Uw zoekacties: Gemeente Hardinxveld, 1283 - 1956

648 Gemeente Hardinxveld, 1283 - 1956 ( Regionaal Archief Dordrecht )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Aanwijzingen voor de gebruiker
Openbaarheidsbeperkingen
Beperkingen aan het gebruik
Andere toegangen
Aanvraaginstructie
Citeerinstructie
Inleiding
1. Geschiedenis van de gemeente * 
1.1. De Alblasserwaard in vroege tijden
1.2. De hoge heerlijkheid Hardinxveld
1.3. De rivier de Merwede
1.4. Middelen van vervoer
1.5. Kerkelijke historie
1.6. Groei en ontwikkeling
648 Gemeente Hardinxveld, 1283 - 1956
Inleiding
1. Geschiedenis van de gemeente1
1.6.
Groei en ontwikkeling
In verband met een belastingheffing werd er in 1514 in alle dorpen van Holland een inventarisatie gehouden. In Hardinxveld stonden toen 75 huizen ('haardsteden') en zeker een derde van de bevolking leefde toen in armoede.
De middelen van bestaan waren visvangst, terwijl er ook landbouw werd bedreven, er koeien werden gehouden en er werd gewerkt aan de dijken. In Giessendam bestonden toen al grienden.
In 1622 had Hardinxveld 641 en Giessendam 711 inwoners. Nadien is de groei van Hardinxveld sneller gegaan, zodat het groter werd dan de buurgemeente Giessendam.
In 1875 telde Hardinxveld 483 weerbare mannen van 18 tot 60 jaar. 120 hiervan hielden zich bezig met de zalmvisserij. Daarnaast werd er ook op andere vissoorten gevist.
In 1789 waren er 285 huizen en zes jaar later bedroeg het aantal inwoners 2.109.
In 1890 telde Hardinxveld 4.854 inwoners (Giessendam 3.548).
Eind 1956 waren deze aantallen 8.205 voor Hardinxveld en 5.082 voor Giessendam.
Door de structuur was de grond in Hardinxveld minder geschikt voor veeteelt -in tegenstelling tot de grond in Giessendam- en werd dan ook veel gebruikt voor de teelt van griendhout. Ook waren er enkele tuinderijen. De riviervisserij, die met name in Boven-Hardinxveld werd uitgeoefend, bleef lange tijd de belangrijkste bestaansbron. Boven-Hardinxveld was rond de eeuwwisseling een van de belangrijkste visafslagen van ons land, waar o.a. zalm, steur, houting, fint en elft werd verhandeld. De visserij werd uitgeoefend met behulp van drijverschuiten. In beide dorpen was de aannemerij van betekenis. Griendhout werd gebruikt voor de vele dijkwerken; wilgehout werd ook gebruikt voor de fabricage van hoepels in de vele hoepmakerijen. Vooral Giessendam kende in het begin van de 20e eeuw veel hoepmakerijen.
Door verschillende oorzaken, waarvan de kanalisatie van de Rijn de belangrijkste was, liep de visstand terug en was deze vorm van bestaan niet meer lonend.
De vissers vonden ander werk op scheepswerven en in aannemingsbedrijven. En als er voldoende geld was kon er een klein binnenvaartscheepje worden gekocht.
Door de stijging van de arbeidslonen zocht en vond men een alternatief voor de hoepen.
Om de vele tonnen en kuipen werden voortaan ijzeren hoepels gedaan en de vroegere hoepmakers gingen werken in de timmerfabrieken in Giessendam. Dit was het begin van de industrie in Giessendam. In Hardinxveld waren al eerder fabrieken, zoals de reeds voor de eeuwwisseling gestichte ijzergieterij en de in 1902 gestichte scheepswerf Van Vliet Co., de huidige Shipyard Merwede. Nadien zette de ontwikkeling tot industriegemeente goed in.
De groei en ontwikkeling van de dorpen Hardinxveld en Giessendam kwam pas goed op gang na de samenvoeging in 1957. Die groei startte toen in het begin van deze eeuw de Nieuweweg werd aangelegd en er eveneens huizen werden gebouwd aan de Buldersteeg, de huidige Koningin Wilhelminalaan. Toen er later nieuwe uitbreidingen volgden was de samenvoeging van de liberale aannemersgemeente Hardinxveld met de anti-revolutionaire gemeente Giessendam (de situatie zoals die rond 1990 nog gekend werd) al volop in voorbereiding.
Aanleiding tot de samenvoeging van de gemeente Hardinxveld met de gemeente Giessendam was de Peulen. In 1917 was al sprake geweest om een deel hiervan bij Giessendam te voegen. De met realisatie van woningbouw in dit gebied gemoeide kosten waren er de oorzaak van dat dit niet doorging. Dit veranderde na de aanleg van de rijksweg, toen de Peulen een binnengedijkt gebied werd. Er ontstond een -papieren- strijd om het gebied, wat in 1949 leidde tot een voorstel tot samenvoeging. Het agrarische deel van Giessendam, het voormalige Giessen-Oudekerk, zou echter bij Giessenburg worden gevoegd, wat tot tal van protestacties leidde. Desondanks is het voorstel van destijds met enkele kleine grenswijzigingen uitgevoerd. Nieuwbouwwijken werden gebouwd. In Boven-Hardinxveld verrezen in de naoorlogse jaren twee wijken: Boven-Hardinxveld-West en Boven-Hardinxveld-Oost. Nadien werd de Peulen gebouwd, gevolgd door de Wielwijk. Toen daar geen bouwmogelijkheden meer waren begon men met het bouwrijp maken van Giessendam-West en Tienmorgen. Intussen waren er ook industrieterreinen gekomen: En de noord-oost hoek van de Peulen, rondom de Havenstraat, in het westelijk gedeelte van de Peulen en tenslotte tussen de Sluisweg en de Nieuweweg.
Voorts mogen drie facetten van de 20e eeuw niet ontbreken.
Allereerst de Tweede Wereldoorlog. Ook voor Hardinxveld had dit bijzondere betekenis.
Afgeworpen bommen (inv.nr. 1597), het vestigen van een uitkijkpunt in de toren van de Ned. Herv. Kerk (inv. nr. 660), het huisvesten van geëvacueerde inwoners van Batenburg (inv.nr. 1845), doch evenzeer het vertrek van de joodse familie Meiboom uit deze plaats aan de Merwede (inv.nr. 1145).
Gedurende de periode 1940-1945 was er geen sprake van taakuitoefening door de gemeenteraad resp. het college van burgemeester en wethouders, maar door de burgemeester. Deze beraadslaagde over een aantal gemeentelijke zaken met de wethouders. Als gevolg daarvan zijn alleen van de laatste 'bestuurlijke' vergaderingen notulen aanwezig.
Niet voor niets was men in 1945 In Hardinxveld verheugd dat burgemeester K. de Boer weer in volle rechten zijn burgemeestersambt kon uitoefenen.
De watersnood heeft in de gemeente Hardinxveld beperkte schade toegebracht (inv.nrs. 1612-1617).
Het laatste facet in de geschiedenis van Hardinxveld is de samenvoeging met de buurgemeente Giessendam per 1 januari 1957. Dit was een gevolg van de Wet van 1 augustus 1956 tot herziening van de grenzen van de gemeente Giessendam, Giessen-Nieuwkerk, Hardinxveld, Peursum, Schelluinen en Sliedrecht, Staatsblad 426. De samenwerking tussen de beide gemeenten ging, zo kan wel eens worden geconstateerd, beter ten tijde van hun volledige zelfstandigheid dan ten tijde van besprekingen over politieke besluitvorming van de samenvoeging van Hardinxveld met Giessendam.
1956 was in dit verband een markant jaar. Over geschiedkundige zaken uit de periode van het zelfstandige Hardinxveld en dito van Giessendam kan men thans onderzoek doen evenals dat in de toekomst het geval zal zijn met zaken uit de periode na 1956 van de huidige gemeente Hardinxveld-Giessendam.
2. Organisatie van de gemeente Hardinxveld
3. Geschiedenis van het archief
4. Verantwoording van de inventarisatie
5. Aanwijzingen voor het gebruik van de inventaris
6. Slotopmerking
7. Literatuur
8. Illustraties