1911 Bouw en inrichting van de fabriek nemen meer tijd in beslag dan verwacht, en pas in september kan de fabriek in gebruik worden genomen. De aandrijfkracht wordt geleverd door een stoommachine van 60 P.K. De bedrijfsresultaten zijn negatief.
1912 Ook over 1912 zijn de resultaten negatief. De bedrijfsleider krijgt daarop een lager salaris aangeboden en wordt verplicht naast de fabriek te gaan wonen.
1913 De bedrijfsleider weigert met de nieuwe regeling accoord te gaan en wordt daarop per 31 augustus ontslagen. De nieuwe fabrieksbaas, Hake, gaat in het huis bij de fabriek wonen. Ook de directeur ziet zijn salaris verlaagd. Mede vanwege het ingebruik nemen van een nieuwe pers wordt over 1913 een bescheiden winst gemaakt.
1914 De productie moet als gevolg van de stagnatie in de aanvoer van kalk vanwege het uitbreken van de eerste wereldoorlog geruime tijd worden onderbroken. Toch is de winst hoger dan in het voorgaande jaar.
1915 De fabriek staat van half maart tot half december stil. "De Lek" besluit deel te nemen in de N.V. Kalkzandsteen, een centraal bureau voor de verkoop van kalkzandsteen. De directeur van "De Lek" gaat in deze periode van productiestilstand gedeeltelijke voor de N.V. Kalkzandsteen werken, waardoor een deel van zijn salaris wordt terugverdiend.
1916 Er is weliswaar weer aanvoer van kalk, maar zeer onregelmatig, zodat op 8 juli de productie geheel wordt stilgelegd. Alle werknemers behalve de directeur en de fabrieks-baas worden ontslagen.