Uw zoekacties: Eerbetoon aan Belgische dwangarbeiders

Artikelen ( Heemkundevereniging Houthem-St.Gerlach )

beacon
 
 
Artikel
Eerbetoon aan Belgische dwangarbeiders
Datering:
2003
Titel:
Eerbetoon aan Belgische dwangarbeiders
Auteur:
Rob Cobben
Foto's door:
Johannes Timmermans
Titel tijdschrift:
Dagblad De Limburger
Afleveringsnummer:
DDL, 8/10/2003
Samenvatting:
Een eenzame jogger trotseert de elementen op de Geulweg tussen Geulhem en Meerssen.
De regen valt met bakken uit de hemel, de boomtakken zwiepen hevig heen en weer in de gure herfstwind. Bij het herdenkingsbord ter hoogte van de Bronsdaelgroeve houdt de rennende man in en bestudeert een tekst op een bord. Na een paar minuten vervolgt hij z'n weg. In Geulhem is een herdenkingsbord geplaatst bij de restanten van een Duitse oorlogstuigfabriek uit de Tweede Wereldoorlog.
Bergenaar Piet Cloot en de dorpsraad Berg en Terblijt hebben zich jarenlang ingezet voor het behoud van de betonnen staketsels bij de Bronsdaelgroeve. Het bord staat er nu een paar dagen, maar al heel wat wandelaars en fietsers zijn even gestopt om het opschrift te lezen. En dat is precies wat we beoogden, zegt Piet Cloot uit Berg en Terblijt (79). Voorheen werd de Bergenaar vaak aangeklampt door wandelaars die hem vroegen naar de achtergrond van de betonnen staketsels bij de mergelgroeve. Ook mensen uit de omgeving weten volgens Cloot vaak niet wat er zich aan het eind van de Tweede Wereldoorlog heeft afgespeeld in en om de Bronsdaelgroeve.
De Duitsers startten in 1944 'Operation Molch', die erop gericht was om de vitale oorlogsindustrie te verplaatsen naar bomvrije locaties, buiten het bereik van de Britse en Amerikaanse gevechtsvliegtuigen. Eén van die locaties werd gevonden in de Bronsdaelgroeve in Geulhem. Piet Cloot is een van de weinige nog levende Bergenaren die de bouw van de oorlogsfabriek heeft meegemaakt. Hij zat in het laatste oorlogsjaar ondergedoken in de grotten achter de kalkbranderij van zijn vader, een eindje verderop aan de Geulweg. Cloot was door de Duitsers tewerkgesteld in een granaatfabriek in de buurt van Dusseldorf. Maar in juni 1943 nam hij de benen en vluchtte naar Geulhem. Van dichtbij zag hij hoe in maart 1944 begonnen werd met de werkzaamheden in de Bronsdaelgroeve. Die werden uitgevoerd door zo'n tweehonderd Belgische dwangarbeiders.
Samenvatting2:
De 'oorlogsfabriek' in de Bronsdaelgroeve had de codenaam Valerie 15 en moest in september 1944 in gebruik worden genomen. In de groeve zouden reparaties worden uitgevoerd aan BMW-motoren die onder meer gebruikt werden in de V2's, de beruchte vliegende bommen die door Wernher von Braun waren ontwikkeld. De nazi's wilden met de V2's Britse steden met de grond gelijk te maken. De supersonische raket had een actieradius van 320 kilometer en kon een snelheid bereiken van meer dan 5500 kilometer per uur. Gelanceerd vanaf Nederlandse bodem steeg een V2 naar een hoogte van dertig kilometer en overbrugde in nauwelijks vier minuten de afstand Den Haag-Londen. Cloot vertelt hoe hij samen met zijn vriend Coen Grootaerts vanuit z'n schuilplaats naar Valkenburg ging om eten te halen. 'Eerst met paard en wagen en daarna met een vrachtauto van de kalkbranderij. Als we langsreden zwaaiden we naar de Duitsers. En die zwaaiden meestal terug.' Bang dat hij zou worden opgepakt, is hij nooit geweest, zegt hij.
'De Hitlerjugend was een eindje verderop in Geulhem bezig een bunker aan te leggen in de grotten. Daarbij ging iets mis. Een deel van de grot stortte in en enkele Duitsers raakten bekneld onder het puin. Coen en ik hebben hen bevrijd. Sindsdien waren ze erg vriendelijk voor ons.' Op zijn dagelijkse tochten naar Valkenburg zag Cloot de Belgische dwangarbeiders aan het werk. 'Ze moesten onder meer een betonnen overkapping maken over een laadperron.
De Duitsers hadden een spoorlijn aangelegd van Geulhem naar Meerssen, die aansloot op het net van de NS. Dankzij de Belgische arbeiders is die lijn echter nooit in gebruik genomen. De Belgen hadden de overkappingsconstructie met opzet te laag gemaakt, waardoor de treinen de groeve niet konden bereiken.' Cloot dicht de Belgen vanwege hun sabotage een heldenrol toe. Over zichzelf is hij erg bescheiden.
Samenvatting3:
En dat terwijl hij in het najaar van 1944 de Belgen hielp te ontsnappen. 'Voordat de Duitsers de sabotage ontdekten, heb ik de Belgen via de heuvels weggeleid naar de Belgische grens. Als de Duitsers ons te pakken hadden gekregen, hadden we het zeker niet overleefd', constateert hij droogjes.
Valerie 15 is nooit in gebruik genomen. Vlak voordat de fabriek klaar was, vielen de geallieerden Zuid-Limburg binnen en sloegen de Duitsers op de vlucht.
De betonnen skeletten bij de Bronsdaelgroeve raakten in de loop der jaren overwoekerd door planten en er gingen binnen de gemeente Valkenburg stemmen op om ze te slopen. Cloot heeft zich daar samen met de dorpsraad van Berg en Terblijt tegen verzet. Met succes. De Stichting Instandhouding Kleine Landschapselementen (IKL) heeft de overblijfselen van Valerie 15 onlangs vrijgemaakt van klimplanten. En de gemeente Valkenburg plaatste er enkele dagen geleden een herdenkingsbord. 'Dit is een plek die in de oorlog een belangrijke rol heeft gespeeld. De Duitsers planden er gruweldaden, maar de Belgische dwangarbeiders doorkruisten die plannen door de boel te saboteren. Met gevaar voor eigen leven. En dat is een gedenkteken waard', zegt Cloot. De Bergenaar hoopt samen met de dorpsraad dat het betonnen geraamte ooit nog eens de officiële status van monument krijgt. Een woordvoerder van de gemeente laat weten dat over dat laatste nog gesproken moet worden binnen het college van burgemeester en wethouders. Dat het jaren geduurd heeft voordat het herdenkingsbord er is gekomen, had volgens hem te maken met onenigheid over de tekst.
Bij de totstandkoming van de uiteindelijke tekst zijn de dorpsraad Berg en Terblijt, de Heemkundevereniging Houthem-St. Gerlach, de gemeente Valkenburg en het Rijksinstituut voor Oorlogs Documentatie betrokken geweest.
Geografische namen: