Uw zoekacties: Straatnamencommissie te Haarlem Provinciale Inspectie en Tehuizen voor de Bijzondere Jeugdzo...

07.A12 Provinciale Inspectie en Tehuizen voor de Bijzondere Jeugdzorg in de provincie Limburg, 1946-1948 ( Historisch Centrum Limburg, te Maastricht )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Bureau Bijzondere Jeugdzorg
07.A12 Provinciale Inspectie en Tehuizen voor de Bijzondere Jeugdzorg in de provincie Limburg, 1946-1948
Inleiding
Bureau Bijzondere Jeugdzorg
Tot 1 november 1945 was sektie XIV (Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen), Afdeling Jeugdzorg van het Militair Gezag belast met de zorg voor en opvang van kinderen van om politieke redenen geinterneerde ouders. Per 1 november 1945 werd de Afdeling Jeugdzorg opgeheven en werden de taken overgedragen aan het Ministerie van Justitie, 7e Afdeling (Rijkstucht- en Opvoedingswezen) D, Bureau Bijzondere Jeugdzorg onder leiding van de psycholoog L.M.H. Berger (hierna afgekort als BBJ).
In iedere provincie werd een provinciale inspecteur benoemd. De provincies werden ingedeeld in districten onder leiding van een districtsinspecteur. De provinciale inspecteur was belast met de uitvoering t.a.v. het jeugdzorgbeleid in de provincie en direct belast met het toezicht op de tehuizen voor de Bijzondere Jeugdzorg. De districtsinspecteur was belast met de zorg voor en opvang van in pleeggezinnen geplaatste kinderen. Het jeugdzorgbeleid werd centraal vanuit Den Haag gecoördineerd.
Met de zorg voor en het toezicht op de gebouwen en tehuizen voor de Bijzondere Jeugdzorg werd de Rijksgebouwendienst, ressorterend onder het Ministerie van Openbare Werken en Wederopbouw, belast. In de meeste gevallen werd met de eigenaren van de door het Militair Gezag gevorderde huizen (periode 1944-1945) een huurovereenkomst gesloten.
Geregeld contact werd onderhouden met het Nederlandse Beheersinstituut (NBI) om, waar mogelijk, de kosten van de opvang van de kinderen te verhalen op het door het NBI beheerde vermogen van geinterneerde ouders.
Van meet af aan was het beleid van het BBJ er op gericht de zorg voor kinderen van om politieke redenen geinterneerde ouders over te dragen aan particuliere verenigingen, stichtingen en instellingen, werkzaam op het terrein van de justitiële kinderbescherming (circulaire van 14 dec. 1945, nr. 3001). Bovendien werd een snelle gezinshereniging bevorderd. Terstond na vrijlating van een der ouders moest het kind het tehuis verlaten.
Het BBJ werd in maart 1949 opgeheven. In de loop van 1950 werd de administratieve en financiële afwikkeling beëindigd.
Inspectie Limburg
Archief en inventarisatie
Beperkingen t.a.v. de openbaarheid
Bijlage
Provinciale inspecties Bijzondere Jeugdzorg

Kenmerken

Datering:
1946-1948
Auteur:
M.W.M. Gruythuysen
Omvang m1:
5,3 meter
Inventaris:
Plaatsinglijst van de archivieven van de Provinciale Inspectie en Tehuizen voor de Bijzondere Jeugzorg Inde Provincie Limburg 1946-1948
Openbaar:
Het archief is tot 1 januari 2020 niet openbaar. Inzage wordt slechts verleend na schriftelijke toestemming van de Algemeen Rijksarchivaris of diens gemachtigde. Bij publicatie van gegevens uit het archief is schriftelijke toestemming vereist van de minister van Justitie.

Ingevolge artikel 5 van het Besluit van de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, gepubliceerd in de Staatscourant 2019, nr. 54696 is de openbaarheidsbeperking bij de inventarisnummers 13 t/m 56, 60 t/m 64 en 77 t/m 88 verlengd tot 1 januari 2045.