De Christelijke Politiebond, afdeling Leeuwarden, 1919-1984

In het Bijvoegsel tot de Nederlandsche Staatscourant van 12-01-1920 treft men de statuten aan van de ‘Christelijke Politie-organisatie Rehobôth, afdeeling Leeuwarden van den Bond van Christelijke Politiebeambten in Nederland, gevestigd te Leeuwarden’. De afdeling is het jaar ervoor, op 6 mei 1919, opgericht door 10 leden, een aantal dat in de loop van dat jaar aangroeit tot 22. De bestuurssamenstelling in september 1919: A. Visser, 1e voorzitter; M. van der Meer, 2e voorzitter; W. de Jong, 1e secretaris; Tj. Zeilstra, 2e secretaris en penningmeester J. Faber. Leden kunnen zijn bezoldigde politiedienaren bij het Leeuwarder politiecorps. De vereniging staat op algemeen christelijke grondslag en erkent in alles de bijbel als Gods onfeilbaar woord en mitsdien als enig richtsnoer op elk terrein van het leven.
Het doel van de vereniging is door middel van organisatie de geestelijke, zedelijke en stoffelijke belangen harer leden te zoeken en te behartigen.
Aangezien er in die tijd geen landelijke salarisschalen voor gemeentelijk politiepersoneel bestonden, wordt het overleg over lonen en andere arbeidsvoorwaarden tussen de bonden en het bevoegd gezag per gemeente gevoerd. Voor de Tweede Wereldoorlog vindt dat overleg tussen de bonden en het bevoegd gezag plaats in de ‘Bijzondere Commissie van overleg in zaken, rakende de politie-ambtenaren’. Die toestand duurt ook na de Tweede Wereldoorlog voort. Vanaf januari 1947 participeren de bonden in Leeuwarden o.a. in de Dienstcommissie, waarin vertegenwoordigers van politiebonden regelmatig overleggen met het gemeentebestuur en de plaatselijke politietop.

In 1934 telt de afdeling 25 leden, na de oorlog, in 1951, zijn het er 53. De afdeling Leeuwarden van de (algemene) Nederlandse Politiebond was aanzienlijk groter. In augustus/september 1941 vindt er een uittocht van leden plaats, nadat de Duitse bezetter heeft aangekondigd dat de bestaande Politiebonden hun werkzaamheden zullen moeten staken en ingepast zullen worden in één landelijke Bond, de onder toezicht van het Reichskommissariat Niederlande staande ‘Kameraadschapsbond der Nederlandsche Politie’, die bestaan heeft van november 1942 tot de bevrijding.
Bij de viering van het 40-jarig bestaan, in 1959, telt de afdeling 56 leden. Voorzitter S. van der Hauw maakt bij die gelegenheid gewag van het vele werk dat er verricht moest worden om als christelijke vereniging voor vol te worden aangezien en ook om - met anderen - de sociale positie der korpsleden te verbeteren.
In de loop van de jaren ’70 zoeken de diverse politiebonden toenadering tot elkaar. De Algemeen Christelijke Politiebond (ACP) is in 1981 ontstaan uit de Katholieke Politiebond St. Michaël, de BCPAN en de Algemeen Christelijke Politiefederatie, die vanaf 1977 al een federatieve samenwerking hadden.

Het archief maakt een onvolledige en rommelige indruk. Sommige tijdvakken hebben hun sporen in het archief nadrukkelijk achtergelaten (de jaren ’50 b.v.), andere nauwelijks.

Het archief is in augustus 1973 door het bestuur van de afdeling Leeuwarden van de ACP aan de gemeentelijke archiefbewaarplaats overgedragen.
Er zijn aan de toegankelijkheid van gegevens van persoonlijke aard enige beperkingen gesteld