In 1847 werd te 's-Gravenhage de Hollandse maatschappij van landbouw opgericht. Ze stelde zich tot doel de maatschappelijke positie en welvaart van de bodemgebruikers te verbeteren, het standsbewustzijn van de boeren- en tuindersstand te ontwikkelen en het culturele en geestelijke leven te verdiepen. De Maatschappij probeerde deze doelstellingen te bereiken door het bevorderen van de onderlinge samenwerking tussen de leden, het stimuleren van het land- en tuinbouwonderwijs, het houden van tentoonstellingen, vergaderingen en voordrachten en het uitgeven van brochures en verslagen. Ze ontwikkelde zich in de loop der tijd tot een werkgeversorganisatie van boeren en tuinders met vele afdelingen in de provincies Noord- en Zuid-Holland. De afdelingen bezaten een eigen bestuur en een grote mate van zelfstandigheid. Ze speelden een belangrijke rol bij het regionale overleg over de lonen en andere arbeidsvoorwaarden in de landbouw. Na de Tweede Wereldoorlog werden de afdelingen samengevoegd tot een aantal kringen, die geregeld vergaderingen uitschreven en de belangen van de afdelingen moesten behartigen.

Op 4 februari 1848 werd er een afdeling van de Hollandse maatschappij van landbouw op het Eiland van Dordrecht gesticht. Het initiatief ging uit van de burgemeester van Dubbeldam C.W.O. van Dorsser, die de eerste voorzitter werd, P. Blussé van Oud-Alblas en A.J. Verbeek van der Sande, die tot secretaris-penningmeester werd benoemd. De afdeling kreeg de naam Dordrecht en omstreken. Ze voorzag duidelijk in een grote behoefte, want al in het eerste jaar bezat ze 173 leden. Gedurende haar bestaan heeft de afdeling vele wedstrijden, keuringen, tentoonstellingen, excursies, lezingen en landbouwcursussen georganiseerd. Feestelijke hoogtepunten waren het 50- en 100-jarig bestaan in 1898 en 1948. Tijdens de Tweede Wereldoorlog hield de afdeling in principe op te bestaan, maar na september 1945 speelde ze weer een belangrijke rol in het maatschappelijke en sociale leven. In 1948 werd de afdeling Dordrecht en omstreken samengevoegd met de afdelingen IJsselmonde en Barendrecht Tuinbouw tot Kring VII. Met 105 leden in 1986 heeft de afdeling Dordrecht en omstreken natuurlijk nog steeds een reden van bestaan.