Uw zoekacties: Alle bronnen

Alle bronnen ( Gemeente Groningen Erfgoed )

beacon
1.110  foto's en documenten
sorteren op:
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
Hervonden Hunze
Oude en nieuwe sporen van een rivier bij de middeleeuwse Stad
Samenvatting:
Binnen het grondgebied van de gemeente Groningen heeft de Hunze diverse sporen nagelaten. De herkenbaarheid en ervaarbaarheid ervan wisselt,
maar dat doet niet af aan de historische waarde. De verschillende sporen
vertellen samen het verhaal van haar ontwikkeling en dan met name de
door mensenhanden veroorzaakte ontwikkelingen. Die resten zijn daarmee
waardevolle aanwijzingen om de geschiedenis van de rivier en het landschap te begrijpen en te herkennen, zij het soms met enige moeite.
Niet alleen het aanzicht van de rivier is veranderd, ook de functie – of
misschien moeten we zelfs spreken van nut – is in de afgelopen eeuw sterk
gewijzigd. Van oudsher hadden Stad en (naaste) omgeving groot belang bij
de Hunze voor de aan- en vooral afvoer van water. Het winnen en transporteren van grondstoffen (klei en turf) speelde een niet onbelangrijke bijrol.
De Hunze bezat als juridische grens aantrekkingskracht als vestigingsplaats
voor verdedigbare steenhuizen. Op afstand was de ligging van de Hunze in
die tijd te herkennen aan de steenhuizen langs haar oever. Een beeld dat relatief kort standhield. De steenovens hebben het beeld langer bepaald, maar
vielen weinig op tenzij ze rookten tijdens het stookseizoen.
Tegenwoordig zijn waarden als natuurbeleving en recreatie van veel groter
belang. Vandaag de dag wisselen dan ook industrie, wonen, vervoer (over
de weg), recratie en natuur elkaar af langs de oude loop van de Hunze.
De afvoer van water is de enige constante facor door alle eeuwen heen. In
het Hunzeplan van het Groninger Landschap komen de belevingswaarde
van nu en de functie van waterafvoer samen. Vooral de natuurlijke waarde
zal worden hersteld en versterkt. Die laatste is plaatselijk – met name in
de Hunzezone bij Euvelgunne – tezamen met de cultuurlandschappelijke
waarde behouden. (vervolg: Zie Opm)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2019 (pag. 080-095)
Objectnaam:
Hervonden Hunze
Oude en nieuwe sporen van een rivier bij de middeleeuwse Stad
Adressen:
de Hunze, Korreweg, Jacobijnerweg, Vremerweg, Harbargeweg, Groendedijk, Groningen
Opmerkingen:
(vervolg van Samenvatting:) Met het opnieuw verbinden van de boven- en benedenloop wordt de Hunzeloop als geheel weer herkenbaar, maar de kloosters,
steenhuizen en rokende baksteenovens langs haar oevers, daar moeten we
onszelf een voorstelling van maken.
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
Uit de lucht komen vallen, 2006
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2007 (pag. 081-086)
MON nummer:
107679, 107868, 108032, 108276, 108807
Samenvatting:
(citaat 'Inleiding)
“Grote Griet ben ik gehieten,
Om wijd en weer kon ik wel schieten,
Ik kreeg een kogel in mijn mond,
Ik schoot hem door de Haarder toren,
En toen nog zeven voet in de grond”

In 1672 werd Groningen belegerd door de Munsterse bisschop Christoph Bernhard Freiherr von Galen, alias Bommen Berend. Onder zijn leiding werd menig stads huis in puin gelegd1. Dat de stadjers hem van katoen gaven, moge blijken uit bovenstaand vers, waarin de schrijver zijn dichterlijke vrijheid de vrije loop heeft gegeven. De kogels vlogen over en weer, van ijzer en vrij zeker ook van steen, alleen niet over de geschetste afstand. Een driekwart kilometer was al een heel eind. Of de kogels werden hergebruikt, is niet bekend, maar dat ligt wel voor de hand.'
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2006
Objectnaam:
Uit de lucht komen vallen
Adressen:
Museumbrug, Praediniussingel, Hardewikerstraat zz, Gelkingestraat 48, Graaf Adolfstraat, Kerkstraat 158, Hoogkerk, Reitdiep, Schoolholm wz, Singelstraat, Sledemennerstraat oz, Torenstraat, Groningen
Aanleiding:
Bodemsanering
Activiteit:
opgraving
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
Warmoes en snijbiet, salaet en latuwe
Wat groeide in de Groninger moestuinen ten tijde van Haubois?, 2015
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2016 (pag. 116-133)
MON nummer:
112139
Samenvatting:
(citaat 'Inleiding:) De stadsplattegrond van Haubois uit circa 1643 staat bekend om een zeer
gedetailleerde en waarheidsgetrouwe weergave van de gebouwen in de binnenstad
van Groningen.1 Uiteraard wordt de kaart hierbij niet als zaligmakend
beschouwd, maar keer op keer blijkt Egbert Haubois het toch bij het juiste eind
te hebben gehad. Maar niet alleen tekende Haubois pakhuizen en dwarshuizen
in de binnenstad, ook werd aandacht besteed aan andere elementen zoals
schepen op het water, hijskranen op de kades en waterputten in binnentuinen.
In deze binnentuinen staan vaak boompjes aangegeven, soms zijn bleekvelden
te herkennen, en ook moesbedden zijn weergegeven. In het huizenblok
tussen de Oude Boteringestraat en de Oude Kijk in ’t Jatstraat bijvoorbeeld
zijn twee (binnen)hoven getekend, met bleekvelden waarop de hemdjes en de
broekjes van de kinderen van het R0ode Weeshuis te drogen liggen in de zon,
maar aan de noordkant zijn er ook moesbedden te herkennen Opvallend is dat op de kaart van Haubois veel groen in de stad aanwezig is.
Het lijkt wel of het (zogenaamde en) hippe ‘stadstuinieren’ van de laatste jaren
helemaal niet nieuw is. En dat is het waarschijnlijk ook niet. In de stedelijke
gebieden werd in de 16e en 17e eeuw volop getuinierd en dan betrof dat waarschijnlijk
vooral moestuinen. Dit is niet alleen zichtbaar in Groningen, maar
eigenlijk in alle Noord-Europese steden. Na de 17e eeuw verdwenen de meeste
moestuinen uit het centrum en kwamen ze meer aan de rand van de stad
te liggen, natuurlijk op vruchtbare plekken. In Groningen betekende dit dat
hooggelegen zandgronden op de Hondsrug ten noorden en ten zuiden van de
stad in gebruik werden genomen. Voor Leeuwarden gold in die tijd hetzelfde.
Op de kaart van Pieter Feddes van Harlingen uit 1622 liggen de meeste tuintjes
binnen de stad. In 1750 worden volgens de kaart van Covens en Mortier de
gronden ten zuidwesten van de stad (’t Saey landt) ook in gebruik genomen.'
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2015
Objectnaam:
Warmoes en snijbiet, salaet en latuwe
Wat groeide in de Groninger moestuinen ten tijde van Haubois?
Adressen:
Jodenkamp, Boterdiep, Hoekstraat 38, Oude Boteringestraat, Singelstraat, St. Jansstraat, Popkenstraat, Grote Markt oostzijde, Waagstraat, Vismarkt 5, Lutkenieuwstraat, Akerkstraat, Folkingestraat 37, Gedempte Zuiderdiep 144, Pelsterstraat 39, 41, 43, 45, 47, Herestraat 79, Prinsenstraat 11, Damsterdiep, Groningen
Activiteit:
opgraving
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
Een bord met een boodschap, Een intrigerende voorstelling op een fragment Werra-aardewerk van de opgraving Ossenmarkt, 1996
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2016 (pag. 096-115)
MON nummer:
108285, 108286
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Archis:
566, 1602, 1671
Samenvatting:
(citaat Slotbeschouwing): De opgraving op de Ossenmarkt in 1996 leverde onder andere een groot bordfragment op van vroeg-17e-eeuws Duits Werra-aardewerk met een intrigerende figuratieve voorstelling van een naakte vrouw, zittend op een christelijk kruis. Zij roept associaties op met een rustende Venus, de klassieke godin van de zinnelijk-erotische liefde, bekend van de contemporaine schilder- en prentkunst. De afbeelding op het bordfragment is op te vatten als het allegorische thema van de deugdzame vereniging van natuurlijke lichamelijke minnelust enerzijds en Gods geestelijke liefde anderzijds. Als
zodanig weerspiegelt zij de toenmalige humanistisch-reformatorische tijdgeest.
De rustende pose van de naakte vrouw op het liggend kruis roept verder associaties op met ‘rusten’ in de betekenis van naar bed gaan en in het verlengde hiervan met het thema van de (deugdzame) huwelijksnacht. Werrakeramiek diende onder meer als huwelijksgeschenk. Dit kan vrijwel zeker ook worden aangenomen van het hier besproken bord met een liefdevolle boodschap.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
1996
Objectnaam:
Een bord met een boodschap, Een intrigerende voorstelling op een fragment Werra-aardewerk van de opgraving Ossenmarkt
Adressen:
Ossenmarkt
Aanleiding:
Parkeerterrein
Activiteit:
opgraving
Archeologische perioden:
LME-NT
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
Meerstad, gemeenten Groningen en Slochteren, inventarisaties en verkenningen (5), 2006, 2007
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2003, Jaarverslag archeologie in 2002 (pag. 006-032)
MON nummer:
108179, 108194
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Archis:
19906, 19908, 20420
Samenvatting:
Fase I: Om de archeologisch interessante locaties binnen het Meerstadproject in kaart te kunnen brengen is een uitgebreid booronderzoek verricht. Het plangebied is daarbij in vier deelgebieden (A-D) opgedeeld.
Aan de hand van het onderzoek kon worden vastgesteld dat de oorspronkelijke bodemopbouw op veel plekken bewaard is gebleven. Deze bestond onderin uit dekzand waarin podzolhorizonten zijn waargenomen, gevolgd door een laag veen en een kleipakket met bovenin een bouwvoor. De bouwvoor bestaat deels uit klei en deels uit veen dat een laatste restant is van de voormalige veenlaag die ooit op het klei heeft gelegen. Het grootste deel van dat veen is in de late middeleeuwen afgegraven. De genoemde grondlagen op het dekzand zijn overigens niet overal in gelijke dikte aangetroffen en op sommige locaties misten ze geheel.
