Uw zoekacties: Zoeken in de toegangen Artikelen

Artikelen ( Heemkundevereniging Houthem-St.Gerlach )

Filter: koksx
beacon
40  artikelen
sorteren op:
 
 
 
 
Artikel
Met de Heuvellandse koksmuts op naar Curaçao
Datering:
2010
Titel:
Met de Heuvellandse koksmuts op naar Curaçao
Auteur:
Jeroen Janssen
Foto's door:
Jeroen Janssen
Titel tijdschrift:
De Trompetter/Heuvelland Aktueel
Afleveringsnummer:
DT/HA, 11/8/2010
Samenvatting:
Foto: Wim Magnee wordt in De Nachtegaal op handen gedragen en zelfs tot koning van de keuken gekroond.

In augustus verruilt de in Houthem woonachtige Maastrichtse kok Wim Magnee (50) zijn vaste baan bij Uitspanning de Nachtegaal, gelegen tussen Meerssen en Geulhem (Valkenburg) voor een betrekking bij Hooks Hut op het verre Curaçao. 'Altijd buiten eten in de avondzon'. Wist je dat alle restaurant-keukens op de Antillen zo gebouwd zijn dat de wind erin kan?', vraagt Wim Magnee. "Zonder die wind, is het er veel en veel te warm. Verleden jaar was ik op bezoek bij mijn broer Theo die er woont. Op een dag was het windstil, toen steeg de temperatuur direct naar 37 graden. Het is de wind die het klimaat aangenaam maakt. Verder is het er fantastisch. Altijd mooi weer, vriendelijke mensen, ik kijk uit naar het avontuur." Wim trekt in augustus naar de Nederlandse Antillen om daar zijn loopbaan in de horeca voort te zetten. Een breekpunt in een mooie carrière die begint in Maastricht. "Ik kan me herinneren dat ik als 11-jarige 'gamin' mijn tante, Marieke Gadet, hielp in de keuken van de Monopole aan het Vrijthof. Eigenlijk ben ik sinds die tijd altijd in de horeca gebleven." Wim en de horeca, is in de loop der jaren een onafscheidelijke combinatie gebleken. Na zijn opleiding tot kok werkte hij in tal van horecabedrijven in en om Maastricht. "Ik ben altijd avontuurlijk geweest in mijn loopbaan", vertelt hij in Uitspanning De Nachtegaal waar hij de laatste vijf jaar gewerkt heeft. "Al tijdens mijn opleiding begon ik bij Hotel-restaurant Ducasque,een sjieke bedoening waar ik heel wat bekende Nederlanders heb zien passeren. Het was destijds het hotel van Maastricht. Daarna heb ik nog heel wat werkgevers gehad zoals Wimpy's, lunchroom Cappuccino, restaurant 't Klaöske, de broeders van de Beiaard en het Missiehuis in Cadier en Keer. Verder heb ik ook een aantal jaren café 't Kruispunt in Bunde geëxploiteerd.
Samenvatting2:
De laatste jaren werk ik bij De Nachtegaal. Ik heb het werk in de keuken altijd als bijzonder interessant ervaren.' De gedachte om zijn leven voort te zetten op Curaçao rijpte tijdens een bezoek aan het eiland verleden jaar. "Mijn broer woont er en ik werd enthousiast. Toevallig kwam ik in contact met exploitanten van restaurant Hook's Hut, mensen uit Roermond. Van het een kwam het ander en in augustus vertrek ik. Met de vraag of hij Limburg niet gaat missen, is Wim snel klaar. "Wat ik zal missen is vooral mijn wekelijkse stapavond met mijn broer die in Maastricht woont. Hij zal een nieuwe stapvriend moeten zoeken."
Trefwoorden:
Geografische namen:
 
 
 
 
 
Artikel
NIETS AAN het toeval OVER LATEN
Datering:
2010
Titel:
NIETS AAN het toeval OVER LATEN
Auteur:
Ray Simoen
Foto's door:
Rob Oostwegel
Titel tijdschrift:
Dagblad De Limburger
Afleveringsnummer:
DDL, 16/1/2010
Samenvatting:
Met foto: Hans Snijders op Château Neercanne.

