14.A002B Archief van het Kapittel van de H. Petrus te Sint Odiliënberg, sinds 1361 Kapittel van de H. Geest te Roermond, sinds 1569 Kathedraal Kapittel (858) 1297-1797 ( Historisch Centrum Limburg, te Maastricht )
14.A002B
Archief van het Kapittel van de H. Petrus te Sint Odiliënberg, sinds 1361 Kapittel van de H. Geest te Roermond, sinds 1569 Kathedraal Kapittel (858) 1297-1797
Inleiding
laatste wijziging 26-04-2024
898 beschreven archiefstukken
11 gedigitaliseerd
totaal 1.220 bestanden
Inventaris
laatste wijziging 26-04-2024
898 beschreven archiefstukken
11 gedigitaliseerd
totaal 1.220 bestanden
Regestenlijst
119 1422 juni 20
“in ’t jair ons Heren dusent vyerhonderttweendetwintich des saterdachz na sent Vitzdach martiris”
De vice-proost en het kapittel van de H. Geest te Roermond verklaren dat zij een geschil hebben gehad met de hele gemeenschap van het kerspel Karken over het verstrekken van een ton bier of hop en een sester brood, wanneer deze op Sint-Servaasdag met haar relieken naar Odiliënberg komt. De beslissing van het geschil is opgedragen aan vier scheidslieden, te weten aan Alaert Ludinck en Johan van Kessel, priester, namens het kapittel, en aan Reynaer van den Dijcke, schepen, en Pouwel van den Brueck, kerspelman, namens die van Karken. Zij hebben het geschil als volgt beëindigd: Het kapittel zal, wanneer het kerspel Karken met zijn relieken te Odiliënberg komt, een ton bier of hop en drie boddreger voor brood geven. Wanneer de tienden te Karken worden verpacht, zal het kapittel eveneens een ton bier geven, ook telkenjare wanneer de tienden voor drie jaar worden verpacht.
“in ’t jair ons Heren dusent vyerhonderttweendetwintich des saterdachz na sent Vitzdach martiris”
De vice-proost en het kapittel van de H. Geest te Roermond verklaren dat zij een geschil hebben gehad met de hele gemeenschap van het kerspel Karken over het verstrekken van een ton bier of hop en een sester brood, wanneer deze op Sint-Servaasdag met haar relieken naar Odiliënberg komt. De beslissing van het geschil is opgedragen aan vier scheidslieden, te weten aan Alaert Ludinck en Johan van Kessel, priester, namens het kapittel, en aan Reynaer van den Dijcke, schepen, en Pouwel van den Brueck, kerspelman, namens die van Karken. Zij hebben het geschil als volgt beëindigd: Het kapittel zal, wanneer het kerspel Karken met zijn relieken te Odiliënberg komt, een ton bier of hop en drie boddreger voor brood geven. Wanneer de tienden te Karken worden verpacht, zal het kapittel eveneens een ton bier geven, ook telkenjare wanneer de tienden voor drie jaar worden verpacht.
14.A002B Archief van het Kapittel van de H. Petrus te Sint Odiliënberg, sinds 1361 Kapittel van de H. Geest te Roermond, sinds 1569 Kathedraal Kapittel (858) 1297-1797
Regestenlijst
119
1422 juni 20
“in ’t jair ons Heren dusent vyerhonderttweendetwintich des saterdachz na sent Vitzdach martiris”
De vice-proost en het kapittel van de H. Geest te Roermond verklaren dat zij een geschil hebben gehad met de hele gemeenschap van het kerspel Karken over het verstrekken van een ton bier of hop en een sester brood, wanneer deze op Sint-Servaasdag met haar relieken naar Odiliënberg komt. De beslissing van het geschil is opgedragen aan vier scheidslieden, te weten aan Alaert Ludinck en Johan van Kessel, priester, namens het kapittel, en aan Reynaer van den Dijcke, schepen, en Pouwel van den Brueck, kerspelman, namens die van Karken. Zij hebben het geschil als volgt beëindigd: Het kapittel zal, wanneer het kerspel Karken met zijn relieken te Odiliënberg komt, een ton bier of hop en drie boddreger voor brood geven. Wanneer de tienden te Karken worden verpacht, zal het kapittel eveneens een ton bier geven, ook telkenjare wanneer de tienden voor drie jaar worden verpacht.
“in ’t jair ons Heren dusent vyerhonderttweendetwintich des saterdachz na sent Vitzdach martiris”
De vice-proost en het kapittel van de H. Geest te Roermond verklaren dat zij een geschil hebben gehad met de hele gemeenschap van het kerspel Karken over het verstrekken van een ton bier of hop en een sester brood, wanneer deze op Sint-Servaasdag met haar relieken naar Odiliënberg komt. De beslissing van het geschil is opgedragen aan vier scheidslieden, te weten aan Alaert Ludinck en Johan van Kessel, priester, namens het kapittel, en aan Reynaer van den Dijcke, schepen, en Pouwel van den Brueck, kerspelman, namens die van Karken. Zij hebben het geschil als volgt beëindigd: Het kapittel zal, wanneer het kerspel Karken met zijn relieken te Odiliënberg komt, een ton bier of hop en drie boddreger voor brood geven. Wanneer de tienden te Karken worden verpacht, zal het kapittel eveneens een ton bier geven, ook telkenjare wanneer de tienden voor drie jaar worden verpacht.
Datering:
1422 juni 20
Notabene:
Origineel op perkament, inv.nr. 164, met het zegel van het kapittel; eenvoudig gedeeltelijk afschrift op papier, inv.nr. 322, f. 69 (eerste telling).De tekst is gedrukt in: M. Willemsen, Oorkonden en bescheiden aangaande de kerk en het kapittel van St. Odiliënberg, in: PSHAL 23 (1886), 248-251.
Organisatie: Historisch Centrum Limburg, te Maastricht
laatste wijziging 20-01-2015
laatste wijziging 26-04-2024
898 beschreven archiefstukken
11 gedigitaliseerd
totaal 1.220 bestanden
Kenmerken
Datering:
(858) 1297-1797
Auteur:
G.H.A. Venner
Inventaris:
Inventaris van het archief van het Kapittel van de H. Petrus te Sint Odiliënberg, sinds 1361 Kapittel van de H. Geest te Roermond, sinds 1569 Kathedraal Kapittel (858) 1297-1797
Categorie:
laatste wijziging 26-04-2024
898 beschreven archiefstukken
11 gedigitaliseerd
totaal 1.220 bestanden