Carel Herman Ferdinand Alexander Battaerd werd in 1800 geboren in Alkmaar als telg uit een familie, waarvan de mannen een carrière in het leger nastreefden. Zo ook Carel. Hij treedt al piepjong in dienst van het Franse leger, maar na de bevrijding van Nederland van de Fransen doet hij in 1814 zijn intrede in de Nederlandse krijgsmacht. Hij huwt in 1821 met de uit Leeuwarden afkomstige barones Susanna Barbara Maria van Asbeck (1791-1873), een niet onbemiddelde dame.
In 1828 verhuizen ze, als hij is benoemd tot adjudant van de provinciaal bevelhebber van Friesland, naar Leeuwarden. Het stel neemt zijn intrek aan de Grachtswal.
In 1856 sluit hij als majoor zijn militaire loopbaan af. Hij overlijdt in Leeuwarden in 1884 en wordt begraven op het Huizumer kerkhof.
Hij laat een stiefzoon achter, een zoon van een nicht van Susanna, die op jonge leeftijd wees is geworden. Deze luistert naar dezelfde voornamen als zijn stiefvader: Carel Herman Ferdinand Alexander. Zijn achternaam Corbelijn wordt later aangevuld met Battaerd.
Deze C.H.F.A. Corbelijn Battaerd (1847-1913) zal bekendheid verwerven als penningkundige en conservator van het Friesch Museum (1874-1893). Hij verhuist nadien naar Groenlo, waar hij ook sterft. In de beeldbank van het HCL is een statieportret van hem te vinden, alsmede een aantal foto’s van de prachtige tuin van het huis aan de Grachtswal.
De in de archivalia genoemde Johanna Elisa Augusta Huber (1853-1933) is zijn echtgenote, met wie hij in 1874 getrouwd is.