Het maximale uit jezelf halen. Geen winst zonder pijn. Hans Snijders, chef-kok van Château Neercanne streeft de perfectie na. Niet makkelijk voor zichzelf, niet voor anderen. Maar geen solist met kleppen op en sterallures, meer een attente leermeester, die intens geniet als jonge talenten hem overtreffen. Amper 1,80 groot en toch was u lange tijd hoogspringer nummer een van Zuid-Nederland met een record van 1.97 meter. De Fossbury flop was u nader dan de vlaflip? "Voetballer was ik, maar bij FC de Kluis in Geleen hadden ze te weinig elftallen, zodat je als 15-jarige tegen senioren moest voetballen. Steeds klop krijgen, wilde ik niet. Verliezen doet pijn. Bij atletiekvereniging Unitas ben ik toen gegaan. Ik bleek over een goede sprongkracht te beschikken. En waar je goed in bent, dat doe je met plezier. Het was 1972 en de Fossbury flop was er net. Ik ben daarmee gaan experimenteren, op mijn eentje want veel begeleiding was er niet. Met de Fossbury flop sprong ik over 1,97 meter, een nieuw Zuid-Nederlands record, dat nog lang heeft stand gehouden ook. Ik dacht: ‘ als ik maar veel en hard train, dan kom ik nog hoger’. Toen ik bij hotel restaurant Juliana leerling-kok was, deed ik in de pauze onder in de wijnkelder aan gewichtstraining en ging ik crossen in de heuvels. Was dom, maar niemand vertelde dat je ook op techniek moest trainen en hoe dat moest doen. Maar ik wilde winnen, ongeacht de pijn die ik daarvoor moest lijden. No gain without pain, zeggen Britten. Helaas bleek ik niet lang genoeg te zijn om nog hoger te kunnen springen. “ Uw mooiste moment als sporter zit dus in de annalen? "Toch niet, mijn mooiste sportmoment beleefde ik in 1994. Ik had met collega Huub Biro, een geoefend loper, gewed dat ik de marathon van Rotterdam zou lopen binnen de tijdslimiet van vijf uur. Na een week trainen zat ik al bij de fysiotherapeut, mijn spieren waren die lange afstanden niet gewend.
Samenvatting2:
Toch ben ik in ‘Rotterdam’ gestart. Zwarte sneeuw, doffe ellende, ik heb het allemaal gezien en doorgemaakt. Maar toen ik de finish naderde en al die mensen juichten en klapten, liep ik bijna te janken van geluk. En nu ben ik aan het trainen voor een fietstocht naar de Champagnestreek. De jonkies van chateau Neercanne willen hun chef er natuurlijk af proberen te rijden.” Die drang om de beste te willen zijn en die hang naar competitie. Is dat een familietrekje? "Mijn ouders hebben ons altijd vrij gelaten. Een mavo-havo gezin, geen vwo-atheneum milieu. Mijn vader werkte op de mijn, moeder had thuis de handen vol aan het gezin van zes kinderen. ’s Zondags bakte ze altijd een biscuitbodem, die ze belegde met Jonker Fris fruit uit blik. Ik hielp haar daar altijd bij. Om wat bij te verdienen bracht ik de krant rond. Op de lagere school was ik middelmaat. Op de koksschool haalde ik de hoogste punten, ik studeerde cum laude af. Ik rook altijd de competitie. Nu nog. Als we met de collega’s gaan bowlen, gaat het altijd om een fles champagne voor de winnaar. Ik wil altijd het maximale eruit halen.” Wie dat wil, neemt geen genoegen met half werk? "De perfectionist noemen ze me hier. Vroeger had ik die hang naar perfectie nog veel meer dan nu. Maar ik kan niet anders. Ik kan niets aan het toeval overlaten. Mijn leermeester bij Juliana Kees Preijde - had dat nog veel sterker. Vandaar dat ik alle