In verschillende boringen zijn vondsten gedaan die (kunnen) wijzen op menselijke activiteiten. Het gaat daarbij om (prehistorische) houtskooldeeltjes en aardewerk uit d;e late ijzertijd/Romeinse tijd, vroege- en late middeleeuwen en nieuwe tijd. Verder is een aantal locaties aangewezen als potentiële vondstlocaties van vuursteen.
Fase II: In een onderzoek ter voorbereiding van de aanleg van de nieuwbouwwijk Meerstad bleek dat in de ondergrond meerdere mesolithische vindplaatsen bewaard waren gebleven. Eén van de vindplaatsen is opgegraven. Deze lag op een uitloper van een dekzandwelving in een gebied dat rond 6500-6200 v.Chr. natter begon te worden en waarbij veengroei optrad. Delen van het terrein zijn gezeefd waarbij onder meer vuursteenmateriaal, houtskoolbrokjes en resten van verbrande hazelnootdoppen zijn aangetroffen.
Aan de hand van de verspreidingskaart van het vuursteen is in het midden van het terrein een cluster van vuursteenmateriaal aan te wijzen met in de directe omgeving mogelijk delen van nog twee tot drie clusters. Ook zijn verspreid over het terrein 33 mogelijke mesolithische haardkuilen waargenomen. (vervolg: Zie Opm)
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2006, 2007
Objectnaam:
Meerstad, gemeenten Groningen en Slochteren, inventarisaties en verkenningen (5)
Adressen:
Hoofdweg, Vossenburglaan, Oude Merenweg, Woldmeerweg, Meerstad, Groningen, Harkstede
Aanleiding:
Herinrichting gebied
Activiteit:
booronderzoek
Archeologische perioden:
(PALEO/MESO/NEO-)IJZ/ROM-VME-LME-NT
Opmerkingen:
(vervolg van Samenvatting:) In totaal zijn 114 vuurstenen werktuigen herkend waaronder een mogelijke boor, een schrabber en met name veel pijlspitsen en steilgeretoucheerde klingen. Aan de hand van het vondstmateriaal en de haar;dkuilen is verondersteld dat het in ieder geval één midden mesolithisch kampje betreft waar jagers wapens maakten en repareerden.

Activiteit: Globale inventarisaties en verkenningen
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
Meedenpad, archeologische begeleiding, 2015
Samenvatting:
(hele tekst): In opdracht van de provincie Groningen is in verband met de aanleg van
een fietsbrug over de Oostelijke Ringweg/Beneluxweg een archeologische
begeleiding uitgevoerd aan het Meedenpad te Groningen.10 De nieuwe
fietsbrug verbindt de twee delen van de voormalige dubbelborg Zorgwijk
en Ulgersmaborg.11 De borgen zijn gesloopt in respectievelijk 1872 en
1787. De graafwerkzaamheden aan noordzijde van de fietsbrug vonden
plaats op het terrein van de borg Zorgwijk. Uit historisch kaartmateriaal,
zoals de kaart van Hottinger uit 1792 en de kadastrale minuut uit 1811-1832
(afb. 14), is gebleken dat ter plekke een bijgebouw en visvijvers aanwezig
zijn geweest.12 Het bijgebouw lag binnen de begrenzing van de graafwerkzaamheden.
Tijdens het ontgraven bleek het plangebied ernstig verstoord te zijn
door veelvuldig aangelegde drainage in het talud van de vorige fietsbrug.
Zodoende
konden alleen verticale sporen bestudeerd worden. Het noord-oostelijke profiel toonde een deel van de uitbraaksleuf van het bijgebouw
van de borg Zorgwijk. In het zuidwestelijke deel werd een 6,5 m brede
ingraving aangetroffen die mogelijk een sloot of gracht is. Dit zou de buitenste
singelgracht geweest kunnen zijn die om de tuinen van Ulgersmaborg
heeft gelegen. Het bebouwde deel van dit borgterrein werd echter niet
aangesneden.
Ondanks de ernstige verstoring zijn toch enkele vondsten geborgen. Deze
omvatten acht fragmenten aardewerk, een baksteen en een klein fragment
dierlijk botmateriaal. De datering van de keramiekvondsten is nieuwetijds
(17e-19e eeuw).
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2016, Verslag archeologie in 2015
MON nummer:
112043
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Archis:
3296622100
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2015
Objectnaam:
Meedenpad, archeologische begeleiding
Adressen:
Meedenpad
Aanleiding:
Brug
Activiteit:
archeologische begeleiding
Archeologische perioden:
NT
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
Maaslaan, proefsleuven (14) (pag. 027), 2015
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2016, Verslag archeologie in 2015
MON nummer:
112022
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Archis:
66849, 2471361100
Samenvatting:
Aanleiding voor het onderzoek is het aanleggen van een weg tussen de Van Immhofstraat en het Helperplein. Het terrein verandert van openbaar groen, naar deels bestrating met riolering (diepte tot maximaal ca. 1,5m -Mv.). Over het hele gebied wordt een cunet uitgegraven. De twee proefsleuven hebben een afmeting van 2 bij 6 meter.
De bodemopbouw in het onderzochte gebied bestaat van boven naar beneden uit een
oude bouwvoor / enkeerdgrond van 0,6 m dik op een natuurlijke laag keizand. Hieronder bevindt zich de natuurlijke rode keileem. De bovenste helft van de bouwvoor is geroerd met modern materiaal. In de onderste helft van de bouwvoor (minder geroerde oude akkerlaag) is slechts een kleine hoeveelheid vondstmateriaal aangetroffen. De hoeveelheid is zo gering dat er met zekerheid kan worden gesteld dat er geen historisch erf in de directe omgeving van het plangebied aanwezig is. Daarnaast zijn zijn twee sporen aangetroffen. Het betreft (sub)recente verstoringen en deze wijzen ook ni;et op de aanwezigheid van een vindplaats.
Op basis van de resultaten wordt geconcludeerd dat er binnen het plangebied geen vindplaats aanwezig en daarbij is geadviseerd om het plangebied vrij te geven met betrekking tot de archeologie.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2015
Objectnaam:
Maaslaan, proefsleuven (14) (pag. 027)
Adressen:
Maaslaan
Aanleiding:
Riool
Activiteit:
proefsleuf
Archeologische perioden:
LME-NT
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
Kempkensberg proefsleuven (onderzoekmeldingsnr. 3981323100) (3) (pag. 014-016), 2015
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
MON nummer:
112048
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2016, Verslag archeologie in 2015
Samenvatting:
Aanleiding voor het onderzoek is het aanleggen van een weg tussen de Van Immhofstraat en het Helperplein. Het terrein verandert van openbaar groen, naar deels bestrating met riolering (diepte tot maximaal ca. 1,5m -Mv.). Over het hele gebied wordt een cunet uitgegraven. De twee proefsleuven hebben een afmeting van 2 bij 6 meter.
De bodemopbouw in het onderzochte gebied bestaat van boven naar beneden uit een
oude bouwvoor / enkeerdgrond van 0,6 m dik op een natuurlijke laag keizand. Hieronder bevindt zich de natuurlijke rode keileem. De bovenste helft van de bouwvoor is geroerd met modern materiaal. In de onderste helft van de bouwvoor (minder geroerde oude akkerlaag) is slechts een kleine hoeveelheid vondstmateriaal aangetroffen. De hoeveelheid is zo gering dat er met zekerheid kan worden gesteld dat er geen historisch erf in de directe omgeving van het plangebied aanwezig is. Daarnaast zijn zijn twee sporen aangetroffen. Het betreft (sub)recente verstoringen en deze wijzen ook ni;et op de aanwezigheid van een vindplaats.
Op basis van de resultaten wordt geconcludeerd dat er binnen het plangebied geen vindplaats aanwezig en daarbij is geadviseerd om het plangebied vrij te geven met betrekking tot de archeologie.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Archis:
3981323100
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2015
Objectnaam:
Kempkensberg proefsleuven (onderzoekmeldingsnr. 3981323100) (3) (pag. 014-016)
Adressen:
Kempkensberg, Helperlinie, Groningen
Aanleiding:
Sloop/nieuwbouw
Activiteit:
proefsleuf
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
Van Imhoffstraat-Helperplein, 2015
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2016 (pag. 028)
MON nummer:
112022
Archis:
65222, 2471361100
Samenvatting:
Aanleiding voor het onderzoek is het aanleggen van een weg tussen de Van Immhofstraat en het Helperplein. Het terrein verandert van openbaar groen, naar deels bestrating met riolering (diepte tot maximaal ca. 1,5m -Mv.). Over het hele gebied wordt een cunet uitgegraven. De twee proefsleuven hebben een afmeting van 2 bij 6 meter.
De bodemopbouw in het onderzochte gebied bestaat van boven naar beneden uit een
oude bouwvoor / enkeerdgrond van 0,6 m dik op een natuurlijke laag keizand. Hieronder bevindt zich de natuurlijke rode keileem. De bovenste helft van de bouwvoor is geroerd met modern materiaal. In de onderste helft van de bouwvoor (minder geroerde oude akkerlaag) is slechts een kleine hoeveelheid vondstmateriaal aangetroffen. De hoeveelheid is zo gering dat er met zekerheid kan worden gesteld dat er geen historisch erf in de directe omgeving van het plangebied aanwezig is. Daarnaast zijn zijn twee sporen aangetroffen. Het betreft (sub)recente verstoringen en deze wijzen ook ni;et op de aanwezigheid van een vindplaats.
Op basis van de resultaten wordt geconcludeerd dat er binnen het plangebied geen vindplaats aanwezig en daarbij is geadviseerd om het plangebied vrij te geven met betrekking tot de archeologie.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2015
Objectnaam:
Van Imhoffstraat-Helperplein
Adressen:
Van Imhoffstraat, Helperplein
Aanleiding:
Weg/fietspad
Activiteit:
proefsleuf
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
Helperpad, Helperzoomtunnel, 2015
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2016, Verslag archeologie in 2015
MON nummer:
112021
Archis:
66791, 2484224100
Samenvatting:
Aanleiding voor het onderzoek is het aanleggen van de Helperzoomtunnel aan de zuidelijke ringweg van Groningen, dat voorziet van een verbinding voor vervoer, tussen de Helperzoom (aan de westzijde van het spoor) en het Helperpark (aan de oostzijde van het spoor). Ook worden kabels en leidingen aan het Helperpad verlegd.
