van Geijsteren met een brief van deze heer dat hij op de kermis ter Horst was en dus niet thuis zou zijn; de rentmeester en diens neef Jan vander Locht zeiden het te betreuren dat zij dit bericht niet te Grave hadden kunnen laten weten;
Vervolg:
het was te laat om nog naar Grave terug te gaan, zodat verzoeker te Cuijk in een herberg moest overnachten waarover hij misnoegd was, dit heeft verzoeker ook kenbaar gemaakt aan de rentmeester; Hendrick Jans verklaart op donderdag 27 juni 1680 verzoeker en zijn echtgenote met een kar naar Geijsteren heeft gebracht; aan het huis van de heer gekomen werd de poort dichtgehouden en zei de portier dat de heer ziek was, waarop verzoeker iemand van het huis te spreken vroeg; daarop kwamen Pottenbacker en de kamerling Kets; de laatste bleef aan de poort en hield die half dicht, Pottenbacker kwam aan de kar en was onbeleefd, waarop verzoeker zei dat hij weer gekomen was, met alle denkbare kwalificaties, om de vest te doen; na enige uren in een herberg aldaar te hebben doorgebracht is het gezelschap weer vertrokken. Getuigen Johannes en Johannes van Driel vader en zoon. Martten Lamberts en Hendrick Jans tekenen met een merk
Persoon in schepenakte:
Jan Lucas Vlinck  
Jan de Meijer  
Jan vander Locht  
Johannes van Driel  
Catharina Cremer  
Georgh Ludwich  
Martten Lamberts  
Hendrik Jans  
Gijsbert Cremer  
Hendrick Jans  
Datering:
14-4-1681
Plaats:
Grave
Akte aanwezig:
Ja
Toegangsnummer:
7128
Inventarisnummer:
13
Bron:
Notarissen
Geografische namen:
 
 
 
 
 
Schepenakte
101 mr Johan de Meijer advocaat en syndicus der stad Grave en Jenne Catharine Paedzien [tekent zelf Jenne C. de Padsien] e.l. verklaren in oktober 1679 aan de baron van Geijsteren hun zesde part in de Jonckhoff te hebben verkocht, te betalen tussen St. Andries en kerstmis 1679, dat comparant in die tijd ettelijke keren heeft geschreven om een dag vast te stellen, maar dat er geen antwoord kwam; dat zij toen hun toenmalige klerk Jacob vanden Wijenbergh naar Geijsteren hebben gestuurd, die meldde dat de heer van Geijsteren moeilijkheden maakte over de voorkinderen van Jenne Catharine Paedsin; dat zij in het voorjaar van 1680 met de kar naar Geijsteren zijn gegaan en hebben uitgelegd dat het zesde part aan Jenne Catharine Paedsien was aangeërfd van haar moei Anna van Randenraedt toen zij weduwe was, waarop de heer van Geijsteren zei zich nader te moeten beraden; op 27 april gingen zij weer naar Geijsteren nu met de voorkinderen zelf, dat de zoon Gijsbertus Cremer onder weg te Boxmeer ziek werd, dat zij gedrieën verder gingen met een akte van Gijsbertus bij zich; waarop de heer van Geijsteren opnieuw zei zich te moeten beraden; in mei 1680 waren zij weer te Geijsteren, waarop de heer zei dat zij op dinsdag na de kermis van Ther Horst moesten terugkomen vanwaar hij zei zijn adviseur de luitenant Drost te zullen meebrengen; op 11 juni gingen zij opnieuw op weg, te Haps kregen zij van Jan Lucas Vlinck rentmeester van de heer van Geijsteren een brief overhandigd waarin stond dat deze heer niet thuis zou zijn; na onderhands te hebben vernomen dat hij thuis was waren zij dd 27 juni weer te Geijsteren waar de poort voor hen gesloten bleef en de bedienden onbeleefd tegen hen waren en zeiden dat hun heer ziek was; na enkele uren in een herberg te hebben gewacht zijn zij onverrichter zake, maar onder protest, naar huis gegaan. Getuigen Hendrick Jans [tekent met een merk] en Johannes van Driel
Persoon in schepenakte:
Jenne Catharine Paedzien  
Jenne Catharine Paedsin  
Jenne Catharine Paedsien  
Jan Lucas Vlinck  
Johan de Meijer  
Jacob vanden Wijenbergh  
Anna van Randenraedt  
Johannes van Driel  
Gijsbertus Cremer  
Ther Horst  
Hendrick Jans  
C. de Padsien  
Datering:
18-4-1681
Plaats:
Grave
Akte aanwezig:
Ja
Toegangsnummer:
7128
Inventarisnummer:
13
Bron:
Notarissen
Geografische namen: