Uw zoekacties: Ambachtsheerlijkheid van Oud-Alblas

693 Ambachtsheerlijkheid van Oud-Alblas ( Regionaal Archief Dordrecht )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Aanwijzingen voor de gebruiker
Openbaarheidsbeperkingen
Beperkingen aan het gebruik
Andere toegangen
Aanvraaginstructie
Citeerinstructie
Inleiding
1. Geschiedenis
2. Het archief
693 Ambachtsheerlijkheid van Oud-Alblas
Inleiding
2.
Het archief
Geschiedenis van het archiefbeheer
Het archief van de heerlijkheid van Oud-Alblas heeft jarenlang bij antiquair De Jonge in het voormalig heerlijkheidhuis van de heer Rijkée, ambachtsheer van Alblasserdam, op de zolder gelegen. Tijdens een open dag van de gemeente Alblasserdam kwam de heer De Jonge in gesprek met A. Doeser van de gemeente Alblasserdam. Dit gesprek leidde ertoe dat toen De Jonge ging verhuizen hij de gemeente een deel van het archief van de ambachtsheerlijkheid Alblasserdam en Oud-Alblas aanbood. Het bleek te gaan om ongeveer tien tot twaalf dozen. De archiefstukken waren vuil, hadden vochtplekken en schimmel. De Historische Vereniging 'West-Alblasserwaard' kreeg een tip dat het archief in het gemeentehuis lag en stelde voor om er enige orde in aan te brengen. Het verzoek werd gehonoreerd en drie personen van de vereniging zijn toen ter plaatse gaan sorteren en globaal beschrijven. Dit gebeurde in de periode van oktober 2002 tot en met juni 2003 enkele ochtenden in de week. Ze hebben toen Oud-Alblas licht geordend en Alblasserdam iets uitgebreider. Er werd gekozen voor een globale omschrijving, omdat men wist dat het later uitgebreider zou gebeuren.
Inhoud en structuur van het archief
Nadat het archief overgebracht was naar de archiefbewaarplaats (Stadsarchief) te Dordrecht is daar begonnen met een geheel nieuwe inventarisatie. De hypothese was dat dit het archief is van de ambachtsheerlijkheid. Na gedaan onderzoek bleek dat deze hypothese bijgesteld moest worden. Het is het archief van de ambachtsheerlijkheid én van het erfwatergraafschap. Het archief bevat veel kwitanties, facturen en rekeningen. Deze stukken gaan allemaal over reparaties aan molens en dijken. De vraag luidt dan: Waarom zit dit in het archief? Dit zijn dus waterschapsstukken want het waterschap is onder andere verantwoordelijk voor het bemalen van de polders en maken van waterkeringen. In enkele gedeelten van Holland en Utrecht had het waterschap een watergraaf in dienst. Een watergraaf is een openbare ambtenaar die uitsluitend belast is met de zorg voor de afwatering in een bepaald stroomgebied. Daarnaast is hij gewaarde rechter in een college van heemraden ter handhaving van de aan de instelling verbonden rechten.
In de Nederwaard (het waterschap waar Oud-Alblas één van de dorpen is) waren twee watergraafschappen. Eén was een zogenaamd erfwatergraafschap, genaamd het Nieuw Waterschap in den Neder Alblasserwaert. Aan het hoofd stonden twee erfwatergraven, waar de heer van Oud-Alblas er één van was. Dus het archief bevat stukken van de ambachtsheerlijkheid en van het erfwatergraafschap. Het verband tussen de rekeningen laat zich hieruit verklaren. Rekeningen van de omslag zijn ondertekend door de waardslieden, dat zijn de zaakwaarnemers van de erfwatergraaf. Hierin staan alle posten betreffende onderhoudswerkzaamheden en leveringen aan de molens en reparaties aan de dijken. Bij deze rekeningen horen de bijlagen bij de rekeningen. Rekeningen van de molenomslag zijn rekeningen waarin het bedrag staat wat de ambachtsheerlijkheid afdroeg aan het erfwatergraafschap ten dienste van de genoemde waterschapstaken. Deze rekeningen zijn daarom ondertekend door een vertegenwoordiger van de ambachtsheer. Rekeningen van de omslag tot het onderhoud zijn allemaal van later datum, namelijk na 1825.
In de 19e eeuw is in bestuurlijk opzicht veel gewijzigd. Als gevolg hiervan werden de rekeningen van de omslag anders genoemd en door de ambachtsheerlijkheid getekend. Het heeft dezelfde inhoud als een rekening van de omslag. De jaarrekeningen vormen de financiële verantwoording van de ambachtsheerlijkheid en de rekeningen van diverse heffingen vormen het overzicht van alle belastingen die geheven zijn in de ambachtsheerlijkheid. Naast de uitgebreide financiële administratie bestaat het archief uit twee belastingkohieren en een aantal akten. Deze akten gaan bijvoorbeeld over de reparaties van molens, de verpachting van de gaarderij en de aanbesteding van de reparaties aan de straatweg van Oud-Alblas naar Papendrecht. Dit archief bevat geen stukken over de verwerving van de ambachtsheerlijkheid. Die zitten in het familiearchief Blussé (archiefnummer 100). Het grootste deel van de stukken over de heerlijke rechten zit ook daar in.
