Deze "Stukken afkomstig van particulieren" vormden in het Rijksarchief in Limburg een zelfstandige collectie sinds het beheer van den Rijksarchivaris Jos. Habets. Zij waren voor een deel genummerd, maar er was geen inventaris van opgemaakt.
Om nu al deze stukken alvast voor het onderzoek toegankelijk te stellen, hebben wij deze voorlopige inventaris samengesteld, met medewerking van den heer Jos. Ceulen te Maastricht.
Daarbij bleek ons, dat verreweg het grootste deel van deze stukken zeer waarschijnlijk afkomstig is uit de gerechtelijke archieven van Maastricht, nl. uit het Laaggerecht en uit het Brabantse en Luikse Hooggerecht, waarin zij behoren als Bijlagen (bewijsstukken) bij de procesdossiers. Wanneer eenmaal de archieven dezer Maastrichtse gerechten geordend en geinventariseerd zijn, zal een groot getal van deze "Stukken afkomst van particulieren" dus in deze Maastrichtse gerechtelijke archieven hun definitieve plaats moeten vinden als de genoemde procesdossiers. Zie hierover de Verslagen omtrent 's Rijks Oude Archieven, 2de serie, V (1932) blz. 121 en VI (1933) blz. 118.

In deze voorlopige inventaris vallen twee gedeelten te onderscheiden nl. A. een "Alphabetische lijst van stukken volgens de familienamen" gerangschikt (blz. 1-25) en BV een "Alphabetische lijst van stukken volgens trefwoorden" gerangschikt (blz. 26-35).
Onder de eerste groep zijn alle stukken gebracht, welke naar hun opschrift of inhoud als afkomstig van een met name bekende familie zijn te beschouwen.
Onder de tweede groep zijn alle stukken ondergebracht, welke niet aan een met name bekende familie zijn toe te schrijven. Bij deze stukken is getracht zoveel mogelijk vast te stellen, over welk bedrijf de inhoud der stukken handelt, en naar de namen dezer bedrijven zijn de stukken in deze groep alphabetisch gerangschikt, b.v. advocaat, apotheker, bankier, boekhandel, enz. (Deze methode van rangschikking in deze groep is echter niet steeds consequent doorgevoerd en moet later nog gecorrigeerd worden).
De nummering der stukken loopt door over de beide groepen A en B.

Maastricht, 26 November 1943. G. Panhuysen.