Uw zoekacties: Deputaten Kerk en Bedrijfsleven van de Gereformeerde Kerken ...

1488 Deputaten Kerk en Bedrijfsleven van de Gereformeerde Kerken in Nederland ( Het Utrechts Archief )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Deputaatschap voor Kerk en Bedrijfsleven
1488 Deputaten Kerk en Bedrijfsleven van de Gereformeerde Kerken in Nederland
Inleiding
Deputaatschap voor Kerk en Bedrijfsleven
Organisatie: Het Utrechts Archief
De generale synode van Leeuwarden (1955/1956) hield zich voor het eerst bezig met "de moeilijkheden waarvoor kerken in de industriegebieden komen te staan". Aanleiding was een brief van vier classes in Zuidoost-Drenthe en Oost-Overijssel, namelijk de classes Coevorden, Hardenberg, Ommen en Almelo. De classes wezen de synode op de moeilijkheden, die voort kunnen komen uit de diepe tegenstelling tussen het klimaat van het traditionele christelijke leven en het klimaat van de moderne industriële wereld. Het industrialisatieproces brengt-zo stelt het rapport van de synodecommissie-een nieuw levenspatroon mee, onder andere door invoering van het continubedrijf met ploegenstelsel. Een levenspatroon dat ook een nieuw levensgevoel schept als gevolg van het technische tempo en het wegvagen van tradities. Volgens het rapport van de synodecommissie schept deze ontwikkeling een sociologische situatie, waarin kerk en gezin veel minder het stempel op de samenleving zetten dan voorheen. Het schept ook andere mensen dan die van de vroegere geslachten, welke het kerkelijke en christelijke leven inrichtten aan de hand van hun Schriftkennis en levenservaring. Het commissierapport geeft ook voorbeelden van industriegebieden: Amsterdam en Rotterdam met hun oude industrieën en het IJmondgebied met zich steeds uitbreidende industrie en de daaraan verbonden vestiging van nieuwe bedrijven en met gezinnen uit allerlei streken van het land die hiermee niet vertrouwd zijn. En nog weer anders is de situatie in Drachten en Emmen, waar de moderne industrie voor de plaatselijke bevolking tot voor enkele jaren iets volslagen nieuws was.
Vanwege deze ontwikkeling besloot de synode op 17 april 1956 deputaten voor bestudering van het industrialisatievraagstuk te benoemen met de opdracht aan de eerstvolgende synode te rapporteren "over wat in onze kerken thans reeds daadwerkelijk gedaan wordt ter vervulling van de taak der kerken in de industriële wereld en over wat op dit gebied bij de kerken, die hier actief zijn, leeft aan inzichten en verlangens" (Acta GS-Leeuwarden 1955, art. 437 en bijlage CVIII).
Het rapport van deze deputaten werd op 26 september 1957 behandeld door de synode van Assen (1957/1958), die het deputaatschap een meer uitgebreide opdracht meegaf, namelijk:
- zich tot de kerken en classes te richten met richtlijnen waarin concrete mogelijkheden worden genoemd van de wijzen, waarop de nodige arbeid kan worden verricht en waarin de kerken worden aangespoord zich met voorkomende moeilijkheden tot de deputaten te wenden;
- ook verder werkzaam te zijn ter voorlichting van de kerken;
- aandacht te geven aan de zaak van het onderwijs en de vorming van de bedrijfsjeugd;
- contact te zoeken met andere instanties binnen de gereformeerde wereld, die ook in aanraking komen met de problematiek van kerk en industrie, zoals bijvoorbeeld de Gereformeerde Raad voor Samenlevingsaangelegenheden (GSA) en
- wanneer het hun dienstig lijkt, contact te oefenen met bijvoorbeeld christelijke maatschappelijke organisaties, om elkaar te dienen in het bestrijden van de gevaren voor het geloofsleven, die de industrialisatie oproept.
(Acta GS-Assen, art. 183 en 184).
De generale synode van Apeldoorn (1961/1962) gaf op 20 februari 1962 toestemming een functionaris te benoemen, die onder leiding van het deputaatschap ging meewerken aan de uitvoering van de door de synode verleende opdrachten (Acta GS-Apeldoorn, art. 371). In dat jaar werd ds. L. Zielhuis benoemd tot predikant in algemene dienst voor het werk van de kerken in industrialisatiegebieden.
De synode van Dordrecht (1971/1972) stelde een instructie vast voor het deputaatschap Kerk en bedrijfsleven met de volgende opdrachten:
- de begeleiding van de industriepredikant in algemene dienst.
- de bestudering van de problemen inzake de verhouding tussen kerk en bedrijfsleven.
- het geven van voorlichting en advies op dit terrein aan de kerken.
- het medewerken aan de opleiding voor kerkelijk werkers en aan de arbeid van de commissie gemeentestructuur en het Toerustingscentrum.
- het onderhouden van contact met andere instanties in de Gereformeerde Kerken, die met de problemen van kerk en bedrijfsleven of met facetten daarvan te maken hebben.
- het onderhouden van contact met andere kerken over deze arbeid en het representeren van de Gereformeerde Kerken in de desbetreffende interkerkelijke verbanden; in dit kader worden de Gereformeerde Kerken door vijf afgevaardigden vertegenwoordigd in de Stichting Centraal Interkerkelijk Bureau voor het Bedrijfsleven (CIBB).
- het onderhouden van contact met de desbetreffende maatschappelijke organisaties en -instituten.
- het uitbrengen van een schriftelijk verslag over hun arbeid aan de volgende synoden.
(Acta GS-Dordrecht, art. 32)
Per 1 mei 1978 werden de taken van het deputaatschap overgedragen aan de taakgroep Kerk en Bedrijfsleven van de deputaten Gemeenteopbouw.
Aan deze inventaris is als gedeponeerd archief toegevoegd de collectie van dr. L. Zielhuis (1956-1976), predikant in algemene dienst voor het werk van dit deputaatschap. Deze collectie is grotendeels te beschouwen als een aanvulling op het archief van de deputaten. Zielhuis heeft daarin ook enige stukken opgenomen over de Vrijmaking van 1944, een scheuring in de Gereformeerde Kerken in Nederland, die hij als predikant heeft meegemaakt.
Archief en inventarisatie
Addendum
Erfgoedstuk

Kenmerken

Datering:
1956-1978
Toegangstitel:
Inventaris van het archief van het Deputaatschap Kerk en Bedrijfsleven van de Gereformeerde Kerken in Nederland (1953) 1956-1978
Auteur:
A. Croezen en B.W. Jagt
Datering toegang:
2012
Datering bewerking:
2013
Notabene:
Vanwege ruimtegebrek bewaren wij dit archief niet in ons eigen depot. U kunt dit archief inzien door het aan te vragen via ons aanvraagformulier: https://hetutrechtsarchief.nl/aanvragen
Openbaarheid:
Volledig openbaar
Rechtstitel:
Opneming in beheer van een particulier, niet in eigendom verkregen
Omvang:
2,33 m
Bijzonderheden:
Vanwege ruimtegebrek bewaren wij dit archief niet in ons eigen depot. U kunt dit archief inzien door het aan te vragen via ons aanvraagformulier: https://hetutrechtsarchief.nl/aanvragen