831-3 George Charles Labouchere, kunsthistoricus ( Het Utrechts Archief )
831-3
George Charles Labouchere, kunsthistoricus
Inleiding
Dr. George Charles Labouchere, geboren 9 januari 1896 en overleden 8 januari 1971, studeerde kunstgeschiedenis te Utrecht en promoveerde in 1927 tot doctor in de Letteren en Wijsbegeerte op een proefschrift getiteld "Compositie en dispositie der Fransche kerktorens in de 11e en 12e eeuw". In 1928 werd hij privaat-docent, eerst aan de Technische Hogeschool te Delft en vanaf 1934 aan het Kunsthistorisch Instituut van de Rijksuniversiteit te Utrecht. In 1942 werd hij benoemd tot lector aan de Utrechtse Universiteit.
Labouchere ijverde voor een goede monumentenzorg en alles wat daarmee verband hield. In 1939 nam hij het initiatief tot de oprichting van de Vereeniging van Nederlandsche Kunsthistorici en hij organiseerde het eerste congres van deze vereniging.
Voor de oorlog schreef hij vooral over de Domkerk en de Domtoren te Utrecht, de opgravingen op het Domplein, de bouwgeschiedenis in Nederland vóór 1500 en de geschiedenis van de stad Utrecht. In 1930 verzocht het bestuur van de Vereniging Oud- Utrecht hem een geïllustreerde monumentenlijst van de stad Utrecht samen te stellen. De bedoeling was dat dit boekwerk bij het tienjarig bestaan van de vereniging Oud- Utrecht in 1933 zou verschijnen. Labouchere ging niet over één nacht ijs en traineerde de publikatie zodanig, dat het bestuur van de vereniging er tenslotte in 1951 van afzag. In 1956 verscheen in de reeks "De Nederlandse monumenten van geschiedenis en kunst" een geïllustreerde beschrijving van de gemeente Utrecht van de hand van dr. E.J. Haslinghuis.
Labouchere heeft Utrecht in de jaren vijftig verlaten en zich in Zeeland gevestigd. Na de oorlog hield hij zich vooral bezig met onderzoek over de St. Walburgkerk in Groningen.
De papieren van Labouchere zijn in het bezit gekomen van Th. Haakma Wagenaar, die in 1971 het artikel "Enige hypothesen van Dr. G.C. Labouchere over het middeleeuwse Utrecht" schreef (Jaarboek Oud-Utrecht 1971). De kinderen van Haakma Wagenaar hebben de stukken na het overlijden van hun vader overgedragen aan de dochter van Labouchere, mevrouw drs. E. de Ranitz-Labouchere, die ze in november 1994 aan de Gemeentelijke Archiefdienst Utrecht ten geschenke heeft gegeven.
De beschrijvingen in deze inventaris zijn chronologisch gerangschikt.
De collectie heeft een omvang van 2 m1.
De beschrijvingen in deze inventaris zijn chronologisch gerangschikt.
De collectie heeft een omvang van 2 m1.
december 1994, A.B.R. du Croo de Vries
laatste wijziging 20-11-2022
85 beschreven archiefstukken
Inventaris
1. Inventaris van het archief van George Charles Labouchere (1896-1971), 1919-1969
81 Lijst van publikaties van G.C. Labouchere over de jaren 1920-1941, z.j. Afschrift
831-3 George Charles Labouchere, kunsthistoricus
Inventaris
1. Inventaris van het archief van George Charles Labouchere (1896-1971), 1919-1969
81
Lijst van publikaties van G.C. Labouchere over de jaren 1920-1941, z.j. Afschrift
laatste wijziging 20-11-2022
85 beschreven archiefstukken
Kenmerken
Datering:
1919-1969
Toegangstitel:
Inventaris van het archief van George Charles Labouchere (1896-1971) 1919-1969
Auteur:
A.B.R. du Croo de Vries
Datering toegang:
1994
Openbaarheid:
Volledig openbaar
Rechtstitel:
Schenking (van een niet overheidsarchief)
Omvang:
2,22 m
Rubrieken:
Categorie:
laatste wijziging 20-11-2022
85 beschreven archiefstukken