Uw zoekacties: Kijk op kastelen : Kasteel De Kluis

Artikelen ( Heemkundevereniging Houthem-St.Gerlach )

beacon
 
 
Artikel
Kijk op kastelen : Kasteel De Kluis
Datering:
2013
Titel:
Kijk op kastelen : Kasteel De Kluis
Auteur:
Jan Schurgers
Foto's door:
Ivo Benders
Titel tijdschrift:
Kijk op Valkenburg
Afleveringsnummer:
Kijk op Valkenburg, 4 (2013) nr. 1 (febr-mrt-apr) p, 12-15
Samenvatting:
Foto:
- Oda Maria Testa op de schoot van haar moeder Emilia Testa-Smits van Hattert. Een opname van vlak voor 1900.
- Deze opname van de recreatiezaal geeft een idee van de grandeur van destijds.
- De Kluis in volle glorie als vakantieoord aan het eind van de jaren vijftig van de vorige eeuw.

Kijk op Valkenburg richt in haar driemaandelijkse afleveringen de blik op de kastelen van Valkenburg.
"Kasteel" is vaak een te groots begrip voor de bedoelde gebouwen, al wordt het in de volksmond regelmatig gebruikt. Een vergrote herenboerderij wordt al gauw als zodanig aangeduid of een uitgebouwd landhuis of zelfs een verstevigde hoektoren. Dat geldt zeker als ze ook nog bewoond werden door leden van een adellijke familie en een rijke historie hebben.
In dit zesde deel komt kasteel "De Kluis" aan bod, gelegen tegen de helling van het Kloosterbos in Houthem-St. Gerlach Het kasteeltje werd in 1901 gebouwd in opdracht van jonkheer Gaspard Testa en werd vrijwel geheel in mergel opgetrokken. Het vertegenwoordigt geen specifieke bouwstijl, maar karakteristiek is wel het ronde torentje aan de linkerkant, dat iets boven de rest van het gebouw uitsteekt. Het dankt zijn naam aan een kluizenaarswoning die er vroeger gestaan heeft. Zo is er in de overlevering sprake van ene Mathias Ackermans, die in 1825 overleed en een van de kluizenaars zou zijn geweest, maar zeker is dat niet. Familie Testa Jonkheer Meester Gaspard Marie Raban Testa was op 9 februari 1861 in Mannheim geboren. Zijn familie was afkomstig uit de adellijke kringen van het zestiende eeuwse Genua. Hij vestigde zich in "De Kluis" met zijn echtgenote, jonkvrouw Emilia Norbertha Josepha Maria Huberta Smits van Hattert, die op 28 september 1869 in Vierlingsbeek geboren was en hun enig kind, dochter Oda Maria die op 31 juli 1896 ter wereld was gekomen in Veghel. Het was een tijd van rust, voorafgaand aan de moeilijke periode van de Eerste Wereldoorlog.
Samenvatting2:
Jonkheer Testa van beroep rechter, beheerde ook de uitgestrekte landerijen en boomgaarden en behandelde de pachtende boeren goed. Hij was de eerste die in Houthem over een automobiel beschikte en daarom liet hij een oprijlaan aanleggen van fruitbomen, om zo zijn woning beter te kunnen bereiken. Soms moest hij de helling opgeduwd worden bij gebrek aan voldoende motorkracht en dan vroeg hij de mannen uit de buurt om hulp. Als tegenprestatie bood hij hun een fles bier aan en zo kon het gebeuren dat de auto soms "per ongeluk" een flink aantal meters terugrolde om zo nog een fles bier te verdienen. Familie Russel Dochter Oda leerde Eduard Jozef Lodewijk August Russel kennen, die op 8 augustus 1 897 in Geleen geboren was. Ze trouwden in 1920 en vestigden zich in Vaals waar Eduard Russel bankdirecteur was. Toen jonkheer Testa op 29 juni 1934 op 73-jarige leeftijd overleed en begraven werd bij zijn broer Hannibal in het familiegraf in Houthem, bleef zijn echtgenote alleen achter in het grote gebouw. Het gevolg was dat het gezin Russel-Testa een half jaar later ook haar intrek nam in "De Kluis". Intussen waren er vier kinderen geboren: de zoons Gerlach (1922) en Wolfgang (1924) en de dochters Odette (1926) en Olga (1928). Jonkvrouwe Emilia zou haar echtgenoot niet lang overleven. Ze overleed iets meer dan twee jaar later op 16 juli 1936 en werd eveneens bijgezet in het familiegraf