Uw zoekacties: Bouwpastoor Frans Schoenmaeckers parochie 'Onze Lieve Vrouw ...
Artikelen ( Heemkundevereniging Houthem-St.Gerlach )
beacon
 
 
Artikel
Bouwpastoor Frans Schoenmaeckers parochie 'Onze Lieve Vrouw van Altijddurende Bijstand' Lindenheuvel, een biografie
Datering:
2021
Titel:
Bouwpastoor Frans Schoenmaeckers parochie 'Onze Lieve Vrouw van Altijddurende Bijstand' Lindenheuvel, een biografie
Auteur:
Hub Kitzen
Titel tijdschrift:
Tijdschrift Heemkundevereniging Geleen
Afleveringsnummer:
Tijdschrift Heemkundevereniging Geleen, 42 (2021) nr. 3, p. 71-91
Samenvatting:
Uitgebreid artikel met veel gegevens.
Een aantal teksten zijn hieronder integraal overgenomen.

...........

Op 19 september 1921 benoemde Mgr. L.J.A.H. Schrijnen, bisschop van Roermond, Dominiqus Emile Francois Schoenmaeckers tot rector. Hij werd belast met het stichten van een nieuwe parochie op de Lutteraderheide.

Wie was Dominiqus Emile Francois (Frans) Schoenmaeckers?
Frans was het vierde kind uit een gezin van een gegoede familie. Zijn vader, Louis Philippe Emille (Emille) Schoenmaeckers, werd geboren op 28 augustus 1839 te Strabeek-Houthem. Hij was eigenaar van 'Huize Strabeek' en had een aandeel in de 'Hoeve de Heek'. Diens vader was notaris te Valkenburg.
Op 2 mei 1862 verhuisde Emille naar 'Hoeve de Heek' te Heek-Hulsberg en huwde op 8 februari 1870 met Anna Gertruda (Gertrud) Pelzer te Ubach over Worms. Zij was op 30 september 1849 geboren in Waubach, gemeente Ubach over Worms. Haar vader was lid van Provinciale Staten, burgemeester van Ubach over Worms en van Rimburg.
Na hun huwelijk in 1870 kwam Anna Gertrud (Agnes) Schobben als dienstbode in dienst bij de familie Schoenmaeckers. Zij bleef tot aan haar dood in dienst bij deze familie, waarvan meerdere jaren bij de latere pastoor.

Het echtpaar kregen vier kinderen:
1. Petrus Dominicus Arthur (Arthur) Schoenmaeckers, werd geboren op 25 november 1870 in Heek-Hulsberg en overleed op 12 mei 1932 in Weert. Hij huwde op 6 september 1910 in Houthem met Agnes Laura Maria (Laura) Sträter. Het echtpaar kreeg drie kinderen. Hij was griffier in Gulpen en vervolgens kantonrechter te Weert.
II. Maria Anna Gertruda Louisa (Marie) Schoenmaeckers, werd geboren op 4 augustus 1872 in Heek-Hulsberg en overleed op 9 oktober 1944 te Sittard. Zij huwde op 2 oktober 1901 te Houthem met Joannes Adolph Ernest (Ernest) Schoenmaekers, huisarts te Sittard. Het echtpaar kregen één kind t.w. Jan Ernest (Ernest) Schoenmaekers. Hij werd geboren op 31 juli 1902 in Sittard en overleed op 26 januari 1978 in Diepenheim.
Samenvatting2:
Hij huwde op 2 oktober 1947 in Rotterdam met Elisabeth Agatha Maria (Els) van Beers. Het echtpaar kreeg een kind dat slechts een dag oud werd. Nb. Zoon Ernest werd architect en speelde een rol in het leven van zijn heeroom pastoor Schoenmaeckers. De schrijfwijze van zijn achternaam, in relatie met die van zijn heeroom, was de reden dat men vaak dacht aan een foutieve schrijfwijze van zijn achternaam.

Na een langdurige ziekte overleed de vader van Frans Schoenmaeckers op 29 mei 1896 in Hulsberg. De weduwe Schoenmaeckers - Pelzer verhuisde op 27 maart 1897 naar 'Huize Strabeek' in Strabeek-Houthem. Ze bleef daar wonen tot eind 1910, om hierna enige maanden bij haar dochter Marie in Sittard te verblijven. Vanaf oktober 1911 nam zij haar intrek bij haar zoon Frans, destijds kapelaan in de parochie 'St.-Matthias' in Maastricht ingewoond.

Opleiding en priesterwijding Frans Schoenmaeckers
Frans Schoenmaeckers genoot het lager onderwijs te Hulsberg en vervolgde zijn opleiding aan het kleinseminarie te Rolduc-Kerkrade van 1896 t/m 1904. Het kleinseminarie Rolduc was een kostschool met een vijfjarige katholieke HBS. Voor vele studenten in Rolduc was het een voorbereiding op een priesteropleiding, zo ook voor Frans Schoenmaeckers. Na de HBS volgde hij nog een studie filosofie in Rolduc.
Op 7 oktober 1904 vertrok Frans Schoenmaeckers naar het grootseminarie in Roermond, om daar zijn priesteropleiding te vervolgen.

Enkele belangrijke gebeurtenissen tijdens zijn opleiding :
•Tonsuur en Minorietenwijding, op 10 maart 1906,
•subdiakenwijding op 6 maart 1907,
•diakenwijding op 25 maart 1907,
•priesterwijding op 4 april 1908.
Alle wijdingen werden toegediend door Mgr. J.H. Drehmanns, bisschop van Roermond. Deze wijdingen vonden plaats in de Caroluskapel van het grootseminarie te Roermond. Bij zijn priesterwijding kreeg Frans van zijn moeder een prachtige kelk geschonken.
Samenvatting3:
De kelk was in Aken vervaardigd. Aan de binnenkant van de voet staat de volgende tekst:
Gertrudis Schoenmackers hunc calicem Francisco filio suo ad primitias donum dedicavit et pro se, fratribus Arthur et Josepho, sorori Mariae atque affini Erenesto Schoenmakers, doctori juris prudentias, orationem petit.
Houthem, A.D. MCMVIII
D. IV M. APR!LIS.

Gertrudis Schoenmaeckers schenkt deze kelk aan haar zoon Frans bij gelegenheid van zijn priesterwijding en vraagt zijn gebed voor haarzelf, zijn broers Arthur en Joseph, zijn zus Maria haar man Ernest Schoenmaekers, doctor in het recht.
Houthem, 4 april 1908.

Op paaszondag 19 april 1908 werd neomist Schoenmaeckers plechtig afgehaald bij Huize Strabeek. Onder de muzikale klanken van de lokale muziekkorpsen, werd hij naar de kerk van St. Gerlach-Houthem begeleid voor het opdragen van zijn Eerste H. Mis. Deken J.E.H. Menten schetste in gloedvolle woorden het Heilig Priesterschap.

Leraar Pro-gymnasium te Sittard
Na de priesterwijding verliet Frans Schoenmaeckers Roermond en werd op 25 september 1908 benoemd tot leraar aan het Pro-gymnasium ('Bisschoppelijke College St. Jozef') in Sittard. Wegens ziekte moest hij na enkele maanden ontslag nemen. Hij werd herinnerd als, de 'voorbijgaande' guitige Schoenmaeckers.
We zullen in de biografie van Schoenmaeckers zien dat hij voorstander was van goed onderwijs ongeacht zijn/haar afkomst.

Kapelaan te Sint Pieter Maastricht
Mgr. J.H. Drehmanns benoemde Frans Schoenmaeckers op 31 december 1908 tot kapelaan in de parochie 'Allerheiligste Verlosser H. Petrus' te Sint Pieter.Hij diende onder pastoor J.M.F. van Genabeth en was kapelaan samen met C. Neijs die op 6 september 1909 kapelaan werd te Echt. Over deze korte periode als kapelaan te Sint Pieter is verder niets bekend.
Samenvatting4:
Kapelaan in Maastricht
Frans Schoenmaeckers werd op 30 september 1911 door de bisschop benoemd tot kapelaan in de Maastrichtse arbeidersbuurt rond de parochiekerk van de 'St.-Matthias'. Hij diende onder deken-pastoor J.E.H. Menten en vervolgens onder pastoor J.M. Souren.
Op 11 februari 1914 was deken J.E.H. Menten 55 jaar priester en op 23 maart 1914 werd hij 80 jaar. Beide gebeurtenissen werden op 23 maart 1913 feestelijk gevierd. Kapelaan Schoenmaeckers was secretaris en penningmeester van het feestcomité. Begin juli 1920 benoemde Mgr. L.J.A.H. Schrijnen, bisschop van Roermond, kapelaan Schoenmaeckers, in de parochie 'St.-Matthias', tot geestelijk adviseur van de R.-K. Onderwijzersbond afdeling Maastricht. Op 4 oktober 1920 vierde kapelaan Schoenmaeckers zijn 12,5 jaar priesterschap.
In 1921 werd hij geestelijk adviseur van de Meisjes-Zondagschool en van het Congregatie van de 'Onbevlekte Ontvangenis voor jonge dames' in Maastricht.
In de periode dat Frans Schoenmaeckers kapelaan was in deze parochie was het een komen en gaan van kapelaans te weten:
- F.J.C. Meerwijk werd op zijn verzoek, wegens gezondheid, op 1 oktober 1911 ontslag verleend.
- G.A. Stassen werd op 4 oktober 1911 kapelaan in de parochie 'St.-Matthias',
- kapelaan H.J.P. Schrijnemakers werd op 20 september 1919 pastoor te Amstenrade, - kapelaan J.W.G. Nelissen werd op 22 september 1921 rector te Tungelroy,
- A.H.J.J. Janssen werd op 25 september 1920 kapelaan in de parochie 'St.-Matthias'.

Bouwrector op de Lutteraderheide Geleen
Op 19 september 1921 benoemde Mgr. L.J.A.H. Schrijnen hem tot bouwrector. Hij werd er belast met het stichten van een nieuwe parochie op de Lutteraderheide. In het begin kreeg hij onderdak in het 'Pensionaat St.-Joseph' van de zuster in de Geenstraat. Hierna nam hij, samen met zijn moeder en Agnes Schobben, zijn intrek in een pand aan de Mauritslaan.

Samenvatting5:

Rector Schoenmaeckers ging voortvarend te werk. Er werd een kerkbestuur benoemd, waarin hij als voorzitter plaatsnam. In 1921 was er al een zangkoor opgericht.
Tevens werden er plannen gemaakt voor een nieuwe hulpkerk met een herbestemming. P.C.J.M. Donders uit Geleen ontwierp deze hulpkerk in de Rozenlaan met aan weerszijde
een woning. De woning aan de rechterkant, Rozenlaan 6, werd de pastorie, waar rector
Schoenmaeckers samen met zijn moeder en dienstbode Agnes tijdelijk gingen wonen. De woning , aan de linkerkant van de hulpkerk met als adres Rozenlaan 10, was de kosterswoning. De kerk was zo ontworpen dat hij na gedane dienst aangepast kon worden tot een school. Beloken Fasen (8 april) 1923 werd in deze tweede hulpkerk de eerste dienst gehouden.

De moeder van rector Schoenmaeckers overleed op 25 september 1923, in de ouderdom van 74 jaar. De plechtige begrafenis vond op 28 september plaats in de hulpkerk van Lindenheuvel en zij werd begraven op het kerkhof te Lutterade.
Op 26 november 1923 werd de parochie van de 'St.-Augustinus' gesplitst en officieel een nieuwe, afzonderlijke en zelfstandige parochie met een eigen kerk onder de naam 'Onze Lieve Vrouw van Altijddurende Bijstand' te Lindenheuvel. Rector Schoenmaeckers werd nu pastoor. De nieuwe parochie kwam onder het dekenaat Schinnen. De grenzen van de nieuwe zelfstandige parochie werden nauwkeurig omschreven. Ze omvatten een groot deel van de parochie te Lutterade. Kleine delen van de parochie lagen in Sittard en in de parochie Oud-Geleen. Nb. De hulpkerk werd nu een noodkerk.
Aan de gemeenteraad vroeg pastoor Schoenmaeckers in 1923 subsidie voor de nieuwe R.-K. parochie. De raad stemde in met f 500 per jaar subsidie voor tien achtereenvolgende jaren vanaf 1924.
Op zondag 30 december 1923 werd de pastoor op plechtige wijze geïnstalleerd in de nieuwe parochie.
Samenvatting6:
Pastoor van de parochie 'St.-Martinus' en deken van het dekenaat Wyck- Maastricht
Op 15 mei 1931 overleed in Wyck-Maastricht pastoor-deken K.H.M.H. Receveur. Dominiqus Emile Francois (Frans) Schoenmaeckers werd op 11 juni 1931 door Mgr. Schrijnen benoemd tot pastoor van de parochie 'St.-Martinus' en deken van het dekenaat Wyck-Maastricht. Op zondagmiddag 26 juli 1931 werd de nieuwe pastoor en deken van het dekenaat Wyck-Maastricht geïnstalleerd.

Zaterdag 28 augustus 948 verleende Mgr. J.H.G. Lemmens, bisschop van Roermond, aan deken Schoenmaeckers, wegens gezondheidproblemen, eervol ontslag. Oud-deken Schoenmaeckers bleef in Maastricht wonen en nam zijn intrek tot aan zijn dood in het R.-K. Tehuis voor meisjes aan de Lenculenstraat 21. Op zondag 26 september nam hij met een treffende toespraak van de kansel onder alle missen afscheid van zijn parochianen*
Na september 1948 gaf hij regelmatig, bij belangrijke gebeurtenissen, acte de présence en bleef bovendien ook voorzitter van drie huishoudscholen in Maastricht.
Zijn opvolger in de parochie te Wyck werd pastoor-deken M.H.A.M. Poels. Hij werd geïnstalleerd op zondag 10 oktober 1948. Oud pastoor-deken Schoenmaeckers van de parochie in Wyck-Maastricht overleed maandag 18 juli1955, op 72jarige leeftijd, in de Lenculenstraat 21 te Maastricht. Honderden leerlingen en leraren van alle Maastrichtse huishoudscholen waren donderdagmorgen 21 juli 1955 aanwezig bij de begrafenismis in de Sint Servaaskerk. De deken van Maastricht, Mgr. P.J.M. Jennekens droeg de plechtige mis van requiem op, die werd bijgewoond door de bisschop van Roermond, de commissaris van de koningin, burgemeester en wethouders van Maastricht en alle pastoors van Maastricht. Na de mis werd hij onder grote belangstelling bijgezet in het priestergraf op het kerkhof 'Oostermaas'.