Memorie van 11 october 1613 nopens de visscherij van Hardinxveld aan de Noordzijde van de Merwede, gediend hebbende voor mijnheer Couwenburg, raadsheer in den Hove Provinciaal.
Stukken in zake Pompejus de Roovere, heer van Hardinxveld, baljuw van Zuid Holland, Oud Burgemeester van Dordrecht, requirant van ranactie contra Adriaan Colff en verdere dekens van het visschersgelde te Woudrichem - gerequireerden Mandament van maintenu van het Hof van Holland van 6 juli 1697. De gerequireerden hadden beweerd bevoegd te zijn tot de visscherij ter wederzijden van de Merwede, en die te mogen verpachten, waarna het Hof Commissarissen benoemd om de zaak te onderzoeken en bij aldien van de possessie van den requirant blijkt hem daarin te stijven en te sterken.
5 november 1697-Dictum van den Hoogen Raad waarbij de heer van Hardinxveld wordt geadjudiceerd maintenu in zijn recht van de visscherij en regenworpen beginnende van Schaluynesloot tot Giessenmonde toe op de Noordzijde van de Merwede ten halven diepe toe.
Correspondentie tusschen Pieter de Roovere, broeder van den heer van Hardinxveld en den advocaat Querijn van Strijen te 's Gravenhage, over het zetten van een zalmsteek in geschil met Florentia van Grobbendonk, vrouwe van Houweningen 1640-1643.
Ordonnantie en reglement omtrent den afslag van de zalm en steur onder de Heerlijkeheid Hardinxveld gemaakt door heer Diederik van Leijden. Instructie voor den afslager van de visch.
Conditien en voorwaarden waarnaar de Ambachtsheeren van Hardinxveld ten overstaan van Schout en Schepenen aldaar zullen verpachten de na te melden percelen van visscherijen ingaande mei 1625. Contrarolle van de verpachting 6 mei 1645. Conditien en voorwaarden waarnaar de heer van Hardinxveld zal verpachten de visscherij van de kantsteeken, zulks als 't zelve bij Dijkgraaf een hoogdijkheemraden van den Alblasserwaard voor dezen is gepractiseerd geweest 1671-1674, 1678, 1681-1684, 1686-1693, 1755, 1774, 1779, 1782, 1793.