in Houthem. De familie Russel had een tiental knechten en dienstmeiden in dienst die allen in het kasteeltje woonden en voor de studie van de kinderen was er een gouvernante. Alleen de jongste dochter, Emma, geboren op 7 maart 1938 zou de lagere school in Houthem bezoeken. Tweede Wereldoorlog Met het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog brak er ook voor de familie Russel een moeilijke tijd aan. Hun woning werd in 1942 door de Duitsers gevorderd en ze vertrokken naar het landgoed St. Gerlach waar ze een gastvrij onderdak vonden bij baron de Selys.
Samenvatting3:
Het kasteeltje werd ingericht als "Erholungsheim" voor Duitse soldaten. Bij de bevrijding in september 1944 bleek het gebouw twee zware voltreffers te hebben moeten incasseren die flinke schade hadden aangericht. Aan aannemersbedrijf Cauberg uit Broekhem werd opdracht gegeven met de herstelwerkzaamheden te beginnen. Intussen maakten Amerikaanse soldaten gebruik van de keuken, die intact was gebleven, terwijl ze sliepen in tenten die rondom waren neergezet. Van daar vertrokken ze in vrachtauto's in de richting van het front en velen zouden daarvan niet terugkeren.
Noodlot In het voorjaar van 1945 kon de familie Russel weer haar intrek nemen in het kasteeltje en terwijl Nederland zich opmaakte om op 5 mei het bevrijdingsfeest te gaan vieren dompelde de dood van dochter Odette de familie op diezelfde dag in een diepe rouw. Ze had nog meegewerkt aan de voorbereidingen voor de Eerste Heilige Communie van haar twaalf jaar jongere zusje Emma. De vrijdag daaraan vooraf gaand voelde ze zich opeens niet goed. Ze werd met spoed naar het ziekenhuis in Maastricht overgebracht, maar overleed daar nog op dezelfde avond, 19 jaar oud. Ook zij werd bijgezet in Houthem. Nieuwe eigenaars In 1954 werd het kasteeltje en de grond ten westen van de Stevensweg verkocht aan de Mijnwerkersbond. "De Kluis" werd nu bevolkt door zieke en gepensioneerde mijnwerkers, die er konden herstellen van de gevolgen van hun zware werk onder de grond. De waterput werd uitgediept van 42 meter tot 72 meter, waardoor er meer druk op de waterleiding kwam.
De familie Russel verhuisde naar Broekhem en betrok daar de villa Lobelia (nu Broekhem 17) naast het vroegere hotel Oranje Nassau. De kinderen gingen na elkaar hun eigen weg en in juli 1957 overleed Eduard Russel, bijna 60 jaar oud. Hij werd begraven in het familiegraf van de familie Russel in de abdij van Mamelis. Toen in 1965 de mijnen gesloten werden ging "De Kluis" over in andere handen.
Samenvatting4:
Het werd verkocht aan de Mgr. Schrijnenstichting die er in samenwerking met de Klinkenberg in Rothem en het Europahuis in Bemelen een ontmoetingscentrum van maakte. Dat duurde tot 1972, toen de autoweg Heerlen-Maastricht aangelegd werd. Dat betekende min of meer de teloorgang van het landgoed. Het stiltegebied rondom het gebouw was niet groot genoeg meer doordat een omvangrijk gedeelte van het park moest verdwijnen.De prachtige oprijlaan werd doorsneden door beton en asfalt en van de grandeur van het landgoed bleef weinig over. Het kasteel werd weer verkocht, nu aan de heer Emile Salden die al verschillende hotels in Valkenburg bezat. Hij wilde ook hier een hotel beginnen, maar die plannen werden uiteindelijk niet uitgevoerd. Aftakeling De lijst van bewoners en bezitters wordt daarna onoverzichtelijk. Verschillende eigenaren dienden zich aan, soms slechts voor de duur van enkele maanden. Zo woonde er enige tijd de familie Dunk en daarna was er een afkickcentrum voor drank- en drugsverslaafden in gevestigd. De exploitant overleed aan een hartaanval en zijn vrouw en dochter woonden er nog enige tijd, maar rond 1982 kwam het gebouw definitief leeg te liggen. Het ging van de ene maatschappij