648 Gemeente Hardinxveld, 1283 - 1956 ( Regionaal Archief Dordrecht )
648
Gemeente Hardinxveld, 1283 - 1956
Aanwijzingen voor de gebruiker
laatste wijziging 09-02-2024
3.085 beschreven archiefstukken
36 gedigitaliseerd
totaal 4.146 bestanden
Inleiding
laatste wijziging 09-02-2024
3.085 beschreven archiefstukken
36 gedigitaliseerd
totaal 4.146 bestanden
Inventaris
1. Archief van het dorp Hardinxveld voor 1814
26 22 maart 1634. Octrooi van de Staten van Holland en Westfriesland voor Schout en gerechten van Hardinxveld en Giessendam, welke te kennen hadden gegeven, dat zij dikwijls worden aangemaand den dijk tusschen de twee dorpen te bestraten, doch nog belast waren met opgenomen penningen, die geemployeerd waren geweest tot reparatie van hunne capelle, en dus daartoe niet in staat; waarbij hen wordt vergund ten behoeve van de gemelde bestrating gedurende den tijd van 25 jaren, ingaande 1 april 1634, te mogen ontvangen bij verpachting of collecte, zekere penningen van menschen en vee, die de straat zullen passeeren en zekere heffing van bier. Zoo van tappen als anderen, alsmede van turf, gerst, haver en hoephout, en om de benodigde penningen tegen den penning 16 te mogen negoeieren. Request van Schout en gerechten als voren, om prolongatie van het octrooi voor den tijd van nog dertig jaren, op grond dat de steenstraat ten gevolge van de droevige innundatie van den Alblasserwaard zeer was beschadigd, en om hunne Capelle, die zeer oud en vergaan was te repareren en te vernieuwen 19 juli 1660. Gewezen van de hand 27 september 1660
648 Gemeente Hardinxveld, 1283 - 1956
Inventaris
1. Archief van het dorp Hardinxveld voor 1814
26
22 maart 1634. Octrooi van de Staten van Holland en Westfriesland voor Schout en gerechten van Hardinxveld en Giessendam, welke te kennen hadden gegeven, dat zij dikwijls worden aangemaand den dijk tusschen de twee dorpen te bestraten, doch nog belast waren met opgenomen penningen, die geemployeerd waren geweest tot reparatie van hunne capelle, en dus daartoe niet in staat; waarbij hen wordt vergund ten behoeve van de gemelde bestrating gedurende den tijd van 25 jaren, ingaande 1 april 1634, te mogen ontvangen bij verpachting of collecte, zekere penningen van menschen en vee, die de straat zullen passeeren en zekere heffing van bier. Zoo van tappen als anderen, alsmede van turf, gerst, haver en hoephout, en om de benodigde penningen tegen den penning 16 te mogen negoeieren. Request van Schout en gerechten als voren, om prolongatie van het octrooi voor den tijd van nog dertig jaren, op grond dat de steenstraat ten gevolge van de droevige innundatie van den Alblasserwaard zeer was beschadigd, en om hunne Capelle, die zeer oud en vergaan was te repareren en te vernieuwen 19 juli 1660. Gewezen van de hand 27 september 1660
Transportbrief van Schout en Schepenen van Hardinxveld ten behoeve van de regenten van de Capellein van de steenstraat van eene obligatie van fl. 1000, - ten laste van het gemeene land van Holland en Westfriesland, 10 december 1674.
Conditien van verpachting van de impositien van de steenstraat 5 april 1639, 4 april 1647, 1 april 1651.
Rekening van hetgeen Dirk Gijsbert van der Weijde als pachter schuldig is. Gerekend 1 september 1655.
Requesten van Dirk Gijsbert van der Weide en Aechte Cornelisdochter, herbergiers wonende aan de Steenstraat onder Hardinxveld en van Jacobje Hendriks-dochter en Joost Peters onder Giessendam aan Gecommitteerde Raden van de Staten van Holland, om in de accijnzen met anderen gelijk gesteld te worden, daar de steenstraat niet zooveel gekost had, als door Schout en gerechten was opgegeven, met appointement van Gecommitteerde Raden, waarbij partijen worden gelast voor hen te verschijnen, om gehoord te worden, 21 juni 1640.
Octrooi van de Staten van Holland en Westfriesland voor Schout en gerechten, mitsgaders ingelanden van den Bovenpolder van Hardinxveld waarbij hen voor het bouwen van een nieuwen molen, in plaats van de op den 23en januari 1766 afgebrande, wordt verleend remissie van ordinaris verponding over de landen onder Hardinxveld voornoemd, voor den tijd van drie jaren, Ingaande met den jare 1768 (omdat voor remissie over 1766 en 1767 reeds ten faveure van den Overwaard was geresolveerd) eindigende 1770 ten bedrage van fl. 1069-10-6, tot aflossing van de tot den opbouw te hegoeieeren kapitalen, en waarvan aparte rekening zal moeten worden gedaan aan Gecommitteerde raden en op conditie zij jaarlijks een omslag over hunne 345 morgentalen zullen moeten doen, tot de geheele aflossing.
Origineel perkament zegel van de Staten in rood was. Concept request van Schout en gerechte aan de Staten en copie van het advies van Gecommitteerde Raden van 23 juni 1766.
Rekening van Leendert Verhoeff, Schout en secretaris aan Schout en Schepenen van Hardinxveld wegens het wederopbouwen van een nieuwen wipwatermolen in de plaats van den in den jare 1766 afgebrande, overgebracht 2 maart 1770, met documenten.
Bestek waarnaar schout en Schepenen en waarsman van den Bovenpolder van Hardinxveld willen besteden het maken van een nieuwen achtkante watermolen. Correspondentie daarover, meest brieven aan den heer van Hardinxveld.
Rekening van Leendert Verhoeff, schout en secretaris van Hardinxveld aan Schout en Schepenen van dezelve heerlijkheid, wegens het bouwen van een nieuwen achtkante watermolen in den Benedenpolder, voor en in plaats van den afgebroken wipwatermolen. Overgebracht 4 mei 1775.
Eenige bestekken van werken, besteed door Schout en Schepenen van Hardinxveld 1779-1802.
laatste wijziging 09-02-2024
3.085 beschreven archiefstukken
36 gedigitaliseerd
totaal 4.146 bestanden
Kenmerken
Datering:
1283 - 1980
Auteur:
G.J. Bink (1998)
Omvang:
74 m'
Licentie:
Titel inventaris:
Gemeente Hardinxveld, 1283 - 1956
Categorie:
Archiefvormer(s):
laatste wijziging 09-02-2024
3.085 beschreven archiefstukken
36 gedigitaliseerd
totaal 4.146 bestanden