Met de nieuwe Verordening vaste Raadscommissies Verzameling 1967 no. 1 (raadsbesluit van 16 januari 1967; in werking getreden met ingang van 30 januari 1967, bijlage no. 607) werd de raadscommissie voor de Plaatselijke Werken en Eigendommen *  opgeheven. De werkkring van deze raadscommissie werd overgenomen door de raadscommissie voor Verkeersaangelegenheden, de raadscommissie voor Openbare Werken en de raadscommissie voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. De werkkring van de raadscommissie voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening bestond uit het adviseren en bijstaan van Burgemeester en Wethouders ten aanzien van: - aangelegenheden betreffende volkshuisvesting en ruimtelijke ordening; - het beheer van de Gemeentelijke Dienst van de Stadsontwikkeling; - het beheer van de Gemeentelijke Dienst voor de Volkshuisvesting; - het beheer van de Gemeentelijke Dienst voor het Bouw- en Woningtoezicht.
Door ontwikkelingen van het woonruimtevraagstuk in de gemeente Den Haag achtte de gemeenteraad het wenselijk dat het college van Burgemeester en Wethouders in aangelegenheden verband houdende met de uitvoering van de Woonruimtewet 1947 te adviseren en te laten bijstaan door een vaste Raadscommissie. Doordat de bestaande raadscommissie voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening al diverse raakvlakken had met betrekking tot de woonruimtevoorziening was de meest voor de hand liggende oplossing deze raadscommissie uit te breiden.

Met de wijziging van de Verordening vaste Raadscommissies Verzameling 1967 no. 1 (raadsbesluit van 24 juni 1968, bijlage no. 272) werd de naam van de raadscommissie voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening gewijzigd in raadscommissie voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening en Woonruimteverdeling. De werkkring van de raadscommissie bestond toen uit het adviseren en bijstaan van Burgemeester en Wethouders ten aanzien van: - aangelegenheden betreffende volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en woonruimteverdeling; - het beheer van de Gemeentelijke Dienst van de Stadsontwikkeling; - het beheer van de Gemeentelijke Dienst voor de Volkshuisvesting en - het beheer van de Gemeentelijke Dienst voor het Bouw- en Woningtoezicht.
Met de wijziging van de Verordening vaste Raadscommissies Verzameling 1967 no. 1 (raadsbesluit van 14 september 1970, bijlage no. 464) werd de naam van de raadscommissie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Woonruimteverdeling gewijzigd in de raadscommissie voor Stadsontwikkeling. In verband met de verdeling van werkzaamheden van het college van Burgemeester en Wethouders werd het tevens noodzakelijk de werkkringen van diverse raadscommissies daarmede in overeenstemming te brengen. De werkkring van de raadscommissie voor Stadsontwikkeling bestond toen uit het adviseren en bijstaan van Burgemeester en Wethouders ten aanzien van: - aangelegenheden betreffende de stadsontwikkeling, grondzaken, het gemeentelijk woningbezit, de woningbouw en de woonruimteverdeling; - het beheer van de Gemeentelijke Dienst van de Stadsontwikkeling; - het beheer van de Gemeentelijke Dienst voor de Volkshuisvesting en - het beheer van het Gemeentelijke Bouw- en Woningtoezicht.

In 1971 is het beginsel van openbaarheid van vergaderingen van de commissies van advies en bijstand ingevoerd (Verzameling no. 4 van 1971, bijlage no. 158). Met de wijziging van de Verordening vaste Raadscommissies Verzameling 1967 no. 1 (raadsbesluit van 7 januari 1974, bijlage no. 509) werd dit met de invoering van een nieuw artikel vastgelegd.
Met de wijziging van de Verordening vaste Raadscommissies Verzameling 1967 no. 1 (raadsbesluit van 16 september 1974, bijlage no. 348) werd de Raadscommissie voor Volkshuisvesting ingesteld. Hierdoor werd de werkkring van de Raadscommissie voor Stadsontwikkeling gewijzigd in het adviseren en bijstaan van Burgemeester en Wethouders ten aanzien van: - aangelegenheden betreffende de stadsontwikkeling, grondzaken en de woningbouw; - het beheer van de Gemeentelijke Dienst voor de Stadsontwikkeling; - het beheer van de afdeling Grondzaken van de Gemeentelijke Dienst voor de Volkshuisvesting; - het beheer van het Gemeentelijke Bouw- en Woningtoezicht.
Met de wijziging van de Verordening vaste Raadscommissies 1967 Verzameling no. 1 (raadsbesluit van 11 september 1978, bijlage no. 435) werd de naam van de Raadscommissie voor Volkshuisvesting gewijzigd in Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Stadsvernieuwing.