In totaal zijn 4 werkputten aangelegd, waarvan drie proefsleuven aan de Duinkerkstraat en één aan het Helperpad. De diepte van de werkputten ligt op ongeveer 3m -Mv. Archeologische resten uit de steentijd en IJzertijd zijn niet aangetroffen. Resten uit de Middeleeuwen bestaande uit een wandscherf (kogelpot) en een (archeologisch) complete kan van Siegburgs steengoed zijn aangetroffen. In de bestaande dijk van het Helperpad werd een bestratingsniveau aangetroffen van een oudere weg, dat een voorganger van het Helperpad uit de Nieuwe Tijd, betreft. Het deel van deze weg dat in de werkput lag is volledig opgegraven.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2015
Objectnaam:
Helperpad, Helperzoomtunnel
Adressen:
Helperpad, Helperzoom
Aanleiding:
Weg/fietspad
Activiteit:
opgraving
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
Rijk bezit van een laatmiddeleeuwse kloosterboerderij
Een vuurklokfragment van cordonversierd kogelpotaardewerk van de locatie Matsloot 12, 2011
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2012 (pag. 085-099)
MON nummer:
108531
Samenvatting:
(citaat 'Tot slot': ) Het vinden van een laatmiddeleeuws vuurklokfragment is en blijft een bijzondere gebeurtenis. Dit rijkelijk versierde voorwerp zal voor de gebruikers mogelijk
ook een bijzonder voorwerp zijn geweest. Hoewel de kookpotten van kogelpotaardewerk
een alledaags kookgerei waren, lijken de cordonversierde potten juist bijzondere
objecten geweest te zijn. Met name woonsteden van de adel, de gegoede burgerij, de kerkelijke elite en kloosterbezittingen steken als vindplaats van dit materiaal er bovenuit. Waar deze bijzondere vuurklok geproduceerd is, blijft nog ongewis, maar het zou heel goed kunnen dat deze uit een productiecentrum in de Oost-Groninger regio, mogelijk het dorp Winschoten, afkomstig is. Een cordonversierde vuurklok van kogelpotaardewerk vormde in de late middeleeuwen hoe dan ook een gewaardeerd stuk huisraad dat een zekere sociale status vertegenwoordigde.
Aangenomen kan worden dat de toenmalige bewoners van Matsloot 12 er in alle opzichten ‘warmpjes’ bij zullen hebben gezeten.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2011
Objectnaam:
Rijk bezit van een laatmiddeleeuwse kloosterboerderij
Een vuurklokfragment van cordonversierd kogelpotaardewerk van de locatie Matsloot 12
Adressen:
Matsloot 12
Aanleiding:
Herinrichting
Activiteit:
opgraving
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
Friesestraatweg 145, booronderzoek, 2015
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2016, Verslag archeologie in 2015 (pag. 026)
MON nummer:
112029
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Archis:
65520, 2474464100
Samenvatting:
Aanleiding voor het onderzoek zijn de voorgenomen bouwplannen aan de Friesestraatweg 145. Door aanwezige verhardingen en funderingen kon slechts één boring tot in ongeroerde grond worden geplaatst, de overige boringen werden gestaakt op harde lagen (vloeren, bestratingen en funderingen). In de geslaagde boring werd een duidelijke antropogene laag of grondspoor aangetroffen.
Ondanks de aanwezige bebouwing en funderingen is de kans zeer groot dat op de onderzoekslocatie sporen aanwezig zijn van het gebruik van het terrein in de afgelopen vijf eeuwen. Deze sporen kunnen behoren bij een boerenerf en vroeg-industriële activiteiten die verband houden met de baksteenindustrie.
Ook is de aanwezigheid van oudere sporen uit de middeleeuwen en de periode late ijzertijd-Romeinse tijd niet op voorhand uit te sluiten.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2015
Objectnaam:
Friesestraatweg 145, booronderzoek
Adressen:
Friesestraatweg 145, Groningen
Aanleiding:
Sloop/nieuwbouw
Activiteit:
booronderzoek
Archeologische perioden:
IJZ-ROM, LME-NT
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
Cuypersweg, booronderzoek, 2015
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2016, Verslag archeologie in 2015
MON nummer:
112042
Archis:
65965, 2477697100
Samenvatting:
Aanleiding voor het booronderzoek is de realisatie van een nieuwe woonwijk. Uit het verkennend booronderzoek is gebleken dat in de hoog- opgeslibde kwelderafzettingen archeologische resten aanwezig kunnen zijn uit de periode ijzertijd tot in de late middeleeuwen. Er zijn geen aanwijzingen gevonden voor vindplaatsen in de vorm van archeologische lagen met houtskoolfragmenten of fosfaatresten. Hiermee lijkt de kans op het aantreffen van overslibde nederzettingsresten ouder dan de middeleeuwen erg klein te zijn geworden. Resten uit de periode middeleeuwen en 1e helft van de nieuwe tijd kunnen nog binnen het plangebied aanwezig zijn. Het gaat dan om wat diepere grondsporen als paalgaten, waterputten, greppels etc. Bij werkzaamheden tot in de kwelderafzettingen kunnen archeologische resten bedreigd worden.
ArGeoBoor beveelt aan om graafwerkzaamheden niet dieper dan 1m -Mv. zoveel mogelijk te voorkomen. Bij graafwerkzaamheden dieper dan de aanbevolen diepte is archeologisch vervolgonderzoek noodzakelijk.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2015
Objectnaam:
Cuypersweg, booronderzoek
Adressen:
Cuypersweg, Groningen
Aanleiding:
Sloop/nieuwbouw
Activiteit:
booronderzoek
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
Bandoengstraat 2-24a, proefsleuven (Halfswegmolen), 2015
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
MON nummer:
112010
Archis:
66594, 2482442100
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Samenvatting:
Aanleiding voor het onderzoek (uitgevoerd door MUG, in opdracht van Lefier) is nieuwbouw aan de Bandoengstraat 2-24a. Gedurende het archeologische onderzoek is een proefsleuf aangelegd.
Op het onderzoeksterrein zijn resten aangetroffen die te maken hebben met de pelmolen ‘De Steenbok’ (ofwel ‘Halfwegsmolen’). Deze resten bestaan zowel uit sporen en vondsten die met de gesloopte bebouwing van de bijgebouwen van de molen te maken hebben als uit sporen en vondsten die met de erfinrichting van doen hebben. Gezien de historische datering van de molen dateren de sporen uit de periode van circa 1770 tot 1917. Het aangetroffen vondstmateriaal spreekt deze datering niet tegen. De aangetroffen archeologische resten bestaan voornamelijk uit puinlagen en uitbraaksporen die vermoedelijk in verband staan met het achterterrein van de molen. In vlak 2 zijn enkele kuilen en dierbegravingen aangetroffen.
MUG heeft geadviseerd om het plangebied vrij te geven, omdat de aangetroffen archeologische resten niet genoeg bewaard zijn gebleven om te beschermen/behouden.
Gerelateerde documenten:
rap-Bandoengstraat 2-24a-door-MUG-20130626.pdf, Arch Bandoengstraat.pdf
Onderzoeksjaar:
2015
Objectnaam:
Bandoengstraat 2-24a, proefsleuven (Halfswegmolen)
Adressen:
Bandoengstraat 2, 4, 6, 8, 10, 12, 14, 16, 18, 20, 22, 24a, Groningen
Aanleiding:
Sloop/nieuwbouw
Activiteit:
proefsleuf
Archeologische perioden:
NT
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
Boter en brood voor de armen, 2015
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2016 (pag. 088-095)
MON nummer:
108956, 100626
Samenvatting:
(citaat uit 'Slot':) Daar waar boter en brood door de armen reeds lang zijn verteerd, zijn
Boter- en broodhuisje, de boter- en broodtekens en een stempel nog de tastbaar
aanwezige getuigen van een belangrijk onderdeel van de armenzorg
door het Convent van Armehuiszittenden, de voedselvoorziening. Boter en
brood voor de armen.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen, Groninger Museum
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2015
Objectnaam:
Boter en brood voor de armen
Adressen:
A-kerkstraat, gedempte Kattendiep, Martinikerkhof 2
Activiteit:
waarneming
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
Oosterstraat t.h.v. 61, 65 en 67, 2015
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2016, Verslag archeologie in 2015 (pag. 027)
MON nummer:
112035
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Archis:
65669
Samenvatting:
Aanleiding voor het onderzoek is het herplanten van twee platanen aan de westzijde van de Oosterstraat, ter hoogte van Oosterstraat 61, 65 en 67. Deze werkzaamheden gaan om het herplanten, ondergronds veranderen en inrichten van de ondergrondse groeiplaats van beide bomen.
De bodemopbouw bestaat uit een recent verstoorde laag met twee verschillende lagen wegverhardeingen bestaande uit veldkeien gevonden, afwisselend met schone zand- of leemlagen, lagen straatvuil of steigeraarde, mogelijke lagen karrensporen, een mogelijke kuildichting en een pakket plaggen. De twee keiendekken, respectievelijk op een diepte van 80 cm-mv en 150cm -Mv. gelegen, bestaan uit lagen veldkeien. Het onderste keiendek bevindt zich direct boven de natuurlijke bodem, het keizand/de keileem van de Hondsrug.
Tijdens de archeologische begeleiding is een kleine hoeveelheid vondstmateriaal geborgen, bestaande uit dierlijk botmateriaal, een mogelijke koperslak, een kleine scherf kogelpotaardewerk en een veldkei.
Uit het huidige onderzoek blijkt dat het onderzoeksgebied – volgens de verwachting – in ieder geval vanaf de volle middeleeuwen deel heeft uitgemaakt van de Oosterstraat. In de werkput en in de profielen zijn verschillende wegdekken en ophooglagen aangetroffen die als voorlopers van de huidige Oosterstraat kunnen worden beschouwd.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2015
Objectnaam:
Oosterstraat t.h.v. 61, 65 en 67
Adressen:
Oosterstraat 61, 65 en 67
Aanleiding:
Boomplantgat
Activiteit:
archeologische begeleiding
Archeologische perioden:
LME-NT
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
Reitemakersrijge 2-8, opgraving, 2015
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2016, Verslag archeologie in 2015
MON nummer:
112032
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Archis:
3974260100
Samenvatting:
Aanleiding is de nieuwbouw aan Reitemakersrijge 2-8. Het archeologisch onderzoek heeft in twee fasen plaatsgevonden. De eerste fase betrof het ontgraven van de bouwput en de zuidelijke fundering voor de nieuwbouw. De tweede fase betrof het uitgraven van extra sleuven ten behoeve van de plaatsing van betonbalken in de bouwput.