recepten met alle handelingen minutieus uitwerk en beschrijf. Een recept is een afgewogen combinatie van componenten, waarvan er geen enkele te zeer mag domineren. Dat is niet een tic van een control freak, maar ik doe dat om de jongere collega’s te helpen. Ze komen hier binnen en moeten meteen op hoog niveau meedraaien. Als je dan precies weet wat van je wordt verwacht wordt, gaat het leerproces sneller. Vergeet niet dat we op château Neercanne een megabedrijf zijn, waar we tot vijfhonderd gasten kunnen ontvangen.
Samenvatting3:
We hebben al 25 jaar onafgebroken een Michelin ster: een record voor Nederland. En we nemen onze zorgplicht voor onze medewerkers en hun gezinnen zwaar. Dat schept verplichtingen, je moet dan ook hard en nauwgezet werken om aan alle doelstellingen te voldoen. Ik kan dus niet verslappen. Ik voel het als mijn verantwoordelijkheid om het bedrijf goed te runnen. Wie niet goed zijn best doet, krijgt dat ook te horen. We zijn een bedrijf dat geld moet verdienen. Maar vooral ook omdat ik wil dat onze jonge talenten zich ontwikkelen. Er is niks mooier dan iemand progressie zien maken. Intens gelukkig ben ik als ik iemand als leerling zie binnenkomen en als een echte persoonlijkheid zie vertrekken, naar een volgende stap in zijn carrière. Ze moeten beter worden dan ik. Daarom prikkel ik ze ook om hun uiterste best te doen, niet alleen bij ons in de keuken, maar zeker ook op school. Het gaat om meer dan potten en pannen.”
Zijn er koks die u zelf bewondert? "Mijn leermeester bij hotel restaurant Juliana, Kees Preijde. Ten onrechte is Preijde weggezet als een culinaire dictator. Hij was een autodidact, een self made man die samen met Funs Stevens hotel restaurant Juliana tot een van Nederlands meest toonaangevende restaurants heeft gemaakt.
Samenvatting4:
Wie bij Juliana stage mocht lopen, was een talent. Ga maar na: Toine Hermsen, Cas Spijkers. Margo Reuten, Petro Kools, Pierre Wind, Nico Boreas, ze zijn allemaal begonnen bij Juliana. Ook Bocuse acht ik zeer hoog. Hij heeft het vak van kok aanzien aangegeven. Zijn nouvelle cuisine is totaal verkeerd begrepen. U bent 55, uw medewerkers zijn veelal net 20 of iets ouder. Gaapt er een generatiekloof in uw keuken? "Geen kloof, er zijn wel verschillen. Ik houd ervan om dingen meteen uit te praten en niet om de hete brij heen te draaien. Ik heb goede antennes voor wat er in de keuken omgaat. Niet om te controleren of ze wel hard genoeg werken, maar of ze goed in hun vel zitten. Problemen thuis neem je mee naar je werk en andersom. Vroeger sprak de chef kok je niet direct aan maar moest je bij de directeur komen. Dat wil ik niet. Korte, directe lijnen werken het best. Maar ik pas ervoor om de oude mopperkok te zijn, die iedereen steeds bij de les moet houden. Iedereen is verantwoordelijk voor de manier waarop de keuken het beste draait. Ik heb er geen zin in om steeds mensen te wijzen op het belang van de details en finesse die hoort bij een keuken van niveau. We moeten elkaar bij de les houden. Vroeger uitte ik mijn ongenoegen daarover ‘vierkanter’, nu doe ik dat ‘ronder’ en ‘milder’. Het doet me goed te zien dat mensen die bij hebben gewerkt, zoals Pascal Jalhay en Richard Ekkebus, een glanzende carrière hebben gemaakt. En ook dat ze me nog regelmatig opzoeken.” Straks blij dat u de keukendeur achter u dicht kunt trekken? "Misschien wel. Ik denk niet dat ik het tot mijn 65ste trek.