Met de wijziging van de Verordening vaste Raadscommissies 1967 Verzameling no. 1 (raadsbesluit van 13 september 1982, bijlage no. 434) werd de naam van de Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Stadsvernieuwing gewijzigd in Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Verkeer en Vervoer. De werkkring van de raadscommissie bestond toen uit het adviseren en bijstaan van Burgemeester en Wethouders ten aanzien van: - de stedelijke ruimtelijke ordening; - het stedelijk verkeersbeleid; - de openbare werken; - de bouw/ onderhoud en beheer van gemeentelijke gebouwen; - het openbaar vervoersbeleid; - de milieuzorg; - de andere gebieden dan stadsvernieuwingsgebieden: ontwikkeling en beheer van bestemmingsplannen, de projectcoördinatie, bouwplannen, wijkverkeersafwikkeling, aanschrijvingen, verbetering particuliere woningen, eigendomsverwerving en gronduitgifte; - het beheer van de Dienst der Gemeentewerken; - het beheer van de Dienst voor de Stadsontwikkeling.

Met de wijziging van de Verordening vaste Raadscommissies 1967 Verzameling no. 1 (raadsbesluit van 12 mei 1986, bijlage no. 197) werd de naam van de raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Verkeer en Vervoer gewijzigd in de raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Stadsvernieuwing. De werkkring van de raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Stadsvernieuwing bestond toen uit het adviseren en bijstaan van Burgemeester en Wethouders ten aanzien van: - de ruimtelijke ordening op stedelijk niveau (structuurplan); - de projectmatige aanpak van de stadsvernieuwing en de stedelijke vernieuwing (o.a. binnenstad); - verbetering particuliere woningen; - aanschrijvingsbeleid; - welstandstoezicht; - grondbeleid (waaronder de uitgifte van woningbouw- en bedrijfsterreinen voor zover niet behorend tot de werkkring van de commissie voor Sociale en Economische Zaken en Werkgelegenheidsbevordering; - eigendomsverwerving; - centraal gebouwenbeheer; - het beheer van de Dienst Stadsontwikkeling/Grondzaken; - het beheer van het Gemeentelijk Bouw- en Woningtoezicht; - het beheer van de Dienst der Gemeentewerken (centraal gebouwenbeheer).

Met de wijziging van de Verordening vaste Raadscommissies 1967 Verzameling no. 1 (raadsbesluit van 14 september 1989, bijlage no. 295) bestond de werkkring van de Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Stadsvernieuwing uit het adviseren en bijstaan van Burgemeester en Wethouders ten aanzien van: - de ruimtelijke ordening op stedelijk niveau (structuurplan); - de projectmatige aanpak van de stadsvernieuwing en de stedelijke vernieuwing (met uitzondering van de binnenstad); - de gecoördineerde aanpak van het BANK-gebied; - verbetering particuliere woningen; - aanschrijvingsbeleid; - welstandstoezicht; - grondbeleid (waaronder de uitgifte van woningbouw- en bedrijfsterreinen voor zover niet behorend tot de werkkring van de raadscommissie voor Sociale en Economische Zaken en Werkgelegenheidsbevordering; - eigendomsverwerving; - centraal gebouwenbeheer; - het beheer van de Dienst Stadsontwikkeling/Grondzaken (met uitzondering van de aanpak na-oorlogse wijken en de uitgifte van een aantal bedrijfsterreinen); - het beheer van het Gemeentelijk Bouw- en Woningtoezicht; - het beheer van de Dienst der Gemeentewerken (centraal gebouwenbeheer); - het beheer van de Dienst voor de Volkshuisvesting (aankoop woningen stadsvernieuwingsgebieden).

Met de wijziging van de Verordening vaste Raadscommissies 1967 Verzameling no. 1 (raadsbesluit van 3 mei 1990, bijlage no. 153) bestond de werkkring van de Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Stadsvernieuwing uit het adviseren en bijstaan van Burgemeester en Wethouders ten aanzien van: - de ruimtelijke ordening op stedelijk niveau; - de projectmatige aanpak van de stadsvernieuwing en de stedelijke vernieuwing (met uitzondering van de binnenstad); - de gecoördineerde aanpak van het BANK-gebied; - verbetering particuliere woningen; - aanschrijvingsbeleid; - welstandstoezicht; - het grondbeleid; - de uitgifte van woningbouw- en bedrijfsterreinen voor zover niet behorend tot de werkkring van de Raadscommissie voor Verkeer en Vervoer, Binnenstad en Monumenten, de raadscommissie voor de Volkshuisvesting en de Raadscommissie voor Werkgelegenheid, Economische Zaken, Personeelszaken en Organisatie; - eigendomsverwerving; - centraal gebouwenbeheer; - nieuwbouw stadhuis/bibliotheekcombinatie; - afbouw Scheveningen-badplaats.