In de werkputten is een aantal archeologische sporen aangetroffen. Deze sporen bestaan uit de resten van baksteenfunderingen, kelders, vloeren, waterkelders en waterputten, uitbraaksleuven, grondverbeteringen, een sloot, een gracht en uit mestkuilen. Onder de baksteenfunderingen bevindt zich de voet van de laatmiddeleeuwse stadsmuur.
Tijdens het onderzoek is een grote hoeveelheid vondstmateriaal geborgen. Het aardewerk bestaat o.a. uit: Pingsdorf, Langewehe en Majolica. Een hoeveelheid munten zijn aangetroffen o.a. proefslag en een Neurenbergse rekenpenning. Andere vondsten als een bronzen vingerhoedje, 18;e-eeuwse naaigarnituur, 17e-eeuwse gespen en een bronzen beslagfragment zijn ook geborgen.
Het terrein is vanaf de 11e eeuw gebruikt: eerst als open terrein (huiserf of bouwland), daarna als onderdeel van de verdedigingslinie van de stad en tenslotte als dicht bebouwd stadsgebied. De laatmiddeleeuwse sporen die op het onderzoeksterrein zijn gevonden bestaan uit een sloot, uit mestkuilen of beerputten en uit de fundering van de laatmiddeleeuwse stadsmuur die was geplaatst in een gedempte gracht. Ze bevestigen het beeld dat het onderzoeksgebied in deze periode nog geen huizenbouw kende. De sloot is het oudste spoor dat is gevonden en dateert uit de 11e eeuw.
De sporen aan de noordkant van het onderzoeksgebied bestaan vooral uit waterputten of -kelders. (vervolg: Zie opm.)
Onderzoeksjaar:
2015
Objectnaam:
Reitemakersrijge 2-8, opgraving
Adressen:
Reitemakersrijge 2, 4, 6, 8
Aanleiding:
Sloop/nieuwbouw
Activiteit:
opgraving
Archeologische perioden:
VME-NT
Opmerkingen:
(vervolg van Samenvatting:) Gedurende het eind van de 18e of het begin van de 19e eeuw werden de huispercelen van de panden aan de Reitemakersrijge naar het noorden toe verlengd. De jongste sporen die bij het onderzoek zijn aangetroffen, bevinden zich vrijwe;l allemaal in deze verlengde perceelsdelen en liggen aan de noordkant van het onderzoeksgebied. De aangetroffen nieuwetijdse sporen zijn naadloos in te passen in de kadastrale minuut uit het begin van de 19e eeuw die nagenoeg dezelfde situatie weergeeft als die van uit de 17e eeuw, toen het gebied werd bebouwd.
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
39. Zuidwending, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 031) Overige onderzoeken
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Samenvatting:
De aanleg van een natuurvriendelijke oever was de aanleiding voor het uitvoeren van een booronderzoek door RAAP bv in opdracht van Waterschap Noorderzijlvest. Aan de zuidzijde van het tracé is direct onder de bouwvoor een dik archeologisch pakket van circa 1 m dik aanwezig. Mogelijk gaat het om een dijkrestant of een wierde uit de middeleeuwen-nieuwe tijd. Vervolgonderzoek in de vorm van een archeologische begeleiding werd daarom aanbevolen.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Archis:
4726297100
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
39. Zuidwending
Adressen:
Zuidwending, Groningen
Aanleiding:
Waterpartij
Activiteit:
booronderzoek
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
38. Zernikelaan, 2018
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 030) Overige onderzoeken
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Samenvatting:
In opdracht van Enexis bv heeft Antea Group een archeologische begeleiding uitgevoerd bij het verleggen van diverse nutsleidingen. In grote delen van het plangebied zijn één of twee vegetatiehorizonten waargenomen in de pakketten knipklei. Daarnaast is in de buurt van het kasteelterrein de insteek van de kasteelgracht aangesneden. Buiten de al bekende vindplaatsen
zijn er geen nieuwe vindplaatsen opgedoken.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Archis:
4584028100
Onderzoeksjaar:
2018
Objectnaam:
38. Zernikelaan
Adressen:
Zernikelaan, Groningen
Aanleiding:
Nutsleidingen
Activiteit:
archeologische begeleiding
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
42. Punterweg, Glimmen , 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 031) Overige onderzoeken
MON nummer:
170020
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Archis:
4721274100
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
42. Punterweg, Glimmen
Adressen:
Punterweg, Meentweg 28, Glimmen
Aanleiding:
Waterpartij
Activiteit:
booronderzoek
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
27. Plataanlaan, fietspad naast Noordelijke Ringweg, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 030) Overige onderzoeken
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Samenvatting:
Ten zuiden van de noordelijke ringweg zal het huidige fietspad verbreed en zal ook een nieuwe waterleiding aangelegd worden. In dit kader heeft RAAP bv in opdracht Tauw bv een booronderzoek uitgevoerd over het fietspadtracé. Daartoe zijn 37 boringen gezet. In het onderzoeksgebied liggen de
restanten van twee waterlopen: de Drentse A en de Hunze en de plek waar deze twee samenkomen. Zowel in het westelijke als oostelijke deel komen in de bodem oeverafzettingen en vegetatieniveaus voor; in het middelste deel enkel geulafzettingen. Vervolgonderzoek in de vorm van een archeologische begeleiding bij de werkzaamheden is gewenst.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Archis:
4752021100
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
27. Plataanlaan, fietspad naast Noordelijke Ringweg
Adressen:
Plataanlaan, Groningen
Aanleiding:
Weg/fietspad
Activiteit:
booronderzoek
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
36. Vierverlaten, NW380 hoogspanning, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 031) Overige onderzoeken
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Samenvatting:
In verband met de aanleg van een nieuwe hoogspanningsleiding van de Eemshaven naar Vierverlaten heeft Antea Group in opdracht van Tennet TSO bv een booronderzoek uitgevoerd in het tracë van de hoogspanningsmasten en op het gemeentelijk archeologisch monument Aduarderdiepsterweg 17. De aanwezigheid van een wierde ter plaatse kon worden bevestigd. Voorts zijn er in de ondergrond wel vegetatieniveaus waargenomen, maar zonder verdere archeologische resten. Op het terrein is een opgraving aanbevolen, maar de rest van het plangebied kan worden vrijgegeven.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Archis:
4718512100
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
36. Vierverlaten, NW380 hoogspanning
Adressen:
Vierverlaten, Hoogkerk, Groningen
Aanleiding:
Nutsleidingen
Activiteit:
booronderzoek
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
14. Pilotenweg, Meerstad-Vossenburg, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 027) Kleine onderzoeken
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Samenvatting:
Naar aanleiding van het bouwrijp maken van het terrein aan de Pilotenweg in de toekomstige wijk Meerstad is proefsleuvenonderzoek uitgevoerddoor De Steekproef bv. In het voorgaande booronderzoek waren hier de resten van een recent gesloopte boerderij aangetroffen. De verwachting was toen dat er ook nog resten van een voorganger genaamd Vossenburg,
afgebeeld op de Hottingerkaart (1788-1792), aanwezig zouden zijn. Het puttenplan werd zodanig over het plangebied gespreid (afb. 33), dat mogelijke resten van Vossenburg wel in beeld zouden moeten komen.
Van de 17e-eeuwse voorganger is tijdens het onderzoek echter niet veel teruggevonden. Wel konden de fundamenten van de recent gesloopte 19eeeuwse boerderij worden gedocumenteerd. Tevens werd een beerput aangetroffen, waarin overigens ouder vondstmateriaal uit de tijd van Vossenburg werd aangetroffen.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Archis:
4731578100
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
14. Pilotenweg, Meerstad-Vossenburg
Adressen:
Pilotenweg, Meerstad-Vossenburg, Harkstede, Groningen
Aanleiding:
Sloop/nieuwbouw
Activiteit:
proefsleuf
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
21. Meerstad West, ontsluitingsweg, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 030) Overige onderzoeken
MON nummer:
112271
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Samenvatting:
In vijf boringen zijn archeologische indicatoren aangetroffen die kunnen wijzen op de aanwezigheid van een archeologische vindplaats. Het betreft aan de westzijde van het plangebied, een mesolithische kling, kogelpotaardewerk en houtskool (vindplaats 1) en aan de oostzijde van het plangebied verbrand, onbewerkt vuursteen en veel fragmenten houtskool (vindplaats 2). In boring 750 is een ijzerslak aangetroffen. De datering hiervan is onbekend, waardoor het onduidelijk is of deze duidt op de aanwezigheid van een archeologische vindplaats of van (sub)recente datum is. Alle indicatoren zijn aangetroffen in de top van het dekzand (al dan niet met een podzol).Op basis van de boorgegevens is het niet uit te sluiten dat de binnen het plangebied aanwezige dekzanddepressie een pingorudne betreft. Gezien het relatief dunne veenpakket, de afwezigheid van een echte gyttjalaag onder het (gytteuze)veen en het mogelijke dekzand dat zich nog onder de depressie bevindt is het echter goed mogelijk dat het een andersoortig fenomeen betreft, bijvoorbeeld een dobbe of uitblazingskom.
Vervolgonderzoek is noodzakelijk (zie rapport voor uitgebreid advies).
