Uw zoekacties: zzOUD Databestand kloosters in Nederland
beacon
254  beschrijvingen
sorteren op:
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Zusters van de Goddelijke Verlosser (Deurne)
Orde of congregatie:
Zusters van de Goddelijke Verlosser (Deurne)
Alternatieve namen:
Zusters van de Allerheiligste Verlosser; Zusters van de Goddelijke Verlosser (Deurne); Dochters van de Allerheiligste Heiland; Zusters van de Goddelijke Verlosser, Zusters van de Goddelijke Heiland, Dochters van de Goddelijke Heiland; Weense Zusters
Latijnse naam:
Filiae Divini Salvatoris
Afkorting:
FDS
Stichter, stichteres:
Elisabeth Eppinger
Stichtingsjaar:
1849
Land van oorsprong:
Frankrijk
Plaats van oorsprong:
Niederbronn-les-Bains, Elzas
Doelstelling:
Verpleging; onderwijs
Geschiedenis:
De zusters zijn sinds 1919 in Nederland aanwezig, het eerst te St. Michielsgestel. De doelen van deze sinds 1866 pauselijke congregatie zijn verpleging en onderwijs. Vanwege hun vestiging te Deurne plaatst men in Nederland ter onderscheid van de gelijknamige zusters te Esch soms Deurne achter de volledige naam. Deze Oostenrijkse tak werd afgescheiden in 1866 en in 1999 weer met de Franse congregatie verenigd
Gebruikte bronnen:
KS 2003, 83; PA 2002, 248: "Zusters van de Goddelijke Verlosser (Deurne)"; LThk 7 (2e dr., 1967) k. 951-952, s.v. 'Niederbronner Schwestern' (lit.); LThK 3 (2e dr., 1959) k. 954, s.v. 'Eppinger, Elisabeth' (lit.); DHGE 15 (1963) k. 643-644, s.v. 'Eppinger (Élisabeth)'; Dictionnaire de la Spiritualité 4 (1960) k. 909-911, s.v. 'Eppinger (Élisabeth)' (lit.). "An den Quellen des Erlösers. Mutter Alphons Maria Eppinger und die Schwestern vom Göttlichen Erlöser (Niederbronner Schwestern)" (Parijs 1991); Encyclopedie van het Katholicisme III (1956) k. 1106-1107: 1848
ENK Monasticon nummer:
Z138
Toon op kaart Toon op kaart
 
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Zusters van de Gekruisigde Jezus
Orde of congregatie:
Zusters van de Gekruisigde Jezus
Alternatieve namen:
Soeurs de Jésus Crucifié; Zusters van de Gekruisigde Jezus; Benedictinessen van de Gekruisigde Jezus
Latijnse naam:
Ordo Sancti Benedicti
Afkorting:
OSB
Stichter, stichteres:
Maurice Gaucheron; Suzanne Wrotnowska
Stichtingsjaar:
1930
Land van oorsprong:
Frankrijk
Plaats van oorsprong:
Parijs
Vestiging Nederland:
1962
Vertrek uit Nederland:
2002
Doelstelling:
Het Benedictijnse monastieke leven toegankelijk maken voor meisjes met minder fysieke weerstand
Geschiedenis:
De congregatie werd gesticht ten behoeve van vrouwen die om fysieke redenen niet konden toetreden tot bestaande orden en congregaties
Missielanden:
Frankrijk
Gebruikte bronnen:
KS, 85; PA 2000
ENK Monasticon nummer:
Z134
Toon op kaart Toon op kaart
 
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Zusters van de Christelijke Leer
Orde of congregatie:
Zusters van de Christelijke Leer
Alternatieve namen:
Congrégation de la Doctrine Chrétienne de Nancy; Zusters van de Christelijke Leer
Stichter, stichteres:
Jean Vatelot
Stichtingsjaar:
1700
Land van oorsprong:
Frankrijk
Plaats van oorsprong:
Toul
Vestiging Nederland:
1902
Vertrek uit Nederland:
1906
Gebruikte bronnen:
KS, 84
ENK Monasticon nummer:
Z128
Toon op kaart Toon op kaart
 
 
 
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Zusters van de Associatie van Geestelijke Dochters van de Bisweide
Orde of congregatie:
Zusters van de Associatie van Geestelijke Dochters van de Bisweide
Alternatieve namen:
Associatie van Geestelijke Dochters van de Bisweide
Stichtingsjaar:
1708 - 1859
Land van oorsprong:
Nederland
Plaats van oorsprong:
Grubbenvorst
Doelstelling:
Contemplatie; krankzinnigenzorg; geven van onderwijs
Geschiedenis:
De Associatie van Geestelijke Dochters van de Bisweide vond haar oorsprong toen in 1690 in Grubbenvorst enkele ongehuwde vrouwen vooral uit de naaste omgeving van Grubbenvorst het initiatief tot een aan God toegewijd leven namen. In 1708 werden ze in Grubbenvorst eigenaressen van een huis, dat Bisweide heette. Behalve met spinnen, hekelen en bleken van linnengoed voorzagen ze in hun onderhoud door het verplegen van krankzinnigen en het geven van onderwijs aan meisjes, waarvoor zij een pensionaat stichtten. De aldus samenlevende vrouwen werden gewoonlijk Marollen genoemd, hetgeen een verbastering is van Maricollen. Ze waren echter geen leden van de congregatie van de Maricollen. Waren ze dit wel, dan zouden ze als reguliere tertiarissen van de Derde Orde van de Karmel de regel van de H. Theresia van Avila hebben gevolgd. Dit was beslist niet het geval. De Associatie van Geestelijke Dochters van de Bisweide kende formeel geen gebondenheid aan een orde of congregatie, maar had haar eigen op contemplatie toegespitste kloosterregel, die in de in 1719 goedgekeurde constituties verankerd was. Zo legden haar leden geen verbindende geloften af. Wel maakten zij het vaste voornemen zich te onderwerpen aan de vrijwillige armoede, kuisheid en zuiverheid der zeden en gehoorzaamheid aan de overste en het geestelijk gezag . Voorts stond het hen geheel vrij om naar welgevallen en te allen tijde van het lidmaatschap van de Associatie af te zien. Aangezien zij, gelet op het vorenstaande, niet als religieuzen waren aan te merken en doordat zij zich met hun werk voor de maatschappij nuttig betoonden, liet het supprimatiedecreet, dat Napoleon in 1812 uitvaardigde, hen ongemoeid. Na 1850 nam het verplegen van krankzinnigen, de voornaamste activiteit, steeds verder af. Tevens liep het aantal intredingen terug. Besloten werd toen de Associatie op te heffen. Haar leden werden in de gelegenheid gesteld in te treden in het ursulinenklooster Jerusalem te Venray, hetgeen in 1859 zijn beslag vond
Gebruikte bronnen:
Monasticon Batavum, deel III, p. 51; A.J. Flament, ‘De Maricollen in België en hun klooster te Grubbenvorst’ in “De Maasgouw; Orgaan voor Limburgsche Geschiedenis, Taal- en Letterkunde”, jrg 14, 1892 (9),nr. 9, 01-05-1892, p.34/35; A.J. Flament, vervolg en slot 'De Maricollen in België en hun klooster te Grubbenvorst’ in ”De Maasgouw; Orgaan voor Limburgsche Geschiedenis, Taal- en Letterkunde”, jrg 14, 1892 (9), nr. 10, 15-05-1892, p. 38; J. Timmermans, "De heilige pastoor van Thildonck en zijn stichting in Nederland". Naar de Franse uitgave van P. Saintrain. (Venlo 1920), p.144-148; Th. J.F.A . van der Vijver, “De Bisweide: Klooster, Ursulinenpensionaat en Mavo in Grubbenvorst” (Grubbenvorst 1989), p.9/10/11/12/13/14/15/16/17/18/21/22/24/27/28/29/32/33/34/35/38/39/40/41; A. van Heijst, M. Derks en M. Monteiro, “Ex caritate: kloosterleven, apostolaat en haar geestelijk leidsman, de Nederlandse nieuwe spirit van actieve vrouwelijke religieuzen in Nederland inde 19e en 20 e eeuw” (Hilversum 2010), p.618; J. Eijt, “Religieuze vrouwen: bruid, moeder, zuster. Geschiedenis van twee Nederlandse zustercongregaties 1820-1940” (Hilversum 1995), p.90/91; J.P.A. van Vugt: Kloosters op schrift (tweede bewerkte uitgave, Nijmegen 2003), p. 105
ENK Monasticon nummer:
Z124
Toon op kaart Toon op kaart