01.001 Staten van het Overkwartier van Gelre, 1404-1794 ( Historisch Centrum Limburg, te Maastricht )
01.001
Staten van het Overkwartier van Gelre, 1404-1794
Volledige inventaris in PDF
laatste wijziging 30-10-2024
1.491 beschreven archiefstukken
14 gedigitaliseerd
totaal 684 bestanden
Inleiding
laatste wijziging 30-10-2024
1.491 beschreven archiefstukken
14 gedigitaliseerd
totaal 684 bestanden
Inventaris
laatste wijziging 30-10-2024
1.491 beschreven archiefstukken
14 gedigitaliseerd
totaal 684 bestanden
Regesten
35 1419 oktober 25
"Gegeven in den jaren onss Heren dusent vierhondert ende negenthien des gudesdaigs na sente Severijnsdaige episcopi".
Maria, hertogin van Gulik en Gelder en gravin van Zutphen, Johan Schelart van Obbendorp, Willem, heer te Sinzich, Werner van Palant, heer te Breidenbempt, Andries van Leyffingen, heer te Zievel, Goiswijn Brent van Vernich, Wilhelm van Vlatten, Godart van den Bongart, ridder, en Wynant van Roir, knape, verklaren in het bijleggen van het geschil tussen de hertog enerzijds en de ridders, knechten en steden van het land van Gelder en het graafschap Zutphen anderzijds vastgesteld te hebben, dat 1) de hertog niemand kwalijk gezind zal zijn wegens het aangegane verbond 2) dat hij geen sloten, steden of landen zal vervreemden zonder toestemming van de meerderheid van de vijf ridders uit elk kwartier, twee afgevaardigden uit elke hoofdstad en tien raden uit het land van Gulik, 3) dat de hertog ieder leen-, land- en stadsrecht zal laten geschieden en ieder zijn recht te land en te water krachtens privileges en oude gewoonten zal laten genieten
"Gegeven in den jaren onss Heren dusent vierhondert ende negenthien des gudesdaigs na sente Severijnsdaige episcopi".
Maria, hertogin van Gulik en Gelder en gravin van Zutphen, Johan Schelart van Obbendorp, Willem, heer te Sinzich, Werner van Palant, heer te Breidenbempt, Andries van Leyffingen, heer te Zievel, Goiswijn Brent van Vernich, Wilhelm van Vlatten, Godart van den Bongart, ridder, en Wynant van Roir, knape, verklaren in het bijleggen van het geschil tussen de hertog enerzijds en de ridders, knechten en steden van het land van Gelder en het graafschap Zutphen anderzijds vastgesteld te hebben, dat 1) de hertog niemand kwalijk gezind zal zijn wegens het aangegane verbond 2) dat hij geen sloten, steden of landen zal vervreemden zonder toestemming van de meerderheid van de vijf ridders uit elk kwartier, twee afgevaardigden uit elke hoofdstad en tien raden uit het land van Gulik, 3) dat de hertog ieder leen-, land- en stadsrecht zal laten geschieden en ieder zijn recht te land en te water krachtens privileges en oude gewoonten zal laten genieten
01.001 Staten van het Overkwartier van Gelre, 1404-1794
Regesten
35
1419 oktober 25
"Gegeven in den jaren onss Heren dusent vierhondert ende negenthien des gudesdaigs na sente Severijnsdaige episcopi".
Maria, hertogin van Gulik en Gelder en gravin van Zutphen, Johan Schelart van Obbendorp, Willem, heer te Sinzich, Werner van Palant, heer te Breidenbempt, Andries van Leyffingen, heer te Zievel, Goiswijn Brent van Vernich, Wilhelm van Vlatten, Godart van den Bongart, ridder, en Wynant van Roir, knape, verklaren in het bijleggen van het geschil tussen de hertog enerzijds en de ridders, knechten en steden van het land van Gelder en het graafschap Zutphen anderzijds vastgesteld te hebben, dat 1) de hertog niemand kwalijk gezind zal zijn wegens het aangegane verbond 2) dat hij geen sloten, steden of landen zal vervreemden zonder toestemming van de meerderheid van de vijf ridders uit elk kwartier, twee afgevaardigden uit elke hoofdstad en tien raden uit het land van Gulik, 3) dat de hertog ieder leen-, land- en stadsrecht zal laten geschieden en ieder zijn recht te land en te water krachtens privileges en oude gewoonten zal laten genieten
"Gegeven in den jaren onss Heren dusent vierhondert ende negenthien des gudesdaigs na sente Severijnsdaige episcopi".
Maria, hertogin van Gulik en Gelder en gravin van Zutphen, Johan Schelart van Obbendorp, Willem, heer te Sinzich, Werner van Palant, heer te Breidenbempt, Andries van Leyffingen, heer te Zievel, Goiswijn Brent van Vernich, Wilhelm van Vlatten, Godart van den Bongart, ridder, en Wynant van Roir, knape, verklaren in het bijleggen van het geschil tussen de hertog enerzijds en de ridders, knechten en steden van het land van Gelder en het graafschap Zutphen anderzijds vastgesteld te hebben, dat 1) de hertog niemand kwalijk gezind zal zijn wegens het aangegane verbond 2) dat hij geen sloten, steden of landen zal vervreemden zonder toestemming van de meerderheid van de vijf ridders uit elk kwartier, twee afgevaardigden uit elke hoofdstad en tien raden uit het land van Gulik, 3) dat de hertog ieder leen-, land- en stadsrecht zal laten geschieden en ieder zijn recht te land en te water krachtens privileges en oude gewoonten zal laten genieten
Datering:
1419 oktober 25
Notabene:
Origineel op perkament, inv. nr. 478, met de zegels van de oorkonders. Het zegel van Willem van Vlatten is enigszins beschadigd. Voorts zeventiende eeuws afschrift op papier, inv. nr. 501, f. 19-20 en achttiende eeuws afschrift op papier, inv. nr. 1338. De akte is afgedrukt in: Nijhoff, Gedenkwaardigheden III, p. 371-372
Organisatie: Historisch Centrum Limburg, te Maastricht
laatste wijziging 30-01-2017
laatste wijziging 30-10-2024
1.491 beschreven archiefstukken
14 gedigitaliseerd
totaal 684 bestanden
Kenmerken
Datering:
1404-1794
Auteur:
G.H.A. Venner
Uitgave:
Inventarissenreeks RAL 17 ( Maastricht 1980)
Omvang m1:
25,5
Inventaris:
Inventaris van het Archief van de Staten van het Overkwartier van Gelder, 1404-1794.
Beschrijving:
Bevat tevens 94 charters
Categorie:
laatste wijziging 30-10-2024
1.491 beschreven archiefstukken
14 gedigitaliseerd
totaal 684 bestanden