over naar de andere. Zo waren verzekeringsmaatschappij Nedloyd eigenaar en de projectontwikkelaar Tiemstra uit Nijmegen en Grauwels Daalmans. In 1990 kwam "De Kluis" in handen van Emmy Geurts van Kessel uit Berg en Terblijt en dat bleek de redding. Veel was er in de voorgaande jaren vernield. Het gebouw was geplunderd en volkomen leeggehaald. Geen enkele ruit was nog heel. Tegels en schouwen waren van de muur gekapt, kozijnen uit de sponningen getrokken en deuren uit de scharnieren getild. Alles wat ook maar enige waarde had was verdwenen. De bijgebouwen ondergingen nagenoeg hetzelfde lot.
Samenvatting5:
Het aan de rechterkant gelegen gebouw - ooit neergezet als koetshuis en later garage en tijdens het verblijf van de mijnwerkers in gebruik als kapel - werd niet gespaard. Evenmin het tuinmanshuis waar de familie Van Loo jarenlang gewoond had. Het gebouw lag er betreurenswaardig bij en leek niet meer te redden. Herstel Emmy Geurts van Kessel liet een grootscheepse opknapbeurt uitvoeren, waardoor er weer iets van de oude glorie terugkwam. Ze vestigde er een luxueus Beauty Centrum en noemde dat "Château l'Ermitage". Het werd vooral bekend toen de Endemol Producties in 2001 opnames ging maken voor het Big Diet-project. Geselecteerde kandidaten verbleven er een aantal weken, ondergingen hun kuren en behandelingen en moesten met elkaar optrekken in de dagelijkse gang van zaken. Alles werd gefilmd, zowel het kenmerkende "Gooje mörrege" bij het ontwaken, als de onderlinge strubbelingen die zich natuurlijk ook voordeden. En Nederland smulde ervan. Het effect van de bekendheid ebde in de jaren daarna langzaam weg. De klandizie liep terug en in 2005 werd het kasteel verkocht aan de familie van Paeschen. Emmy Geurts van Kessel vertrok naar de Voerstreek en begon daar opnieuw een schoonheidssalon. De nieuwe eigenaars voerden een grondige restauratie uit en lieten rondom het gebouw een groot deel bestraten om minder last te hebben van regenwater. Een jaar later werd de verwarming aangepakt, waarbij een aardgasleiding werd aangelegd vanaf de spoorlijn tot aan het huis en er kwamen nieuwe ketels. Het woongerief werd daardoor weer optimaal en de familie van Paeschen geniet er nu al weer verschillende jaren van de rust en de stilte. Het gebouw is dan ook niet toegankelijk. 92 jaar Hoe verging het de familie Russel? Zoon Gerlach overleed op 31 januari 1985 in Brussel en moeder Oda Maria Russel-Testa bereikte de gezegende leeftijd van 92 jaar. Zij overleed op 28 januari 1989 in Nijmegen. Beiden werden bijgezet in het familiegraf in Mamelis. Zoon Wolfgang vertrok naar Driebergen.
Samenvatting6:
Zijn zoon Eduard, genoemd naar zijn grootvader kwam in 1960 op zevenjarige leeftijd om het leven bij een auto-ongeluk in de buurt van Parijs, waarbij zijn moeder zwaar gewond raakte. Zus Olga verhuisde naar Maastricht en zus Emma naar Nijmegen, waar ze nu nog steeds wonen.

Calvariekapel
De achter "de Kluis" gelegen Calvariekapel werd waarschijnlijk rond 1828 gebouwd en diende als plek voor gebed en bezinning. Ook de jaarlijkse Bronkprocessie deed vaak de kapel aan. Dit in mergel opgetrokken gebouwtje raakte regelmatig in verval en was zelfs lange tijd onbereikbaar door het woekerende struikgewas. De Stichting Rotswoning Geulhem, de heemkundevereniging Houthem en het IKL trokken zich de laatste jaren het lot van het gebouwtje aan, met als gevolg dat op 14 september vorig jaar de kapel opnieuw kon worden ingezegend door pastoor J. Burger. Vanaf dat moment is de kapel weer te bezichtigen en zeker een bezoekje en een moment van bezinning waard. «

Bron: Jan Schurgers, "Over de bloei en de aftakeling van kasteel De Kluis in Houthem", Geulrand nr. 36, oktober 1991, p 26.28
Geografische namen: