9 Gregori Graijn verklaart voor de summe van 100 gl. in handen te hebben een waterbrief, slaande op Feus Peterss, weduwe van zal. Peter Henrix, d.d. 19-02-1609, belovende de voorzegde Gregori Graijn dezelve brief na betaling van de voorzegde 100 gl., die geschieden zal met 50 gl. op Victoris e.k. en gelijke 50 gl. op Victoris over een jaar daarna, met het verloop van dien naar advenant te zullen restitueren in handen van Feus voorzegd en gedachte Feus van de voorzegde waterbrief naar behoren te quiteren;

10 Jan Janssen en Grietgen Bernts e.l. verklaren schuldig te zijn Henrick Wilbrenninck en Frederuine van Raij, zijn vrouw, de summe van 450 gl., herkomende van penningen, die Henrick en Frederuine voorzegd hun, comparanten, opgenomen en hun deugdelijk en wel verstrekt hebben de leste pennink met de eerste, belovende dezelve inwendig 2 jaren na dato dezes te zullen restitueren, onder verbintenis van hun, comparanten, huis en hofstad, staande in de Bakkerstraat, de weduwe van Peter Verstegen zal. ab una- en Henrick voorzegd ab altera [enz.];

11 Bate Wemmers met Frans Olthoff als haar momber sub et re Gerrit Michiels en Jutte Dibbits, zijn vrouw, haar recht en aanpart van alzulke versterf als haar bij dode van Jenneken Michielssen aangekomen is aan 2 huizen in de Oeverstraat en voorts aan alhetgeen de voorzegde Jenneken stervende nagelaten heeft [enz.];

12 Frans Verheijden en Anna Blanckebijls e.l. sub et re Stoffel Verheijden, filio, en Lutger Smelinx, zijn vrouw, domum et aream, Lambert Stoeldraijer ab una- en Otto van [Deff] ab altera, staande op den groten Oort en schietende achter langs erfenis hunner huizing, genaamd de rose, ter ener- wis op de gevel en in de candieringe van het brouwhuisken, de comparanten toebehorende [enz.];