Samenvatting5:
Zo veel jaren van 10 uur s morgens tot 11 uur ’s avonds hard werken. Dat breekt op den duur op. Niet het werk maar de werktijden. Ik heb de laatste jaren veel in het buitenland lessen en demonstraties gegeven aan personeel in hotels en leerlingen van kookscholen, in Portugal, op Curaçao en in Ierland. Geweldig boeiend werk, jonge mensen helpen het beste uit zichzelf te halen.” Een sociale chef-kok in een branche die echt als sociaal bekendstaat? "De horeca is zeker niet een van de sociaalste. Zit in de cultuur, hard werken, veel uren en erg hiërarchisch. Heeft te maken met chefs die maar willen presteren en personeel dwingen om daar in mee te gaan. Ik durf te stellen dat wij een van de sociaalste bedrijven van Nederland zijn, dankzij ook mijn directeur Peter Harkema. Wij knijpen de mensen niet af en laten ze niet vijftien uur per dag werken voor acht uur loon. Menig twee- en driesterren restaurant zou zijn deuren kunnen sluiten als ze dat moesten doen. Zelf wil ik ook geen veertien uur achter de pannen staan, dus moet ik dat ook niet van mijn personeel vragen.” Geniet u van de aandacht voor koken en de sterrenstatus van topkoks? "Grote flauwekul, al dat gedoe rond topkoks en al die voorgekookte kookprogramma’s. Ik erger me aan die koks, die zich meteen topkok laten noemen en zich overal laten bewieroken. Een timmerman oefent ook een ambacht uit en die wordt nooit op een voetstuk geplaatst. Ik snap ook niet dat Robbert Kranenborg, die ik zeer hoogacht, aan zo’n kookprogramma meedoet. Het is niet meer dan een dom spelletje, zo’n kookprogramma. Een verkeerd beeld wordt erin gegeven van koks. Alsof alle koks niks anders doen dan mensen afzeiken en afsnauwen. Nee, de echte toppers zitten thuis, dat zijn de vrouwen van al die zogenaamde topkoks.
Samenvatting6:
Zij houden gezinnen draaiende, want koks werken veelal ’s avonds en in weekeindes, zij wachten tot laat in de avond totdat hun kok thuiskomt.” Voor welk gerecht mogen ze u ‘s nachts wakker maken? "Gestoofde kalfswang. Pure vleessmaak is dat. Daarbij natuurlijk truffel. En een druppel sesamolie, voor het ultieme raffinement. Dertig jaar bij Neercanne is lang. Heeft u nooit verandering gewild? "Toen ik begin dertig was zei ik tegen mezelf: ‘ nog acht jaar, daarna stop ik met dit zware vak’. Ik zou dan leraar of kok in een instelling worden. Maar daar kwam niks van. Voor het leraarschap heb ik te weinig geduld, en de hele dag in een grote pot roeren in een bejaardenhuis trok me ook niet. Een eigen zaak? Dat heb ik nooit aangedurfd. Ik ben geen ondernemer, sociaal gezien ga je er behoorlijk op achteruit. Ben ook te zeer verknocht aan Zuid-Limburg. Toen ik voor de middelbare kokschool naar Groningen moest, ben ik afgehaakt. Het concern waar ik voor werk heeft gelukkig een standvastige basis en is niet vaak van eigenaar veranderd. Dat is een groot goed. In de horeca gaan er nogal wat zaken steeds in andere handen over. Als dat gebeurt, moet je maar afwachten wat voor baas je dan krijgt. Ik prijs me gelukkig dat ik altijd samen met mijn kinderen aan het ontbijt heb kunnen zitten en dat ik ’s avonds ook altijd met het hele gezin aan tafel zat voordat ik ging werken. Dat alles was voor mij belangrijker dan al het andere.”
Trefwoorden:
Geografische namen:
 
 
 
 
 
Artikel
Otto Nijenhuis : Bij ons thuis is barbecueen een feest
Datering:
2009
Titel:
Otto Nijenhuis : Bij ons thuis is barbecueen een feest
Foto's door:
Wim Langohr
Titel tijdschrift:
Dagblad De Limburger
Afleveringsnummer:
DDL, 19/6/2009
Samenvatting:
Otto Nijenhuis, chef de cuisine van het prachtige Château St. Gerlach in Valkenburg-Houthem, is een sterrenkok zonder sterallures.

“Natuurlijk wil ik aan de lezers van WeekendGezet mijn ‘barbecue-geheimen’ prijsgeven”, antwoordt Otto met een gulle lach. Drie dagen later worden wij hartelijk ontvangen op een zonovergoten gazon voor het statige kasteel met uitzicht op het Geuldal. “Geheimen zijn er overigens niet”, steekt de chefkok van wal. “Barbecueen is een hele pure manier om eten klaar te maken en zo moeten ook de ingredienten en kruiden zijn die je gebruikt. Of wij zelf thuis ook barbecuen? Reken maar van wel. Barbecueen is voor ons thuis een feest.” “Aan de basis van een geslaagde barbecue ligt geduld”, luidt het advies van Otto Nijenhuis. “En ik barbecue altijd met briketten. Die zorgen voor een lange en gelijkmatige gloed. Verdeel ze over een helft van de barbecue en zorg dat de andere helft vrij is. Als het vlees of de vis is dichtgeschroeid, dan verplaats je die naar de helft waar geen kolen liggen maar wel voldoende hitte is om het rustig verder te laten garen. Zo blijft alles lekker sappig en je zult straks ook zien dat er geen bloed of sap uitloopt als ik het aansnijd. Marineren doe ik ter plekke en niet lang van tevoren. Gebruik ook niet teveel olie, die druipt dan op de briketten en dat veroorzaakt vlammen. Dat moeten we niet hebben. Andere kruiden dan fleur de sel en zwarte peper pas later toevoegen, als het vlees al aangebraden is, anders verbranden die kruiden meteen. Wat ik nog wil adviseren is om goede producten te gebruiken. Vlees, vis, groenten, maar zeker ook olijfolie ‘extra vergine’ en aceto balsamico van minstens 10 jaar oud. Je proeft de rijping op hout, waardoor hij veel minder zuur smaakt.”
Samenvatting2:
Als de chef vervolgens aan de slag gaat met het bereiden van een frisse salade van producten uit de eigen groenten- en kruidentuin van het chateau, passeert een groep bezoekers die een excursie maakt langs de kunstwerken op het landgoed. Een aantal dames blijft geïnteresseerd kijken naar de kunsten van Nijenhuis. “Dit is eigenlijk veel leuker dan de excursie”, vertrouwt een van de dames ons op fluistertoon toe. U ziet met weinig middelen en ingrediënten kunt u toch een mooie, lekkere en gezonde maaltijd maken op de bbq.
Geografische namen:
 
 
 
 
 
Artikel
Hans Snijders : De ster op het balkon van Nederland
Datering:
2009
Titel:
Hans Snijders : De ster op het balkon van Nederland
Auteur:
Marlie Dix
Foto's door:
Etienne van Sloun
Titel tijdschrift:
Savoir vivre aux Châteaux
Afleveringsnummer:
Savoir vivre aux Châteaux, 13 (2009), voorjaar, p. 6-11
Samenvatting:
Streven naar de hoogste kwaliteit is zijn ambitie. Niks aan het toeval overlaten en er helemaal voor gaan. Die drive geeft hij graag mee aan zijn keukenbrigade. Wil je hoog scoren op culinair niveau, dan is een allesoverheersende passie een must. De 54-jarige chef de cuisine Hans Snijders heeft die passie en straalt deze uit naar zijn team en collega's van Château Neercanne, waar de ster staat voor perfectie.
Trefwoorden:
Geografische namen: