Uw zoekacties: Artikelen
beacon
31  zoekresultaten
sorteren op:
 
 
 
 
Artikel
De sterrenwacht van Broekhem
Datering:
2021
Titel:
De sterrenwacht van Broekhem
Auteur:
Jef Boosten
Titel tijdschrift:
't Sjtegelke
Afleveringsnummer:
't Sjtegelke, 28 (2021) nr. 55 (zomer), p. 12/17
Samenvatting:
Aan de Kloosterweg in Broekhem staat nog steeds het imposante, momenteel sterk in verval geraakte, gebouw dat in de 1890-er jaren door de jezuïeten is gebouwd als Collegium Maximum: het hoofdgebouw van de Duitse provincie van de jezuïeten. De jezuïeten waren als gevolg van door Otto van Bismarck ingevoerde wetten, die de zelfstandigheid van religieuze organisaties beperkten en zelfs verboden, gevlucht uit Pruisen. De hierdoor ontstane Kulturkampf had veel gevolgen voor diverse religieuze orden, die om hun vrijheid te behouden naar het buitenland uitweken. De Duitse jezuïeten weken uit naar Nederland, hoofdzakelijk naar Limburg.
Na enige omzwervingen werd besloten in het dal van de Kattebeek, in de toenmalige gemeente Hulsberg, een nieuw Collegium Maximum te bouwen. De mooie omgeving en de nabijheid van station Valkenburg waren van doorslaggevende factor bij dit besluit.
Voor het gebouw werden 7.000.000 stenen gebruikt die ter plaatse gebakken werden. De leem die nodig was om stenen van te bakken was in ruime mate aanwezig en voor het bakproces werden een aantal steenovens ingericht. Het werd gebouwd door de Valkenburgse aannemer Habets. Hij was de vader van Florent Habets, de eigenaar van het autobusbedrijf “De Valk”. Kosten voor de bouw bedroegen 1.000.000 Mark. In die tijd was dit het grootste gebouw van Limburg.

Krejjeberg
De aangrenzende wijk is na de bouw van Collegium ontstaan en de eerste huizen zijn gebouwd met bakstenen die waren overgebleven na het bakproces. Dit was overigens zeer tegen de zin van de paters, die graag aan de voorzijde een vrij uitzicht wilden hebben. Deze wijk van Broekhem heeft lange tijd bekend gestaan als Krejjeberg, genoemd naar de sintels (Limburgs: Krejje) die bij het bakproces achterbleven en gebruikt werden om o.a. straten te verharden.
Samenvatting2:
Bewoners
In de hoogtijdagen herbergde het Collegium Maximum ongeveer 300 bewoners, bestaande uit 100 paters, 150 studenten en 50 broeders. In de loop van de tijd hebben veel beroemde professoren aan de studenten lesgegeven. Er vond veel wetenschappelijk onderzoek plaats en de betreffende professoren en studenten kregen hier alle ruimte voor.

Telescoop
Op de rechtervleugel van het Ignatiuscollege was aan de achterkant op een hoogte van 30 m. een koepel ten behoeve van astronomisch onderzoek aangebracht.
De hiervoor benodigde telescoop werd in 1893 door de jezuïeten voor 8.000 mark gekocht op de Chicago World Columbian Fair (Wereldtentoonstelling Chicago).
De telescoop werd in de herfst van 1896 in Valkenburg opgebouwd door Johan-nes Hagen SJ met assistentie van Joh. Bapt. Springer SJ.

Het was een Fauth refractor met een lensdoorsnede van 22,7 cm en een focus-lengte van 280 cm. Het apparaat had een aluminium behuizing. De bouwer was John Clasey te Washington.
Daarnaast beschikte het observatorium over een kleinere in Wenen vervaardigde kijker met een lensdoorsnede van 15,3 cm en nog andere observatieapparaten. De eerste directeur van de sterrenwacht was pater Joseph Hisgen SJ (1868-1910).
De meest bekende astronoom was pater Michael August Esch, hij was directeur van het observatorium vanaf 1905.
Samenvatting3:
Michael August Esch (Eupen 12 april 1869 - Valkenburg 28 april 1938)
Volgde in Paderborn het gymnasium en studeerde in Bonn 1 jaar theologie. In 1891 is hij ingetreden bij de jezuïeten in Bleijenbeek en volgde hij een studie Natuurwetenschappen waar hij zich heeft gespecialiseerd in Astronomie. Van 1896 tot 1898 was hij assistent van astronoom Johann Georg Hagen SJ bij de jezuïeten aan de Georgtown University (USA).
Johann Hagen had in Maria Laach gestudeerd van 1867 tot 1870 en werd in 1906 directeur van de Sterrenwacht in het Vaticaan.
Na de terugkeer in Valkenburg, was Michael Esch gekwalificeerd om in 1898 zelfstandig in de sterrenwacht te functioneren. In de jaren 1903-1904 deed hij nog verder onderzoek bij de Sterrenwacht Kollotschau in Hongarije als assistent van de zononderzoeker Julius Fick SJ. In 1901 werd hij priester gewijd.
Hij kreeg de gelegenheid om op 30 augustus 1905 in Burgos Spanje een totale zonsverduistering beleven, waar hij foto’s van kon maken.

In 1905 werd Michael Esch benoemd tot directeur van het observatorium in Valkenburg. In 1910 en 1911 doceerde hij wiskunde en fysica aan het Aloisius-college te Sittard.
Voor zijn eigen ontwikkeling studeerde hij van 1912 tot 1915 aan de universiteit van Wenen bij astronomieprofessor Samuel Oppenheim. In 1917 en 1918 volgde nog een studie Astronomie en Fysica aan de Universiteit Innsbruck. Daarna keerde hij terug naar Valkenburg om de laatste 20 jaar van zijn leven te wijden aan het bestuderen van de sterren.

Tweede Wereldoorlog
De jezuïeten werden in juli 1942 verdreven door de Nazi’s om er de Reichsschule voor jongens te vestigen. Een middelbare school om het kader van de Nationaal Socialistische Partij op te leiden. In een propagandafilm over de school is te zien hoe zij de telescoop gebruiken in hun lesprogramma.
Samenvatting4:
De telescoop werd na het einde van de Tweede Wereldoorlog opgeborgen in een seminarie in Maastricht. Daar bleef hij, min of meer vergeten, gedurende 30 jaar liggen.
Na een grondige restauratie is hij nu in gebruik bij de Sterrenwacht Limburg op de Brunssummerheide te Heerlen.
Momenteel is het gebouw van het Collegium Maximum/Boslust sterk in verval en wacht op een grondige restauratie.

In Broekhem Noord is een straat naar Michael August Esch genoemd.

Bronnen
- NIOD
- 25 Jahre Ignatiuskolleg Valkenburg 1894-1919
- H.J.M. Keulen. Van jezuïetencollege tot Academie voor Bewustwording
- Archiv der Deutsche provinz der jezuïeten
- Eifelzeitung november 2018. Astronom aus Eupen, Gregor Bran

Samenvatting5:
Foto's:

- Rechtervleugel met koepel observatorium 2020
- Sterrenkijker 1920
- Michael Esch SJ bij telescoop
- Zonsverduistering Burgos 1905
- De Reichsschule gebruikte ook de sterrenkijker
- Binnenkant koepel met draaimechanisme 2020
Geografische namen:
 
 
 
 
 
Artikel
Organisation TODT 1944 - Valkenburg (4/4)
Datering:
2020
Titel:
Organisation TODT 1944 - Valkenburg (4/4)
Auteur:
Rob Odekerken
Titel tijdschrift:
't Sjtegelke
Afleveringsnummer:
't Sjtegelke, 27 (2020) nr. 54 (winter), p. 28/50
Samenvatting:
Vervolg 4/4

Deelnemende organisaties

Organisation Todt - Valkenburg
Dienststelle der Feldpostnummer 10455
Aktezeichen T120
Strabeek 201
Bauleiter H. Neumann, Groenema, Hanzel

Organisation Todt - Maastricht
Prins Bisschopssingel 4 Maastricht
Dipl. Ing. Kühn. , Baurat Hans Jürgensen

Büro Professor Dr. Ing. Herbert Rimpl, dependance
St. Hubertuslaan 4 Maastricht
Dipl. Ing. Heinrich Leppla

Stiftung für Industrielle (Um)Siedlung, Abteilung Bauten
Prins Bisschopssingel 2 Maastricht
Herr Münster, August Kubitza

Feldbauamt der Luftwaffe
Oisterwijk
Herr Bernward Klomp

Klöckner Flugmotorenbau GmbH, Nachbaubetrieb voor BMW
Hamburg

Frontreparaturbetrieb Utrecht GL 3163 (General Luftzeugmeister)/ Klöckner
Kanaalweg 64 (adres Firma Jongerius) Utrecht
Obering. Bense, ing. Froh, Herr Lorenz

BMW
München
Oberingenieur Hermann Holbein

OT-Einheit Firma Hubert Berghs
Nieuweweg 83e (1944) Valkenburg-Houthem

OT-Einheit Firma Leo Hensels
Houthemerweg 162 (1944) Valkenburg-Houthem

OT-Einheit Firma Heinrich Daumen
Wilhelminalaan 68/70 (1944) Valkenburg-Houthem
Regional Bauinspektor (O.T.): Erich SchenkR 50-I/12671
Käthe Otto (O.T.):Typiste van Heinz Neumann
Samenvatting2:
Bronnen

Bundesarchiv Berlin Lichterfelde
R 50 I 316, 317,318OT Einsatzgruppe West (Holland und Belgien)
R 9361-II/755367NSDAP lidmaatschapskaart H. Neumann
R 50-I/3926Bruno Hanzel
BArch-KBL-LKB-698Lazarettkarten Hildesheim

Militärarchiv Freiburg
Verleihungsliste Nr. 67 (Ziv.) Heinz Neumann Kriegsverdienstkreuz

Regionaal Historisch Centrum Limburg
40.007A 2856/3218/3907Gemeentearchief Valkenburg-Houthem
EAN_1117 2758 en 2951 PLEM
17.26-01B/1150 t/m 1156DSM archieven spoorlijn Houthem-Meerssen 1944

Nationaal Archief Den Haag
2.13.167_790_16Bunkertekening
2.09.16.02_35842NBI-Hubert Berghs
2.09.16.06_88948NBI-Leo Hensels
2.09.16.03_44537NBI-Heinrich Daumen
2.21.310_53Rapport Kurt Wiendieck
CABR 111492PF Den Bosch 21673 L. Hensels

Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie
098Organisation Todt
249-0605Dossier Organisation Todt
249-A0605Dossier Organisation Todt (aanvullingen)
249-0816Verslag directeur Postkantoor Valkenburg vanaf sept 1944 tot 10 mei 1945

NIMH
575-401-0020 Bureau inlichtingen

Stadtarchiv Hildesheim
Reg.-Nr. 920/1906Geboorteakte Heinz Otto Hermann Neumann
Reg.-Nr. 488/1929Huwelijksakte H. Neumann en Minna Snoek
Reg.-Nr. 156/1977Overlijdensakte H. Neumann

NCAP
NCAP_JARIC_140_0912_4001 Luchtfoto

Archief Heemkundevereniging Houthem-St. Gerlach
BunkerfotoScan

Documentatie:
Katwijk 1940-1945 D. Harff en P. Harff
Handbook of the O.T.MIRS/MR London 1944


Samenvatting3:
Afbeeldingen/foto's:

- PLEM-gebouw aan de Prins Bisschopssingel 2-4 te Maastricht
- Kraaginsigne OT Bauleiter
- Lazarettbesuch Neumann te Hildesheim
- NSDAP lidmaatschapskaart van Neumann uit 1937
- Broekhem 104, waar Neumann resideerde met plaquette vanwege 75 jaar bevrijding; schuin tegenover woonde waarschijnlijk Hanzel
- De bunker is op 24-01-1949 opgemeten en getekend door het “Bureau Registratie Verdedigingswerken”. Er stond nog een 2e exemplaar in Culemborg
- Tekening uit het Bunkerarchief d.d. 24-1-1949
- Luchtfoto van Broekhem op 1 september 1944 met de door de OT
in beslag genomen huisnummers en de bunker
- beknopt overzicht van de projecten en enige bedrijven (genaamd OT-Einheiten) die Neumanndeels vanuit Valkenburg aanstuurde en coördineerde.
- Iedere OT-vakman had zijn eigen symbool, resp.: metselaar-timmerman-ijzer-vlechter-slotenmaker-chauffeur
- Alle werkers waren verplicht het OT- symbool op de arm te dragen. De rode pijl is 1 stapje hoger in rang: Vorarbeiter. Er werd gewerkt in dag- en nachtdiensten. Iedere werknemer had een dienstboekje ter identificatie, met stempels waar hij of zij te werk was gesteld.
- Het tijdelijke kantoor van Hensels aan de Houthemerweg 162, tegenwoordig Broekhem 78, helemaal verbouwd als hotel de Griffier
- Brief Huiman
- Reisdocument van Neumann en zijn zoon Klaus naar Canada
Geografische namen:
 
 
 
 
 
Artikel
Organisation TODT 1944 - Valkenburg (3/4)
Datering:
2020
Titel:
Organisation TODT 1944 - Valkenburg (3/4)
Auteur:
Rob Odekerken
Titel tijdschrift:
't Sjtegelke
Afleveringsnummer:
't Sjtegelke, 27 (2020) nr. 54 (winter), p. 28/50
Samenvatting:
Vervolg 3/4

Fa. Hensels
Fa. Hensels [26] werd in 1937 opgericht door Leo Hubert Hensels [27] uit Borgharen als uitvoerder van grondwerken. Deze firma werd van 12 februari tot 2 september 1944 als OT-Einheit ingezet bij diverse bouwwerken van de hoogste urgentie in Zuid-Limburg. In de periode vlak daarvoor was hij actief in Venlo.
Als tegemoetkoming voor zijn inzet, goede wil en getoonde initiatieven en daarmee snelle voortgang van de werkzaamheden kreeg Hensels een auto toegewezen, zodat hij de diverse bouwplaatsen met een radius van 14 km kon bezoeken in zijn functie van uitvoerder. Zijn tijdelijke adres was Geulhem 141, en hij kreeg een bijkantoor in hotel van Espen aan de Houthemerweg 162 (nu Broekhem 78), vlakbij Heinz-Hermann Neumann. Hensels had als bijnaam “de dikke Hollander”, maar ook “de beul’’ vanwege zijn gedrevenheid.
Nelly Ober-Hoen (dochter van van Espen) was toen 5 jaar en weet zich nog te herinneren dat de OT het hotel vorderde en er heel kort in heeft gezeten. In de eetzaal stonden toen tafeltjes met typemachines.
Zo heeft Fa. Hensels met paard en kar het spoorlijntje Geulhem-Meerssen verlengd en ook het betongeraamte en afvoerbuizen van het laadperron inclusief testplateau’s voor vliegtuigmotoren gemaakt in Geulhem. Er zijn diverse rekeningen voor de geleverde beton, afvoerbuizen, waterverbruik etc. terug te vinden. [28]

Voetnoot [26]
Fa. Hensels, Kamer van Koophandel Maastricht nr. 6674

Voetnoot [27]
Leo Hubert Hensels, geb. 9-6-1913, overl.1966; op 13-9-1940 getrouwd met Maria Hubertina Anna Dassen, die op 20-5-1941 in Borgharen is overleden

Voetnoot [28]
bron: NBI
Samenvatting2:
Hensels werkte daarvoor samen met zijn werknemers Ponzlet (waarschijnlijk Franz Leonhard Ponzlet, transportondernemer Bergerstraat 4 te Amby Maas-tricht), Schoonlingen, en transportondernemers A.H. Smeets en J. Defresne, Neerhem 32b te Valkenburg.
Hensels is op 21 oktober 1944 aangehouden door de Koninklijke Stoottroepen afdeling recherche te Maastricht.
Hij is in voorlopige hechtenis geweest in de kazerne gelegen aan de Grote Looierstraat 17, ook wel “kamp Maastricht” van 21 november 1944 tot 25 januari 1945, waarna hij als niet veroordeelde naar Munster Bilzen is verhuisd. Op 29 januari 1945 werd hij opnieuw gearresteerd en gedetineerd in “Villa Wijkerveld” onder verdenking van lidmaatschap van de N.S.B., hetgeen niet zo bleek te zijn. Op 23 maart 1946 volgde het officiële besluit tot in vrijheidstelling. Hij werd gesommeerd zich beschikbaar te houden bij nieuwe feiten, en zich te melden bij het Bureau Toezicht Politieke Delinquenten in de Breedestraat 22 te Maastricht.
Op 26 november 1948 wordt de zaak tegen Hensels heropend door de “Centrale Zuiveringsraad voor het Bedrijfsleven”. Hij geeft hierbij het volgende te kennen:

“Ik ben begonnen te werken met 18 arbeiders. Ik was onderaannemer bij Tunnel & Tiefbau. De machines die ik voor de grondwerken nodig had kreeg ik van de Duitsers, alsook de arbeiders, en wel in het kader van de OT. Behalve grondwerken heb ik ook betonwerken uitgevoerd. Zelf kwam ik maar een paar keer per week op het werk. Wanneer ik arbeiders aan andere firma’s moest uitlenen, bleven deze bij mij op de loonlijst staan en kreeg ik het geld van de andere firma’s terug …”

Hensels werd alsnog schuldig verklaard aan hulp aan de vijand en benadeling van de Staat met de bestempeling van zijn handelswijze als “zeer onnadenkend”. Hij werd ontzet van het recht een leidende functie uit te oefenen in enige bouwonderneming voor een periode van 3 jaar. [29]

Voetnoot [29]
Bron: CABR L. Hensels, uitspraak rechtbank Roermond 10-12-1948
Samenvatting3:
Uit diverse getuigenverklaringen van oud-werknemers is gebleken dat Hensels goed bevriend was met de Duitse officieren, en dat hij in hun aanwezigheid pro-Duits handelde. De tarieven die door de OT betaald werden waren vele malen hoger dan de gebruikelijke, hetgeen niet alleen de werknemers maar ook de financiële positie van Hensels ten goede kwam. Hij had goed contact met de Duitse Fachbewerber (arbeidsbemiddelaar) Herr Krönin van het Arbeidsbureau te Maastricht, die hem altijd arbeiders kon regelen waardoor het aantal in rap tempo toenam van 100 tot wel 700. Ook via het gewestelijk Arbeidsbureau te Heerlen en via de OT te Valkenburg werden arbeiders uit heel Nederland toegewezen.
Hensels werd door getuigen omschreven als een grote brute vent, die zijn werknemers altijd dwong flink aan te pakken en herhaaldelijk dreigde met arrestatie door de Wehrmacht en “einsperren” als ze niet snel genoeg werkten. Enkelen zijn inderdaad gearresteerd en hebben vastgezeten in de bunker van Neumann of in de kelder van een hotel. (o.a. Jacob Veld uit Hoensbroek). Hij gedroeg zich als iemand die gewend was te bevelen en die onmiddellijk gehoorzaamd moest worden. Daarnaast hield hij door de door riante inkomsten feesten en werd hij meerdere malen onder invloed van alcoholische dranken aangetroffen.
Administrateur Andreas Leusen (2-10-1898) uit Haarlem, in dienst bij Fa. Hensels, weet te vertellen:

“Ik rekende het werk uit, waaruit volgens de tarieven de uit te betalen lonen werden berekend, en ik ging dan het geld afhalen, in den beginne in Delft, later te Culemborg bij het hoofdbureau van de OT Ik haalde elke week geld, in het begin bedragen van 8000 à 10.000 per week, en op het laatst 60.000 tot 70.000 gulden. Deze laatste bedragen werden uitbetaald 14 dagen voor de bevrijding van Valkenburg.
Samenvatting4:
Hensels, Ponzlet en Schoonlingen waren alle drie gemachtigd cheques te tekenen en te innen. Hensels en Ponzlet waren bijna altijd samen, Schoonlingen was meer op zichzelf. Ponzlet is later met Neumann via Noordelijke plaatsen naar Duitsland uitgeweken”.

Vanaf 1954 woonde Hensels in Maastricht.
Op het verwijt van collaboratie met de Duitsers antwoorde hij dat hij hiertoe gedwongen werd, en dit tot 3x toe heeft geweigerd, en dat hij daarnaast zeer veel “Ausweise” had verstrekt aan onderduikers. Ook had hij ervoor gezorgd dat de arbeiders die bij hem in dienst waren niet naar Duitsland hoefden te gaan.
Door de publicatie van de “Ministeriële Beschikking [30] ” tot teruggave van in de oorlog gederfde kosten claimden veel medewerkers en instanties achterstallige betalingen voor lonen, materiaal en belastingen tot in 1959 bij het “Nederlands Beheers instituut”. De vorderingen van de belastingen hadden voorrang, waardoor er voor de overige schuldeisers vaak niets overbleef.

Als voorbeeld een vordering van Cornelis Kasbergen uit Rotterdam, beroep metselaar, die vanaf 8 juni 1944 tot 8 september 1944 bij de Fa. Hensels heeft gewerkt, en die door “Dolle Dinsdag” onverhoopt gereedschap heeft achtergelaten. Hij vorderde zijn gereedschap terug, inclusief reiskosten en achterstallig loon.
Volgens Hensels was er bij de bevrijding voor ± fl. 150.000 materiaal aanwezig op de diverse OT-werkplaatsen.
De gemeente Valkenburg wist voor bijna fl. 38.000 aan geconfisqueerd OT- materiaal te verkopen, inclusief eigendommen van Hensels, waarvan de opbrengst volgens wettelijk voorschrift verviel aan het Bureau Oorlogsbuit. Het bedrag werd vanuit de gemeentekas overgeboekt naar het Ministerie van Financiën.


Voetnoot [30]
als gepubliceerd in de Staatscourant d.d. 7-6-1949, nr. 108
Samenvatting5:
Alle vermogen van Hensels is na de oorlog aan de Staat der Nederlanden vervallen. Hij heeft in 1954 via het Nederlandse Beheers Instituut geprobeerd zijn eigendommen van de door de Gemeente Valkenburg geconfisqueerde en verkochte OT-materialen terug te claimen om zijn bedrijf als aannemer van grondwerken weer te kunnen beginnen, maar dit werd hem geweigerd. Uiteindelijk is hij toch erin geslaagd een van de beste wegenbouwbedrijven in Limburg op te starten, dat reeds in 1959 naam gemaakt had. [31]

Fa. Daumen (Elektro-Institut Heinrich Daumen)
Engelbert Heinrich Daumen (geb. 2-11-1891 te Rheidt) was een Duitser die woonde op de Oranjelaan nr. 1 te Valkenburg. Hij dreef een Electro-technisch bedrijf, dat tijdens de oorlogsjaren hoofdzakelijk voor de Organisation Todt werkte, terwijl zijn echtgenote een lunchroom exploiteerde in de Wilhelminalaan nr. 49, waarvan de inventaris niet haar eigendom was.
Op 29 juni 1942 kocht hij het huis met magazijn en erf aan de Wilhelminalaan 68/70 van de Niederländische Grundstückverwaltung (NGV) voor de prijs van fl. 18.000,- uit Joods bezit (de heer Edgar Huiman, geb. 24-3-1910 te Berg en Terblijt, geh. met Anny Muller). Laatstgenoemde had daar een zaak met slagersbenodigdheden. Bij acte van minnelijk rechtsherstel van 11 september 1947 keerde dit pand officieel terug naar Huiman, die er echter op 20 september 1944 alweer terug was ingetrokken.
Na de oorlog was Heinrich Daumen op 20 april 1945 nog steeds voortvluchtig. Al zijn vermogen en bezittingen werden onmiddellijk in beslag genomen, inclusief dat van zijn vrouw Katharina Daumen-Johnen (geb.13-5-1886 te Niedegge). Bij zijn arrestatie had hij een bedrag van fl. 50.000,- contant op zak, hetgeen werd gedeponeerd bij de Amsterdamse Bank om zo diverse schuldeisers te kunnen betalen. Mevrouw Daumen-Johnen kreeg huisarrest te Hardenberg.

Voetnoot [31]
bron: NBI en CABR L. Hensels nr. 21.673
Samenvatting6:
Ook Daumen had veel rekeningen openstaan bij de PTT, PLEM, Limagas, werknemers en de belastingdienst, die via het Nederlandse Beheers Instituut werden voldaan tot in 1954.
Het geconfisqueerde vermogen van Daumen werd vanaf 7 juni 1945 beheerd door kandidaat-notaris J.P.A. Theunissen uit Valkenburg.
Eind 1970 heeft Daumen bij Duitse instanties zijn geleden vermogensverlies aangemeld, met de hoop nog iets terug te kunnen ontvangen.
De Wilhelminalaan werd tijdens de bezetting veranderd in de Hendrik van Viandenlaan, volgens de Duitse traditie dat straatnamen alleen naar overleden personen mochten worden genoemd. Uitzonderingen daargelaten… [32]

Voetnoot [32]
bron: NBI

Afbeelding: Brief Huiman
Voetnoot [33]
bron: NBI

Afbeelding: Reisdocument van Neumann en zijn zoon Klaus naar Canada
Voetnoot [34]
bron: Arolsen Archives

Zie vervolg 4/4
Geografische namen:
 
 
 
 
 
Artikel
Organisation TODT 1944 - Valkenburg (2/4)
Datering:
2020
Titel:
Organisation TODT 1944 - Valkenburg (2/4)
Auteur:
Rob Odekerken
Titel tijdschrift:
't Sjtegelke
Afleveringsnummer:
't Sjtegelke, 27 (2020) nr. 54 (winter), p. 28/50
Samenvatting:
Vervolg 2/4

Hij is van daaruit vertrokken naar het noorden, om weer te worden ingezet in Katwijk/Noordwijk als Bauleiter. Uiteindelijk wordt hij op 10 mei 1945 gearresteerd in Beverwijk door het 56 Heavy Regiment. [17]

Hildesheim is op 22 maart 1945 zwaar gebombardeerd door de geallieerden, en het is aannemelijk dat de meegenomen huisraad hierbij verloren is gegaan op zijn oude woonadres Altermarkt 61. Op 15 juli 1945 vestigt hij zich in Bültum (Ortsteil van Bockenem in Landkreis Hildesheim). In de periode 1945-1957 stond hij nog steeds als Bau-Ingenieur vermeld op de inwonerskaart van Hildesheim. [18]

Na de capitulatie is Neumann samen met zijn oude collega Bruno Hanzel werkzaam geweest bij de Moorkultivierung (moerasontginning) van het Emsland in Noord-Duitsland (november 1945). [19]
Heinz Neumann is in 1954 met een van zijn drie zoons Klaus vanuit Bremerhaven naar Canada vertrokken. Zijn vrouw en andere 2 zoons bleven in Duitsland, en vestigden zich op 8 juni 1955 op het adres Steingrube 18 te Hildesheim. Heinz kwam op 24 november 1955 terug uit Canada om bij haar in te trekken, en uiteindelijk is hij in Hildesheim overleden op 26 januari 1977. Klaus bleef in Vancouver met zijn vrouw Trudy Mitchell. [20]

De projecten van de OT
Het hele project voor het inrichten van de Limburgse grotten was omvangrijk, en er waren veel bedrijven bij betrokken. Het stond als “Kriegsentscheidend Sonderbauprogramm” te boek, met hoogste geheimhouding en belang. Op veel documenten staat dan ook een stempel “Geheime Kommandosache”.
De bouwwerken werden vaak bezocht door hoge Duitse officieren.
Onderstaand een beknopt overzicht van de projecten en enige bedrijven (genaamd OT-Einheiten) die Neumanndeels vanuit Valkenburg aanstuurde en coördineerde.