Archis:
4663481100
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
21. Meerstad West, ontsluitingsweg
Adressen:
Meerstadlaan, Groningen
Archeologische perioden:
MESO, VME
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
20. Mauritsstraat, boomplantgaten, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 030) Overige onderzoeken
MON nummer:
112285
Archis:
4710039100
Samenvatting:
Uit het booronderzoek is gebleken dat de bodem binnen het plangebied is verstoord tot in het keizand of keileem. De archeologisch relevante niveaus zijn niet meer aanwezig. Op basis van de resultaten van het verkennend booronderzoek kan de archeologische verwachting voor het plangebied worden bijgesteld naar laag. De bodem is dusdanig diep verstoord, dat de archeologisch relevante niveaus niet meer intact aanwezig zijn. In het kader van de voorgenomen bodemingrepen wordt dan ook geen archeologisch vervolgonderzoek aanbevolen.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
20. Mauritsstraat, boomplantgaten
Adressen:
Mauritsstraat, Groningen
Aanleiding:
Boomplantgat
Activiteit:
booronderzoek
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
12. Lintdorpen-inventarisatie, 2018
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 024-025) Kleine onderzoeken
MON nummer:
112220
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Samenvatting:
Binnen het grootste deel van het plangebied bestaat de bodem uit veen op dekzand. Ten oosten van de Middelberterweg zijn twee depressies aangetroffen. Naar de aard van de vulling en de datering van het veen zijn deze geduid als een pingoruïne en een mogelijke pingoruïne. Uit de datering van het veen van de pingoruïne blijkt dat deze voor 11.300 BC is vernat.
Binnen vrijwel het gehele plangebied komt veen voor. Het hoogstgelegen dateerbare veen buiten de pingoruïne dateert uit 4600 BC (vroeg neolithicum). Uit datering van het veen op de flanken van de Hunze blijkt dat het delen van het veen rond midden-neolithicum en tot een hoogte van ca. 3 m –NAP verslagen en weer afgezet zijn. Of er sprake is geweest van grootschalige, vlakdekkende erosie in het rivierdal is onbekend en het hoeft dus niet te betekenen dat in dit gebied geen archeologische resten meer zijn te verwachten. Vanaf het midden-neolithicum nam de invloed van de zee toe en is klei afgezet. Uit dateringen van de kleiafzettingen in de oostelijke helft van het Hunzedal (knooppunt bij Kielerbocht) blijkt deze sedimentatie tussen 2800 BC. en ca. 800 BC. te hebben plaatsgevonden. In het uiterste noordwesten heeft deze sedimentatie zich vanuit het Hunzesysteem opgebouwd tot oeverwallen. In het zuidwestelijk deel is een geul van het Hunzesysteem aangetroffen (datering onbekend).
Aanbeveling verwachtingszones:
In het algemeen wordt voor alle verwachtingszones (zie kaartbijlage 3) met een hoge archeologische verwachting streven naar behoud aanbevolen. Indien dit niet mogelijk is geldt onderstaand advies.
Voor de verwachtingszones met een hoge archeologische verwachting wordt afhankelijk van de aard en omvang van de ingreep archeologisch onderzoek aanbevolen bij ingrepen dieper dan 30 cm. Voor verwachtingszones met een lage archeologische verwachting én hoog bij aantreffen zandkopjes wordt afhankelijk van de aard en omvang van de ingreep archeologisch onderzoek aanbevolen bij ingrepen dieper dan 100 cm.
Archis:
4583226100
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2018
Objectnaam:
12. Lintdorpen-inventarisatie
Adressen:
Middelberterweg, Borgsloot, Lintweg, Weendersweg, Engelberterweg, Middelbert, Engelbert, Groningen
Opmerkingen:
(vervolg Samenvatting:) Voor verwachtingszones met een lage archeologische verwachting wordt geen archeologisch onderzoek aanbevolen.
Aanbeveling (mogelijke) pingoruïnes
De pingoruïne (boring 58) is behoudenswaardig en geschikt voor paleo-ecologisch onderzoek. Aan de hand hiervan kan een uitgebreide reconstructie van het landschap rondom Middelbert gedurende de periode vanaf het Allerød (en mogelijk vroeger) tot in ieder geval het Vroeg Neolithicum (en vermoedelijk nog jongere perioden) worden gemaakt. Om verdere oxidatie en inklink van het veen te voorkomen wordt aanbevolen geen grondroerende activiteiten toe te staan. Om de pingoruïne (boring 123) nader te duiden en te begrenzen wordt aanbevolen ter plaatse een booronderzoek in de vorm van een kruisraai uit te voeren. Afhankelijk van de uitkomst kan ook deze locatie in aanmerking komen voor behoud en nader paleo-ecologisch onderzoek.
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
19. Kranenburgpark, groeninrichting en parkaanleg, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 030) Overige onderzoeken
MON nummer:
112280
Archis:
4699698100
Samenvatting:
Het plangebied ligt ten westen van de stad Groningen in een ontgonnen veenvlakte. Aan de westkant van het plangebied bevindt zich een dekzand-opduiking. Ten zuiden van de A7 ligt op een vergelijkbare dekzand-opduiking een archeologische vindplaats met resten uit het mesolithicum, neolithicum en vroege bronstijd. Het dekzand is afgedekt met klei en/of veen, met daar op een recent opgebracht pakket. De top van het klei/veen is in de meeste boringen verstoord. Het dekzand is in verschillende boringen waargenomen en bleek vrijwel intact te zijn. Uit het booronderzoek blijkt dat in het westelijke deel van het plangebied het intacte dekzand binnen of zeer dicht bij de maximale verstoringsdiepte van 1 m -mv voorkomt. Geadviseerd is om dit deel van het plangebied met 0,3 m op te hogen, om daarmee de mogelijke archeologische resten in situ te kunnen bewaren.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
19. Kranenburgpark, groeninrichting en parkaanleg
Adressen:
Kranenburgpark, Eemsgolaan, Rozenburglaan, Hoogkerk, Groningen
Aanleiding:
Parkeerterrein
Activiteit:
booronderzoek
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
4. Hereweg en Kempkensberg, Helperlinie, bouw ‘woonrups’, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 014-016)
MON nummer:
112268
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Archis:
4683553100, 4658208100
Samenvatting:
Het onderzoek vond op twee locaties plaats, deelgebieden A en B op figuur 3. Werkput 2 omvat het
onderzochte gebied binnen deelgebied A. WP1, WP3 en WP4 liggen binnen deelgebied B. Hier is eerst een vlak gedocumenteerd op een diepte tot circa 4 m -Mv (WP 1). WP3 omvat het gebied waar resten van een gebouw uit de 20e eeuw zijn gevonden. WP4 betreft een verdiept deel binnen WP1. Op twee locaties zijn profielen gedocumenteerd; aan de oostzijde van deelgebied A en aan de westzijde van deelgebied B. Het aangetroffen muurwerk is middels de methode Structure from Motion vastgelegd. Hiermee is een digitaal 3D-model gemaakt.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
4. Hereweg en Kempkensberg, Helperlinie, bouw ‘woonrups’
Adressen:
Hereweg, Kempkensberg, Helperlinie, Groningen
Aanleiding:
Sloop/nieuwbouw
Activiteit:
archeologische begeleiding
Archeologische perioden:
NT
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
40. Lokveenweg, Stationsweg, Ridderspoorweg en ’t Harde, Haren,
vervangen riolering, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 031) Overige onderzoeken
MON nummer:
170123
Archis:
4702117100
Samenvatting:
In het kader van het vervangen van de riolering heeft RAAP bv in opdracht
van Tauw bv een verkennend booronderzoek uitgevoerd. De graafwerkzaamheden zouden tot een diepte van 2 m beneden het wegtracé reiken. Uit het booronderzoek bleek dat de bodem in de Lokveenweg, de Stationsweg en ’t Harde grotendeels intact is, maar in de Ridderspoorweg verstoord. De meeste boringen bevatten een oude akkerlaag (esdek) en in ‘t Harde intacte podzolbodems. Vervolgonderzoek is daarom noodzakelijk, behalve aan de Ridderspoorweg.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
40. Lokveenweg, Stationsweg, Ridderspoorweg en ’t Harde, Haren,
vervangen riolering
Adressen:
Lokveenweg, Stationsweg, Ridderspoorweg, ’t Harde, Haren.
Aanleiding:
Riool
Activiteit:
booronderzoek
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
6. Emmaviaduct, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 030) Overige onderzoeken
MON nummer:
112270
Archis:
4659245100
Samenvatting:
In vrijwel alle boringen is de top van de natuurlijke klei tot aanzienlijke diepte verstoord. In de boringen aan de westzijde van het Emmaviaduct door de bedding van het gedempte Hoornsediep; in de overige boringen door graafwerkzaamheden die vermoedelijk samenhangen met de aanleg van het viaduct. In boring 3 is een opgebracht kleipakket aangetroffen, waarvan de top op circa 2,13 m +NAP lag. Het betreft vermoedelijk het oude dijklichaam aan de oostzijde van het Hoornsediep. Daaronder, op circa 0,07 m-NAP, bevond zich de natuurlijke blauwgrijze kwelderklei.
Het keileem en de daarop gelegen afzettingen laten duidelijk zien dat hier sprake is geweest van een stroomdal. Het grove zandpakket op het keileem in boring 12 wijst op erosie door water. Vergelijkbare beddingafzettingen zijn in het ten westen gelegen onderzoeksgebied Grunobuurt aangetroffen, en in
het ten oosten gelegen Spoorzone-zuid.
Voor het grootste deel van het plangebied wordt geen nader archeologisch vervolgonderzoek; aanbevolen. Het gebied rond boring 3 dient zoveel mogelijk ontzien te worden wat betreft bodemingrepen. Indien bodemingrepen hier toch nodig zijn wordt aanbevolen deze onder archeologische begeleiding uit te laten voeren.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
6. Emmaviaduct
Adressen:
Emmaviaduct, Groningen
Aanleiding:
Weg/fietspad
Activiteit:
booronderzoek
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
4. Diepenring, bussen over Oost, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 030) Overige onderzoeken
MON nummer:
112276
Archis:
4683618100, 4674124100
Samenvatting:
Het plangebied ligt aan de oostzijde van het middeleeuwse stadscentrum. Op historische kaarten is te zien dat het plangebied zich grotendeels ter plaatse van de middeleeuwse grachten bevindt. In het verleden zijn in en rondom het plangebied diverse archeologische onderzoeken uitgevoerd. Met name een begeleiding door MUG in de oostelijke diepenring in 2017 en 2018 en een boor - en proefsleufonderzoek van RAAP aan het Schuitendiep overlappen met grote delen van het onderhavige plangebied. Om voorafgaand aan de begeleiding toch enig inzicht in de bodemopbouw te hebben, zijn ter plaatse van de geplande werkzaamheden bij de Maagdenbrug, de Sint Jansbrug en de Poelebrug enkele boringen gezet. Bij de Sint Jansbrug en Maagdenbrug is de bodem tot 1,5 m –mv recent verstoord aangetroffen. Bij de Poelebrug lijken de relevante archeologische lagen vanaf circa 0,6 m –mv intact te zijn.
Gezien de resultaten van dit onderzoek en de eerder uitgevoerde archeologische onderzoeken blijkt dat in het plangebied (mogelijk) archeologische resten bedreigd worden door de voorgenomen bodemingrepen. Deze kunnen voorkomen beneden de 0,6 m –mv. Voor de graafwerkzaamheden die gepland zijn in het trottoir en tot een diepte van 0,4 m -Mv reiken, is archeologisch onderzoek niet noodzakelijk. Indien de werkzaamheden in de rijbaan niet dieper reiken dan 0,6 m -Mv dan hoeft dit deel van het plangebied ook niet nader te worden onderzocht. De geplande graafwerkzaamheden ter plaatse van de te realiseren verlaagde kade (Schuitendiep), de abri’s, de plantgaten, de brugaanloopjes aan weerszijden van de Poelebrug en de Sint Jansbrug en de werkzaamheden nabij de Maagdenbrug dienen, mede op aangeven van de gemeentelijk archeoloog (G. Kortekaas), plaats te vinden onder archeologische begeleiding. Gezien de in de boring aangetroffen verstoring hoeven de werkzaamheden bij de Sint Jansbrug en Maagdenbrug niet intensief te worden begeleid (inspectie achteraf).
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
4. Diepenring, bussen over Oost
Adressen:
Poelebrug, Schuitendiep, Groningen
Aanleiding:
Herinrichting gebied
Activiteit:
booronderzoek
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
1. Boterdiep, Korenstraat en Haverkampsdrift, vervanging riolering, 2016, 2017
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 008-011)
MON nummer:
112041
Archis:
2482434100, 2456611100
Samenvatting:
Aanleiding voor het onderzoek is de renovatie van het riool en wegcunet aan het Boterdiep en enkele aangrenzende straten (Korenstraat en Haverkampdrift). In de Korenstraat is enkel een boomplantgat aangelegd, op een diepte van circa 1 m -Mv. In de Haverkampsdrift is het riool vervangen.
De opgraving heeft in totaal 984 vondsten opgeleverd, waaronder een groot aantal houten kadeankers.
Een groot aantal daarvan is gedateerd door dendrochronologisch onderzoek. Aan de hand van deze
dateringen kon worden vastgesteld dat het 17e eeuwse Boterdiep op de plek van een 16e eeuws kanaal ligt. Dit is zeer waarschijnlijk het Selwerderdiep, de uit dezelfde periode stammende Nije Graft lag vermoedelijk net ten oosten van het Boterdiep.
Van de keramiekvondsten zijn onder andere een fragment Spaans majolica, fragment Werra aardewerk, fragment van een plooischotel, Fries aardewerk en indistueel steengoed geborgen. Ook is een compleet strijkglas en andere vondsten aangetroffen.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2016, 2017
Objectnaam:
1. Boterdiep, Korenstraat en Haverkampsdrift, vervanging riolering
Adressen:
Boterdiep, Korenstraat, Haverkampsdrift, Groningen
Aanleiding:
Riool
Activiteit:
opgraving
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
45. Wedmanstraat, Ten Boer, vervangen riolering, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 031) Overige onderzoeken
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Samenvatting:
Vanwege rioleringswerkzaamheden heeft RAAP bv in opdracht van Tauw bv een verkennend booronderzoek uitgevoerd. Uit het booronderzoek is gebleken dat de oorspronkelijke top van de kleiafzettingen grotendeels afwezig is. In twee boringen zijn sporen van oude sloten aangetroffen. De archeologische verwachting voor het plangebied is afgeschaald naar laag.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Archis:
4685181100
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
45. Wedmanstraat, Ten Boer, vervangen riolering
Adressen:
Wedmanstraat, Ten Boer.
Aanleiding:
Riool
Activiteit:
booronderzoek
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
44. Groene Zoom, Ten Boer, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 031) Overige onderzoeken
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Samenvatting:
Omdat een bestaande watergang zal worden verbreed en uitgediept, heeft RAAP bv in opdracht van Tauw bv een verkennend booronderzoek uitgevoerd aan de Groene Zoom in Ten Boer. De watergang ligt direct ten noorden van een historische boerderijplaats. In twee van de zes boringen zijn puinhoudende lagen die behoren bij de grachtdemping aangetroffen. Vervolgonderzoek in de vorm van een opgraving is nodig om deze grachtvulling en andere sporen van de boerderij nader te onderzoeken.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Archis:
4674335100
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
44. Groene Zoom, Ten Boer
Adressen:
Groene Zoom, Ten Boer
Aanleiding:
Waterpartij
Activiteit:
booronderzoek
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
43. Zuidlaarderweg, Glimmen, aanleg Zonnepark , 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 031) Overige onderzoeken
MON nummer:
170007
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Archis:
4735190100
Samenvatting:
(geen rapport) KSP Archeologie heeft in opdracht van Duurzaam Haren een verkennend
en karterend booronderzoek uitgevoerd op een terrein naast de Zuidlaarderweg te Glimmen. Op dit weiland zal een zonnepark worden gerealiseerd. In totaal zijn vijftien boringen gezet, waarbij in slechts twee stuks het restant van een podzolbodem kon worden aangetoond.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
43. Zuidlaarderweg, Glimmen, aanleg Zonnepark
Adressen:
Zuidlaarderweg, Glimmen
Aanleiding:
overig (evt. bij 'Opmerkingen' vermelden)
Activiteit:
booronderzoek
Opmerkingen:
aanleiding: Aanleg zonnepark
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
15. Rijksstraatweg 353, Haren, aanleg zwembad, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 027-028) Kleine onderzoeken
MON nummer:
170025
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Samenvatting:
De aanleg van een zwembad achter een villa op de westelijke flank van de Hondsrug ter hoogte van Glimmen bleek in een goed bewaard esdek te gaan plaatsvinden. Het booronderzoek op het terrein leverde maar liefst één brok vuursteen en vijf scherven op, zodat alles wees op een (nog onbekende)
archeologische vindplaats.44 De scherven zijn handgevormd en dateren uit de periode bronstijd-middeleeuwen. Het esdek is ruim 0,5 m dik en op de AHN herkenbaar als een bolle hoogte.
De bodemopbouw van het terrein bestaat uit keileem, waarvan alleen de bovenste decimeters zijn aangeboord. Dit keileem is door kryoturbatie (vervorming vanwege de vorst in de ijstijden) verweerd en nu te herkennen als lemig zand met brokken kleileem en grind. Direct hier bovenop ligt het esdek, dat uit minimaal twee plaggenlagen bestaat. Het verbrande stuk vuursteen en de vijf kleine, verweerde scherven komen uit de bouwvoor en zijn dus niet in situ gevonden.
De proefsleuf werd aangepast op de grootte van het zwembad en legde dezelfde bodemopbouw bloot.45 In deze proefsleuf konden wel grondsporen worden opgetekend, maar deze dateren op basis van het aardewerk uit de nieuwe tijd. Waarschijnlijk is in de buurt van het zwembad wel een oudere
vindplaats aanwezig, maar waar precies blijft nog onbekend.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Archis:
4745591100, 4818986100
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
15. Rijksstraatweg 353, Haren, aanleg zwembad
Adressen:
Rijksstraatweg 353, Haren.
Aanleiding:
Sloop/nieuwbouw
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
41. Oosterweg, Haren, vervangen riolering, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 031) Overige onderzoeken
MON nummer:
170033
Archis:
4721825100
Samenvatting:
(geen rapport) Voor het saneren en herinrichten van de riolering in de Oosterweg te Haren heeft RAAP bv in opdracht van Tauw bv een verkennend booronderzoek uitgevoerd. De bodem onder het wegtracé is tot op grote diepte verstoord.
Bij de boringen in de groenstrook naast de weg is esdek op dekzand aangetroffen, waarbij de top van het dekzand mogelijk in het esdek is opgenomen. Geadviseerd wordt om de werkzaamheden in de groenstrook archeologisch te begeleiden.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
41. Oosterweg, Haren, vervangen riolering
Adressen:
Oosterweg, Haren
Aanleiding:
Riool
Activiteit:
booronderzoek
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
3. Blauwborgje 4, uitbreiding Aletta Jacobshal, 2018
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 030) Overige onderzoeken
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Samenvatting:
Als vervolg op een verkennend booronderzoek heeft Antea Group in opdracht van de RUG voorafgaand aan de uitbreiding van de Aletta Jacobshal een proefsleuvenonderzoek uitgevoerd. De planlocatie lag op een oeverwal van een oude loop van de Drentse A. Deze oeverwal werd inderdaad ook aangesneden, maar leverde verder geen archeologische indicatoren op. Vervolgonderzoek is daarom niet nodig.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Archis:
4594153100
Onderzoeksjaar:
2018
Objectnaam:
3. Blauwborgje 4, uitbreiding Aletta Jacobshal
Adressen:
Blauwborgje 4, Groningen
Aanleiding:
Sloop/nieuwbouw
Activiteit:
proefsleuf
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
15. Hoogeweg 1, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 030) Overige onderzoeken
MON nummer:
112266
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Archis:
2340027100, 2340035100, 4721858100
Samenvatting:
Aanleiding voor het onderzoek is aanleg van hemelwaterafvoer leidingen. Circa vijftig meter ten zuiden van het plangebied is door het ARC een doorsnede gemaakt door het dijklichaam (Huis in "t Veld 2011). Hierbij zijn vier fases herkend. De top van de eerste fase lag op ongeveer een halve meter boven NAP. Hierin werden twee aardewerkscherven uit de late ijzertijd aangetroffen, die hier zeker door opspit terecht zijn gekomen. De top van de tweede fase lag op circa 1 meter boven NAP. De derde fase heeft haar top op circa 1,5 meter boven NAP. Uit deze laag kwam een aardewerkscherf uit de 17e eeuw. De laatste dijkfase had als top ongeveer 2 meter boven NAP en dateert waarschijnlijk rond de 18e tot 20e eeuw (Huis in "t Veld 2011, 12-13).
In de sleuf voor de hemelwaterafvoer was ongeveer de bovenste meter zeer recent verstoord. Daaronder was een laag zichtbaar met enkele puinresten, welke mogelijk een restant van het dijklichaam kan zijn. Deze sleuf is tot circa 1,33 meter bove;n NAP aangelegd. Tijdens het booronderzoek zijn meerdere fases van het dijklichaam waargenomen die moeilijk te koppelen zijn aan de resultaten van het ARC. Behalve baksteenbaksteenpuin zijn er geen archeologische vondsten gedaan bij zowel de begeleiding als het booronderzoek.
Op het tracé dat archeologisch werd begeleid zijn vier antropogene lagen aangetroffen. De bovenste 0,8 tot 1 meter is recent verstoord en bestaat uit drie recente ophogingspakketten (eind 20e eeuw). Daaronder was in het trace één laag aanwezig die deel uitmaakt van het oude dijklichaam van de Reitdiepdijk. Deze laag werd ook aangetroffen in de beide boorraaien. Vanwege de complexiteit van het dijklichaam, dat hoogstwaarschijnlijk bestaat uit een serie korte ophogingslagen, is het niet mogelijk om de resultaten van het voorliggend onderzoek onderling en aan die van Huis in "t Veld (2011) te koppelen.
(vervolg: Zie Opm)
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
15. Hoogeweg 1
Adressen:
Hoogeweg 1, Groningen
Aanleiding:
Verbouw/restauratie
Activiteit:
archeologische begeleiding
Archeologische perioden:
NT
Opmerkingen:
(vervolg van Samenvatting:) Het oude dijklichaam van de Reitdiepdijk in het plangebied is in ieder geval nog deels intact. Wij advis;eren daarom geen verdere graafwerkzaamheden uit te voeren in de huidige Reitdiepdijk dieper dan 156 centimeter +NAP. Wanneer dit onvermijdelijk is, adviseren wij alle graafwerkzaamheden onder archeologische begeleiding uit te voeren. Als dit zich voordoet dient de archeoloog zonder wateroverlast goed mee te kunnen kijken om de archeologische waarden zorgvuldig te documenteren.
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
29. Roderwolderdijk, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 031) Overige onderzoeken
MON nummer:
112289
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Samenvatting:
Aan de oostzijde van de Roderwolderdijk heeft RAAP bv in opdracht van Tauw bv een verkennend booronderzoek uitgevoerd. In meerdere boringen zijn kleilagen vermengd met spikkels leem of baksteenpuin aangetroffen, die vermoedelijk behoren bij een oude (middeleeuwse) dijk. In boring 3 is tot 2 m beneden maaiveld een pakket met archeologische indicatoren aangeboord, die hebben behoord bij een boerderijplaats uit de nieuwe tijd.
Wanneer de geplande werkzaamheden dieper gaan dan 1 m, zal een archeologische begeleiding noodzakelijk zijn.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Archis:
4727422100
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
29. Roderwolderdijk
Adressen:
Roderwolderdijk, Groningen
Activiteit:
booronderzoek
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
7. De Verbetering, LTC Hoogkerk, 2017
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 020) Kleine onderzoeken
MON nummer:
112148
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Samenvatting:
Aanleiding voor het onderzoek is het verleggen/aanleggen van kabels en leidingen, en het verbreden van een fietspad. Noordelijk van het fietspad wordt ook een tennisbaan aangelegd. In de bodemopbouw binnen het plangebied is een duidelijke tweedeling zichtbaar. In de helft van de boringen (gelegen in het centrale deel van het plangebied) bestaat het volledige opgeboorde bodemprofiel uit opgebracht zand. In de andere helft van de boringen (aan de oost- en westkant van het plangebied) bestaat de bodem uit een verstoorde/opgebrachte zandbovengrond op (verstoorde) klei (op veen) op zand met een intacte podzol.
Het archeologisch relevante niveau is de top van het dekzand en de top van het veen. In de kleiafzettingen kunnen zich mogelijk archeologische resten vanaf de IJzertijd bevinden. In de boringen 3-5, 7, 8 en 12 is de bodem (en daarmee ook de archeologische niveaus) volledig verstoord aangetroffen. In de boringen 1, 2, 6, 9, 10 en 11 is de klei grotendeels verstoord aangetroffen. In; de klei zijn geen vegetatielaagjes, brandhorizonten of andere indicatoren aangetroffen die duiden op menselijke activiteit in de IJzertijd in het gebied. In de boringen 1, 6 en 10 is een intacte veenlaag aangetroffen. Bovenop de veenlaag bevindt zich een (verstoorde) kleilaag, naar
alle waarschijnlijkheid is de top van het veen opgenomen in de kleilaag dan wel verslagen tijdens de afzetting van de klei. In de ondergrond is in de boringen 1, 2, 6, 9, 10 en 11 de top van het dekzand (Steentijdniveau) aangetroffen met een intacte podzol.
In de zone rondom boringen 3-5, 7, 8 en 12 worden geen archeologische vindplaatsen verwacht. De bodem (en daarmee eventueel aanwezige archeologische resten) is ter plaatse tot op grote diepte verstoord. In de boringen 1, 2, 6, 9, 10 en 11 is in het dekzand een intacte podzol waargenomen. In de zones rondom deze boringen kunnen resten uit de Steentijd worden verwacht.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Archis:
4569351100, (4037804100)
Onderzoeksjaar:
2017
Objectnaam:
7. De Verbetering, LTC Hoogkerk
Adressen:
De Verbetering, Hoogkerk, Groningen
Activiteit:
archeologische begeleiding
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
8. Friesestraatweg 175 en 181, herontwikkeling, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 030) Overige onderzoeken
Samenvatting:
RAAP bv heeft in opdracht van Royal Haskoning DHV een verkennend booronderzoek uitgevoerd op de kavels Friesestraatweg 175 en 181. De boringen op huisnummer 175 leverden geen archeologische indicatoren op,
maar die op huisnummer 181 wel. Op dit terrein werden in verschillende boringen (restanten van) vegetatiehorizonten aangetroffen. Ook is hier op een diepte vanaf 1,2 m beneden maaiveld een betredingsniveau op een kwelderafzetting waargenomen.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Archis:
4709327100
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
8. Friesestraatweg 175 en 181, herontwikkeling
Adressen:
Friesestraatweg 175, 181, Groningen
Activiteit:
booronderzoek
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
8. Grote Beerstraat, nieuwbouw, 2017, 2018
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 020-021) Kleine onderzoeken
MON nummer:
112157
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Archis:
4574398100
Samenvatting:
Aanleiding voor het onderzoek is nieuwbouw. Het veldwerk is eind 2017-begin 2018 uitgevoerd. Nu is bij het onderzoek geen duidelijke rivierbedding aangetroffen. Wel is het ontbreken van de onderste vegetatielaag binnen het plangebied een ondersteunde aanwijzing: gedurende het ontstaan van deze vegetatielaag (circa vroege en midden ijzertijd) was het hier vermoedelijk te nat en was er sprake van stromend water in de directe nabijheid en kleiafzettingen. De beide aangetroffen geulen kunnen wellicht als een restgeul worden geïnterpreteerd, afvloeiende in de hoofdstroom net ten westen van het plangebied. Deze dateren vermoedelijk uit de late ijzertijd of Romeinse tijd, wellicht net als enkele gegraven sloten (S37 en S55/S99).
Vanaf de laat Romeinse tijd of vroege middeleeuwen is het plangebied droog genoeg voor het ontstaan van een vegetatielaag. Later volgt wederom een periode met kleiafzettingen. Vanaf de late middeleeuwen wordt het kleigebied door middel van sloten ontgonne n. De ho;ofdrichting lijkt in eerste instantie noord-zuid te zijn, later verschuift dit meer naar noordwest -zuidoost. Deze richting lijkt georiënteerd te zijn op de aan de noordkant van het plangebied aanwezige pad of weg. In een deel van het gebied is gedurende de late middeleeuwen en het begin van de nieuwe tijd een tijdlang afval gestort. Dit lijkt althans momenteel de beste verklaring voor het aantreffen van de vondstrijke stortlaag aan de westzijde van het plangebied. De precieze aard van deze stortlaag blijft ook na dit onderzoek raadselachtig. Het meest voor de hand liggend is dat het materiaal in een drassige laagte is gegooid.
Mogelijk vond deze stort plaats van een nabij gelegen bewoning (steenhuis of boerderij), maar gezien het ontbreken van duidelijke nederzettingssporen of funderingen uit de late middeleeuwen en nieuwe tijd A zal deze bewoning niet binnen het plangebied zelf hebben gelegen.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2017, 2018
Objectnaam:
8. Grote Beerstraat, nieuwbouw
Adressen:
Grote Beerstraat 2-46, Groningen
Aanleiding:
Sloop/nieuwbouw
Activiteit:
opgraving
Archeologische perioden:
LME-NT
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
34. Venuslaan, transportriool, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 030) Overige onderzoeken
Samenvatting:
RAAp bv heeft in verband met de aanleg van een drainagetransportriool in opdracht van Tauw bv een booronderzoek uitgevoerd aan de Venuslaan.
In drie van de vier boringen is een vegetatiehorizont waargenomen, waaruit blijkt dat de top van het kleipakket nog grotendeels intact is. Bovendien is ook de nabijgelegen wierde een reden om vervolgonderzoek aan te bevelen, omdat de kans op archeologische resten groot zal zijn.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Archis:
4727358100
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
34. Venuslaan, transportriool
Aanleiding:
Riool
Activiteit:
booronderzoek
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
17. K. De Vriezestraat + Gedempte. Zuiderdiep, ondergrondse containers, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 030) Overige onderzoeken
MON nummer:
112269
Archis:
4658346100
Samenvatting:
In de locaties aan het Gedempte Zuiderdiep is sprake van een subrecent dempingspakket met weinig
informatiewaarde. Op 3,7 m -Mv is in één van de boringen mogelijk een deel van de oorspronkelijk vulling van de 17e eeuwse gracht aangetroffen. Deze laag is intact, maar wordt niet bedreigd door de aanleg van de put voor de ondergrondse container. Dekzand of keizand is niet aangetroffen aan de K. de Vriezestraat en de top van de keileem is verstoord. Er zijn geen archeologisch relevante niveaus (meer) aanwezig. Voor geen van de onderzochte locaties wordt op basis van de resultaten van het booronderzoek archeologisch vervolgonderzoek aanbevolen.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
17. K. De Vriezestraat + Gedempte. Zuiderdiep, ondergrondse containers
Adressen:
K. de Vriezestraat, Gedempte Zuiderdiep to. 105, Groningen
Aanleiding:
Ondergrondse afvalcontainer
Activiteit:
booronderzoek
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
26. Paterswoldseweg 78, voormalige NELF-locatie, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 030) Overige onderzoeken
MON nummer:
112279
Archis:
4699195100
Samenvatting:
Uit het veldonderzoek is gebleken dat de bodem binnen het plangebied verstoord is tot een diepte tussen 0,6 en 2,35 m -Mv (0,2 m +NAP en 1,45 m -NAP). Daaronder bevindt zich een gelaagd pakket getij-afzettingen. Er zijn geen aanwijzingen voor de aanwezigheid van een archeologische nederzetting aangetroffen.
Op basis van de resultaten van het verkennend booronderzoek kan de archeologische verwachting voor het kleipakket binnen het plangebied worden bijgesteld naar laag. De bodem is dusdanig diep verstoord, dat het middeleeuwse/nieuwetijdse niveau niet meer intact aanwezig is. In het onderliggende kleipakket zijn geen aanwijzingen aangetroffen voor een ijzertijd/romeinse niveau. Het dekzandniveau bevindt zich dusdanig diep dat het tijdens onderhavig booronderzoek niet is aangeboord. De verwachting voor dit niveau blijft hoog. In het kader van de voorgenomen bodemingrepen waarbij niet dieper wordt ontgraven dan 1,5 m -Mv wordt geen archeologisch vervolgonderzoek aanbevolen. Indien bij toekomstige bodemingrepen het dekzandniveau alsnog bedreigd zal worden, dan dient met de gemeentelijk archeoloog te worden overlegd over het al dan uitvoeren van vervolgonderzoek.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
26. Paterswoldseweg 78, voormalige NELF-locatie
Adressen:
Paterswoldseweg 78, Groningen
Aanleiding:
Bodemsanering
Activiteit:
booronderzoek
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
1. Achterweg, Post NL gebouw, herontwikkeling, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 030) Overige onderzoeken
MON nummer:
112249
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Archis:
4644032100 of 464432100 ?
Samenvatting:
Aanleiding is de sloop van het PostNL gebouw en de plannen om het terrein opnieuw in te richten. Uit de resultaten van het booronderzoek is gebleken dat de bodem binnen het (uitpandige deel van het)
plangebied opgebracht dan wel (recent) verstoord is tot een diepte tussen 1,1 (in boring 1) en 3,1 (in boring 7) m -Mv (1,36 m NAP en NAP-hoogte niet bepaald). In de boringen 1, 2, 3, 7 en 8 (allemaal gelegen aan de westzijde van het plangebied) is hieronder een laatmiddeleeuwse/nieuwetijdse stadslaag aangetroffen. Onder de stadslaag in boring 1 en in de boringen 4 en 6 onder de recent verstoorde zandlaag, is op een diepte van respectievelijk 2,2; 1,2 en 2,0 m -Mv (0,26; 1,17 en 0,59 m NAP), een (restant van een) esdek aangetroffen. Onder de stadslaag dan wel het esdek (en in boring 5 direct onder de recent verstoorde zandlaag), op een diepte tussen 1,4 en 2,5 m -Mv (0,97 en -0,04 m NAP, bevindt zich in de boringen 1, 4, 5 en 6 dekzand met daaronder keizand/keileem. In d;e boringen 2, 3 en 8 bevindt zich onder de stadslaag, op een diepte tussen 2,8 en 4,0 m -Mv (NAP onbepaald en -0,29 m NAP), direct het keizand/keileem. De top van het dekzand is in boringen 1 en 4 t/m 6 vermoedelijk niet meer intact. In boringen 2, 3 en 8 is geen dekzand meer aanwezig. Het eventuele vondstniveau uit de Steentijd ontbreekt hier waarschijnlijk. Vanwege de aanwezigheid van een esdek of een stadslaag in het grootste (uitpandige) deel van het plangebied is het sporenniveau van alle periodes vermoedelijk nog wel intact. Ook in het door de stadslaag afgedekte keizand/keileem kunnen dieper ingegraven sporen nog aanwezig zijn.
Ter plaatse van het voormalige postNL gebouw is de bodem in de zone rondom boringen 11 t/m 17 dusdanig diep verstoord dat hier geen archeologische resten meer worden verwacht. In de zone rondom boringen 9 en 10, waar nog een restant onverstoord (kei)zand aanwezig is, is niet uit te sluiten dat hierin dieper ingegraven sporen aanwezig zijn.
(zie vervolg: Opm)
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
1. Achterweg, Post NL gebouw, herontwikkeling
Adressen:
Achterweg, Groningen
Aanleiding:
Sloop/nieuwbouw
Activiteit:
booronderzoek
Archeologische perioden:
LME-NT
Opmerkingen:
(vervolg van: Samenvatting:) Het verkennend booronderzoek heeft aangetoond dat in het uitpandige deel van het plangebied en ter plaatse van het meest westelijk deel van het (voormalig) inpandige deel één of meerdere archeologisch relevante niveaus aanwezig zijn. De diepte en de omvang van de toekomstige ingrepen zijn niet bekend. Geadviseerd wordt om indien behoud niet mogelijk is, bij ingrepen dieper dan 0,8 m -Mv archeologisch vervolgonderzoek uit te voeren in de vorm van karterend proefsleuvenonderzoek. Zowel de stadslaag als het dekzand/keizandniveau onder het esdek, de stadslaag dan wel de verstoorde zandlaag dient te worden onderzocht. Omdat op basis van de uitgevoerde boringen reeds een goed beeld is verkregen van de aanwezige archeologische niveaus, wordt het niet noodzakelijk geacht om de 2 boringen die nu niet konden worden uitgevoerd wegens het aanwezige slooppuin in een later stadium alsnog uit te voeren.
Voor de zone rondom boringen 11 t/m 17 boringen wordt geen vervolgonderzoek noodzakelijk geacht.
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
33. Stettinweg, busremise, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 030) Overige onderzoeken
MON nummer:
112287
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Archis:
4714146100
Samenvatting:
In het plangebied is een cultuurlaag aangetroffen die duidt op de aanwezigheid van bewoning/activiteit in de (late) middeleeuwen/nieuwe tijd in het plangebied. Vermoedelijk betreft het de in de (late) middeleeuwen/nieuwe tijd bewerkte/geploegde toplaag van de kleiafzettingen die mogelijk verband houdt met de Groenenborg en het bijbehorende erf dat zich waarschijnlijk heeft uitgestrekt tot in het plangebied. De aanwezigheid van een vegetatieniveau in een deel van het plangebied laat zien dat het gebied op dat moment droog genoeg moet zijn geweest voor plantengroei en om het gebied te bewonen. Daarnaast laat het zien dat de kleiafzettingen hier nagenoeg intact zullen zijn. In het plangebied kunnen oudere bewoningsresten (uit de ijzertijd of Romeinse tijd) die te relateren zijn aan het vegetatieniveau, aanwezig zijn. Ter plaatse van de boringen 1 en 2 is de laagopeenvolging dieper verstoord. Vermoedelijk betreffen het subrecente verstoringen die te maken kunnen hebben met het agrarisch ge;bruik van het plangebied tot circa 1990.
De archeologische verwachting voor de kleiafzettingen in het plangebied blijft hoog vanwege de aanwezigheid van de cultuurlaag en het vegetatieniveau. In het zuidoosten van het plangebied is in ieder geval lokaal sprake van subrecente verstoringen, hier is de verwachting middelhoog. Door de diepe ligging van het dekzand is de archeologische verwachting voor resten uit het neolithicum laag en voor resten uit het mesolithicum middelhoog. Binnen de geplande bodemingrepen speelt het dekzandniveau echter geen rol.
In het grootste deel van het plangebied bevinden zich vanaf een diepte van 0,2 m -mv archeologische resten die mogelijk bedreigd worden door de voorgenomen bodemingrepen. Daarom wordt geadviseerd om de plannen zodanig aan te passen dat verstoring wordt voorkomen. Dat kan door de ingrepen te beperken tot een diepte van maximaal 0,2 m of door het maaiveld op te hogen indien ingrepen dieper reiken dan 0,2 m –mv.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
33. Stettinweg, busremise
Adressen:
Stettinweg, Groningen
Aanleiding:
Weg/fietspad
Activiteit:
booronderzoek
Archeologische perioden:
IJZ-ROM, LME-NT
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
31. Rouaanstraat, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 030) Overige onderzoeken
Samenvatting:
In opdracht van WoonConceptBoxx.nl heeft RAAP bv een booronderzoek uitgevoerd in de Rouaanstraat. Het terrein blijkt tot een diepte van minimaal 85 cm onder maaiveld verstoord te zijn. Niettemin zijn in enkele boringen wel houtskool- en verbrande kleispikkels waargenomen, komende uit klei- en veenlagen én van de top van het pleistocene dekzand. Mochten de bodemingrepen dieper gaan dan 0.8 m, dan is vervolgonderzoek gewenst.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Archis:
4722027100
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
31. Rouaanstraat
Adressen:
Rouaanstraat, Groningen
Activiteit:
booronderzoek
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
13. HL Wicherstraat, aanleg CAT-3 riool, 2019
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2020 (pag. 030) Overige onderzoeken
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Samenvatting:
De aanleiding voor dit onderzoek is de aanleg van een CAT-3 riool; hiervoor heeft MUG bv in opdracht van Combinatie Herepoort een graafproef en een archeologische begeleiding uitgevoerd. Tijdens de graafproef zijn funderingsresten van houtzaagmolen ‘de Zaayer’ gevonden. Bij de begeleiding van het riool is een middeleeuws slotenpatroon aangetroffen dat overeenkomsten vertoont met een gelijksoortig slotenpatroon bij de Lodewijkstraat. Vervolgonderzoek naar zowel de molen als de oude sloten is daarom gewenst.
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Archis:
4553767100
Onderzoeksjaar:
2019
Objectnaam:
13. HL Wicherstraat, aanleg CAT-3 riool
Adressen:
HL Wicherstraat, Groningen
Aanleiding:
Riool
Activiteit:
archeologische begeleiding