Verantwoording van de bewerking
Het bovenstaande had gevolgen voor de bewerking van het archief. De onderdelen waar de inventaris uit bestaat zijn aangegeven met I en II. Daarbinnen is met letters aangegeven welke onderverdelingen er zijn. De stukken zijn binnen iedere rubriek chronologisch geordend. Bestuur bestaat onder andere uit correspondentie en het erfwatergraafschap. Onder erfwatergraafschap vallen weer dijkonderhoud, de straatweg en het schoonmaken van het dorpswater. Dit blijkt bijvoorbeeld uit de ondertekening van de rekeningen. Tevens zijn dit taken van het waterschap. Om praktische redenen zijn er aparte hoofdstukken gemaakt. Het tweede deel van de inventaris is Beheer. Dit deel bestaat geheel uit de rechten. Er is voor gekozen om stukken over de kerk en over de armenzorg op te nemen onder de koppen Kerk in Oud-Alblas en Armenzorg. Het is dus niet opgenomen onder collatierecht. Stukken over het collatierecht in engere zin, de inspraak in het beroepingswerk van de predikant, ontbreken hier en zitten in het familiearchief Blussé. Wel geeft de aanwezigheid van stukken over de kerk aan dat de heer tevens inspraak had in de restauratie van de kerk. Dit komt op wel meer plaatsen voor. De Heilige Geestarmen werkten in de wereldlijke armenzorg. De verhouding met de diaconie kan per plaats wisselen. De ambachtsheer had, hoewel dit niet altijd het geval was, in beide varianten recht op inspraak bij de benoeming van de armmeesters of diakenen. Daarom is gekozen voor deze plaats in de inventaris.
Naast stukken als akten en brieven bevat het financiën. Hiervoor is geen aparte rubriek gemaakt, want het zijn maar weinig stukken. Financiële stukken zijn dus zonder nadere onderverdeling onder de andere stukken geplaatst. Daardoor is wel afgeweken van de chronologische volgorde. Het derde deel is Financiën. Er is voor gekozen om alle rekeningen en kwitanties hierin op te nemen, behalve de rekeningen van de diverse belastingen. Begonnen wordt met de jaarrekeningen van de ambachtsheerlijkheid. Dit is de overkoepelende financiële verslaglegging van de ambachtsheerlijkheid. Na het dorp komen alle polders aan de beurt. Bij het dorp worden tot en met 1786 ook de rekeningen van de omslag betrokken van de polder Noordzijde en de polder Zuidzijde. Dit komt omdat tot 1786 al deze omslagcedullen in één katern zaten. Dit houdt in dat tot en met 1786 de gebruiker altijd de rekeningen van de omslag aan moet vragen van het dorp. Na de rekeningen van de omslag volgen altijd de bijlagen. Hierdoor werd wel van de chronologische ordening afgeweken. De bijlagen slaan echter terug op de rekeningen van de omslag. Daarna komen andere rekeningen en de uittreksels uit de rekeningen. Als laatste wordt de begroting genoemd. Deze zijn er alleen maar van recente datum en vanwege de chronologische ordening zijn die onderaan geplaatst. De rubriek financiën eindigt met overige financiële bescheiden. Wat betreft de datering van de typen rekeningen valt nog op te merken dat bij de rekeningen van de omslag het boekingsjaar is aangegeven. Bij de resterende rekeningen is uitgegaan van de datum van sluiting. Dat heeft te maken met het feit dat de rekeningen van de omslag voor onderzoek erg nuttig zijn. Daarbij wordt vaker het boekingsjaar aangehouden.
Het deel Belastingen omvat naast een aantal akten en andere stukken een financiële administratie van de gaardermeester. Dit omvat rekeningen met de bijbehorende bijlagen. Omwille van het overzicht zijn alle rekeningen bij elkaar gehouden, dus tot 1852. Bovendien is bij de datering uitgegaan van het boekjaar. Andere stukken betreffende belastingen zijn onder de gemeente in een aparte rubriek opgenomen. Met dit gedeelte eindigt het archief van de heerlijkheid. Er zit namelijk nog een stuk gemeentearchief in het archief van de heerlijkheid. De cesuur is gelegd in 1813. Dat is het moment waarop de Fransen weggetrokken zijn en er gemeenten gevormd werden. Dit is verder geheel in analogie met andere archieven, want meerdere archieven van gemeenten beginnen in dat jaar. In het archief van de gemeente zitten enkele stukken van de municipaliteit. Zo werd de gemeente Oud-Alblas aangeduid in de Franse Tijd (1795-1813). Omdat het ondoenlijk was een apart gedeelte hiervoor te vormen, het betreft maar enkele stukken, zijn die ingevoegd in het gedeelte van de gemeente. Dit als het stuk daartoe aanleiding gaf. In de beschrijving is dat terug te zien. Er staat dan Brieven ingekomen bij … van de municipaliteit of de gemeente.

Het gemeentearchief is onderverdeeld in Bestuur, Burgerlijke stand en bevolking, Financiën, Belastingen en Militaire aangelegenheden. Armenzorg is hier losgekoppeld van het collatierecht, simpelweg omdat deze taak overgenomen is door de gemeente. Nu is armenzorg geplaatst onder Bestuur. Onder Financiën zijn rekenin-gen van de gemeente opgenomen. Wat betreft Belastingen zijn allerlei stukken opgenomen maar geen rekeningen van de gaarderij, zoals hierboven toegelicht. De inventaris eindigt met een rubriek Stukken waarvan de herkomst niet duidelijk is. Op dit archief is in principe geen selectie toegepast, want het betreft archief van vòòr 1850.
Aanvullingen
Er bevindt zich nog een onbekend deel bij de antiquair De Jonge in Alblasserdam. Het Stadsarchief zal deze stukken over enige tijd verwerven. Andere archieven die een relatie hebben met dit archief bevinden zich elders. Dat zijn de volgende archieven:
-archief van de polder Oud-Alblas (Stadsarchief Gorinchem);
-archief van de schepenbank van Oud-Alblas (Nationaal Archief);
-archief van de straatweg Oud-Alblas en Papendrecht (GAD, archiefnummer 533);
-archief van de familie Blussé (GAD, archiefnummer 100);
-archief van de gemeente Oud-Alblas (gemeente Graafstroom).

Het archief van de polder Oud-Alblas hoort bij dit archief en het archief van de schepenbank heeft de oud-rechterlijke stukken van Oud-Alblas. Dat zijn vooral testamenten en transportakten. Het is curieus dat ter plaatse kwitanties en facturen uit de testamenten vielen! Het archief van de straatweg bevat archiefstukken over de straatweg tussen Papendrecht en Oud-Alblas. Het familiearchief Blussé is dé aanvulling op dit archief. In dit archief bevinden zich de akten van verwerving en van belening en de stukken over de heerlijke rechten. Bij de gemeente Graafstroom ligt het oud-archief van de gemeente Oud-Alblas.
3. Literatuurlijst

Kenmerken

Datering:
1705 - 1943
Auteur:
T.H. Vermeer (2004)
Titel inventaris:
Ambachtsheerlijkheid van Oud-Alblas