Voetnoot [17]
War Diary 56th, 10-5-1945

Voetnoot [18]
Stadarchiv Hildesheim

Voetnoot [19]
bron: Barch Freiburg

Voetnoot [20]
bron: Stadarchiv Hildesheim en Arolsen Archives
Samenvatting2:
Er werden ook diverse specialisten gerekruteerd, zoals de firma Lütkehaus & Co uit Essen, voor “Hochbohrungen für Bewetterungsanlagen” en de Fa. Tunnel- und Tiefbaugesellschaft GmbH uit Essen en de Fa. Offermann en Buhlmann.
De werkzaamheden van Neumann bestonden onder andere uit:
- het afsluiten van contracten met onderaannemers
- het volgen van materiaalleveringen en navragen
- het vorderen van paarden en karren, o.a. van Georg en Guillaume Frissen, en regelen van het paardenvoer
- het confisqueren van grondstukken via de Baurat Maastricht, huizen en garages
- het regelen van arbeiders, o.a. uit de Noord-Oostpolder via dhr. Vahle (Arbeitseinsatz) en dhr. Houdijk.
- het regelen van verlofpassen
- het regelen van grenspassen voor Belgische werknemers
- het regelen van typemachines
- het regelen van hotels voor bezoek (Hotel Voncken, Berg- en Dal, Geulzicht, Amsterdam, Grot van Lourdes)
- het oplossen van diverse geschillen etc.
- het regelen van het afvoeren van restpuin van het klooster der Oblaten (Geerlingshof).

Als voorbeeld een brief van Neumann gericht aan de Wehrmachtskommandantur te Maastricht, waar hij zoal mee te maken had, d.d. 3 augustus 1944:

“Betreff: Einrichtung eines Erholungsheimes für den Zollgrenzschutz in Geulem.
Nach Mitteilung der OT-Einheiten Offermann-Bühlmann und Woudenberg soll das Hotel „Geulzicht“ in Geulem als Erholungsheim für den Zollgrenzschutz beschlagnahmt werden.
Ich lege gegen diese Beschlagnahme Beschwerden ein, und werde ebenfalls der Rüstungsinspektion der Niederlande, den Generalluftzeugmeister, diese Maßnahme unterbreiten. In unmittelbare Nähe des benannten Hotels werden zur Zeit Baumaßnahmen zur unterirdischen Unterbringung eines durch das Rüstungsamt in diesen Räumen zu verlagernden Industrieunternehmen (Jäger-Programm) durchgeführt.
Samenvatting3:
Die Wahl des Ortes für Erholungszwecke ist unge-eignet, somit dieses Gebäude für den Betrieb der Rüstungsindustrie vorgesehen ist.
Weiterhin lege Ich Beschwerde ein gegen das Auftreten eines Vertreters der Zollbehörde. (Bericht OT-Einheit Offermann-Bühlmann).
Die Unterbringung dieses Erholungsheimes stört:
1.Die Durchführung der Baumaßnahmen
2.Die Steuerung der Industrie-Unternehmen
Es wird erwartet, dass die Beschlagnahme aufgehoben wird.“

Refererend aan het foto-incident bij de Bronsdaelgroeve, waarbij door de familie Curfs de hulp van Neumann werd ingeroepen en zo werd voorkomen dat een nietsvermoedende toerist ter plekke werd geëxecuteerd, omdat hij vermoedelijk foto’s had genomen van het in aanbouw zijnde complex. “…Een soldaat stelde voor de fotograaf dood te schieten, maar Neumann zei: “Du hast nichts zu schießen! Du sollst nur den Film in Beschlag nehmen, sonst nichts! Noch Fragen?“, aldus een citaat van Wiel Curfs. [21]

Voor de werkzaamheden in en om de grotten werd vooral gebruik gemaakt van paarden en karren, omdat het terrein niet goed toegankelijk was met vrachtwagens. Zo werd er op 26 juni 1944 door Neumann een “herinnering” gegeven aan de Feldkommandantur van Hasselt voor het leveren van 50 paarden met karren aan de Fa. Berghs.

De werkwijze van Neumann wordt in de notulen van een bouwvergadering dd 11 juli 1944 te Vught getypeerd door de Arbeitsdienst (lees Herr Vahle), die zich eraan stoort dat soms arbeiders niet meteen kunnen worden ingezet:

“Herr Neumann kümmere sich zu viel um Kleinigkeiten, wobei ihm die Übersicht über den Gesamtplan über dem Kopf wachse. Seine Tüchtigkeit in fachlicher Hinsicht wird jedoch keinesfalls angezweifelt“


Voetnoot [21]
zie Stegelke 51
Samenvatting4:
Bij deze vergadering was Neumann zelf niet aanwezig, wel Vahle, Hanzel en Houdijk.
Tevens wordt er vermeld dat er 500 wegenbouwarbeiders uit de Noordoostpolder worden ingezet bij het Sonderbau programm Valkenburg, in samenspraak met de Beauftragter voor de Noordoostpolder Herr Houdijk.
Laatstgenoemde wil de garantie dat deze 500 arbeiders na 6 weken terug mogen, hetgeen niet op prijs wordt gesteld aangezien het project onder grote tijdsdruk staat. Herr Vahle was de “Sonderbeauftragter für die Regelung des Arbeitseinsatz des Sonderbauprogramm Valkenburg“.
Daarnaast wil men dat er nog eens 500 gevangenen (o.a. uit Vught) en 200 strafgevangenen onder bewaking op de bouwplaats worden ingezet. Het wordt uitdrukkelijk gemeld dat Neumann dit laatste niet wil. Bau-ingenieur Bruno Hanzel (collega van Neumann) zegt dat er ook voor werknemers boven de 60 jaar werk is in Valkenburg, en dat de barakken voor de 200 strafgevangenen in aanbouw zijn, zodat de bewaking geen groot probleem meer zal zijn.

Op 31 augustus 1944 schrijft Neumann aan de Ortskommandantur Maastricht dat hij voor de maand september in gebied Valkenburg nog steeds nodig heeft:
15 timmerlieden
65 metselaars
20 betonvlechters
30 blokbrekers
65 elektromonteurs
150 hulpmedewerkers

Opmerkelijk is het feit dat er tot het laatste moment door de lokale OT-Einheiten is geprobeerd om de werkzaamheden gedaan te krijgen, zonder besef dat het zo maar eens afgelopen kon zijn door de naderende geallieerden, met eventuele repercussies voor collaboratie met de Duitse bezetter.
De Duitsers zelf waren zorgvuldiger met het uitwissen van sporen: zo onderschreef Neumann zijn brieven alleen met de letter N, en van Hanzel is zo goed als niets terug te vinden. Daarnaast werden er van hogerhand circulaires uitgegeven aan de Bauleitungen met het bevel tot archiefvernietiging bij terugtocht.
Samenvatting5:
De OT-Einheiten
Voor het uitvoeren van de werkzaamheden in- en om de grotten werden lokale aannemers ingehuurd als OT-Einheit, al dan niet verplicht. De medewerkers van deze firma’s stonden op loonlijsten en kregen betaald.
Uurtarieven waren vastgelegd door de OT, variërend van 0,53 tot 0,73 cent per uur (7 tot 8 gulden per dag), hetgeen driemaal zo hoog was als de reguliere tarieven. Voor de te werk gestelde gevangenen zullen andere regels hebben gegolden. In de regio Valkenburg-Geulhem waren vooral de bedrijven Hensels, Daumen en Berghs aktief. De Duitse bezetter stelde dienstwagens ter beschikking om deze OT-Einheiten te ondersteunen in hun werkzaamheden.

We weten welke kentekens hun auto’s (PKW’s) hadden:

Neumann: P23606 (Bauleiter)
Hanzel:P6555 (Bauführer)
Hensels:P32072 (Betriebsführer)
Ponzlet:P11894 (Betriebsführer Hensels, Abt. Nachschub)
Daumen:P19670 en P33505 (Elektro Montage Betrieb) - een luxe donkerblauwe Chevrolet Coach uit 1939

Verder gebruikte men nog 2 vrachtwagens (LKW’s): P32510 en P32546.
Deze speciale kentekens waren alleen voor Wehrmacht personeel in Nederland.

Een blauwe driehoekige sticker moest dan achter de voorruit worden geplaatst.
Het diende als bewijs van een door de Wehrmacht uitgegeven rijvergunning. [22]

Voetnoot [22]
bron: NBI
Samenvatting6:
Hieronder een verdere uitwerking:

Fa. Berghs
In Valkenburg werden 48 arbeiders van de Fa. Berghs uit Maaseik Eykerpoort tegen betaling te werk gesteld. Dit weten we omdat Neumann op 9 maart 1944 voor deze Vlaamse medewerkers grenspassen heeft aangevraagd met een geldigheidsduur van 3 maanden met eventuele verlenging. De firma Berghs had ± 200 medewerkers in dienst uit regio Turnhout, waaronder ene Joseph Hubert Hensels (geb. 13-2-1926) en Hubert Berghs zelf. Wat Berghs niet wist is dat enkele van zijn medewerkers rapporteerden aan de geheime dienst. De leeftijden varieerden van 15 tot 65 jaar. Berghs zelf was toen 47 jaar, en kreeg voor zijn activiteiten een kantoor toegewezen aan de Nieuweweg 83c (oud huisnummer van Soons) te Valkenburg.
Veel van deze medewerkers hebben de oorlog ruimschoots overleefd (tot in 2012) en zijn begraven in Oud-Turnhout en Turnhout.
Volgens de geheime dienst werkte Berghs al sinds 1940 vrijwillig voor de Duitsers, en heeft hij groot werk uitgevoerd bij het vliegveld St. Truiden-Brustem, het vliegveld te Venlo en verdedigingswerken te Visé bij Luik.[23]

Hubert Berghs is na de oorlog veroordeeld. [24]

Voetnoot [23]
bron: NIMH 575-403-0022 Bureau Inlichtingen

Voetnoot [24]
bron: Belgisch Staatsblad nr. 122-182

Zie vervolg 3/4
Geografische namen: