0012 Gelderse Rekenkamer ( Gelders Archief )
0012
Gelderse Rekenkamer
Inleiding
laatste wijziging 06-04-2024
9.793 beschreven archiefstukken
7.484 gedigitaliseerd
totaal 700.563 bestanden
Inventaris
Derde afdeeling. Rekeningen en bijlagen
N.B. Van de bijlagen is de groote meerderheid verloren, gelijk in de inleiding is medegedeeld. Aangezien nu een gedetailleerde beschrijving van alle nog aanwezige bijlagen den inventaris te omvangrijk zou hebben gemaakt en het aan den anderen kant toch gewenscht scheen, op menig belangrijk stuk onder die bijlagen de aandacht te vestigen, is bij de beschrijving slechts in bepaalde gevallen de inhoud van de bijlagen aangegeven. Zoo zal men omschrijvingen aantreffen van de meeste bijlagen, die tot de Charterverzameling (0243) hebben behoord, en van vele stukken van dien aard, die bij de oudere rekeningen der landrentmeesters-generaal zijn overgelegd en waarvan de inhoud min of meer verrassend, althans opmerkelijk is. Hiermede is natuurlijk allerminst bedoeld, op de niet nader omschreven bijlagen het stempel van onbelangrijkheid te drukken, Op de omslagen, waarin bijlagen bewaard zijn, is aangeduid, tot welke rekeningen zij behooren.
N.B. Van de bijlagen is de groote meerderheid verloren, gelijk in de inleiding is medegedeeld. Aangezien nu een gedetailleerde beschrijving van alle nog aanwezige bijlagen den inventaris te omvangrijk zou hebben gemaakt en het aan den anderen kant toch gewenscht scheen, op menig belangrijk stuk onder die bijlagen de aandacht te vestigen, is bij de beschrijving slechts in bepaalde gevallen de inhoud van de bijlagen aangegeven. Zoo zal men omschrijvingen aantreffen van de meeste bijlagen, die tot de Charterverzameling (0243) hebben behoord, en van vele stukken van dien aard, die bij de oudere rekeningen der landrentmeesters-generaal zijn overgelegd en waarvan de inhoud min of meer verrassend, althans opmerkelijk is. Hiermede is natuurlijk allerminst bedoeld, op de niet nader omschreven bijlagen het stempel van onbelangrijkheid te drukken, Op de omslagen, waarin bijlagen bewaard zijn, is aangeduid, tot welke rekeningen zij behooren.
B. Rekeningen van de landrentmeesters-generaal
I. Rekeningen van de landrentmeesters-generaal wegens hun gewone beheer, 1543-1794
N.B. Zie over dit rentambt de noten aan het hoofd van A.I. in de 2de Afdeeling en B.II. in de 3de Afdeeling. Ingevolge art. 29 van de instructie voor de Rekenkamer zou de landrentmeester-generaal ook na de oprichting van dat college te Brussel in de Brabantsche Rekenkamer rekening afleggen. Hieraan is echter al bij de benoeming van VAN DER HOUVE in 1563 een einde gekomen Ingevolge besluit van de Landschap van 4 Augustus 1690 heeft het afhooren van de rekeningen der landrentmeesters-generaal over 1691-1792 plaats gehad ten overstaan van een commissie uit de Staten, waarin twee leden uit ieder kwartier zitting hadden en die daartoe jaarlijks door de Rekenkamer werden opgeroepen. Het landrentambt-generaal heeft tot 1810 bestaan. De rekeningen over 1795-1810 zijn bewaard in de archieven der colleges, die destijds de domeinen hebben beheerd.
N.B. Zie over dit rentambt de noten aan het hoofd van A.I. in de 2de Afdeeling en B.II. in de 3de Afdeeling. Ingevolge art. 29 van de instructie voor de Rekenkamer zou de landrentmeester-generaal ook na de oprichting van dat college te Brussel in de Brabantsche Rekenkamer rekening afleggen. Hieraan is echter al bij de benoeming van VAN DER HOUVE in 1563 een einde gekomen Ingevolge besluit van de Landschap van 4 Augustus 1690 heeft het afhooren van de rekeningen der landrentmeesters-generaal over 1691-1792 plaats gehad ten overstaan van een commissie uit de Staten, waarin twee leden uit ieder kwartier zitting hadden en die daartoe jaarlijks door de Rekenkamer werden opgeroepen. Het landrentambt-generaal heeft tot 1810 bestaan. De rekeningen over 1795-1810 zijn bewaard in de archieven der colleges, die destijds de domeinen hebben beheerd.
Maria van Buckhorst
0012 Gelderse Rekenkamer
Inventaris
Derde afdeeling. Rekeningen en bijlagen
N.B. Van de bijlagen is de groote meerderheid verloren, gelijk in de inleiding is medegedeeld. Aangezien nu een gedetailleerde beschrijving van alle nog aanwezige bijlagen den inventaris te omvangrijk zou hebben gemaakt en het aan den anderen kant toch gewenscht scheen, op menig belangrijk stuk onder die bijlagen de aandacht te vestigen, is bij de beschrijving slechts in bepaalde gevallen de inhoud van de bijlagen aangegeven. Zoo zal men omschrijvingen aantreffen van de meeste bijlagen, die tot de Charterverzameling (0243) hebben behoord, en van vele stukken van dien aard, die bij de oudere rekeningen der landrentmeesters-generaal zijn overgelegd en waarvan de inhoud min of meer verrassend, althans opmerkelijk is. Hiermede is natuurlijk allerminst bedoeld, op de niet nader omschreven bijlagen het stempel van onbelangrijkheid te drukken, Op de omslagen, waarin bijlagen bewaard zijn, is aangeduid, tot welke rekeningen zij behooren.
N.B. Van de bijlagen is de groote meerderheid verloren, gelijk in de inleiding is medegedeeld. Aangezien nu een gedetailleerde beschrijving van alle nog aanwezige bijlagen den inventaris te omvangrijk zou hebben gemaakt en het aan den anderen kant toch gewenscht scheen, op menig belangrijk stuk onder die bijlagen de aandacht te vestigen, is bij de beschrijving slechts in bepaalde gevallen de inhoud van de bijlagen aangegeven. Zoo zal men omschrijvingen aantreffen van de meeste bijlagen, die tot de Charterverzameling (0243) hebben behoord, en van vele stukken van dien aard, die bij de oudere rekeningen der landrentmeesters-generaal zijn overgelegd en waarvan de inhoud min of meer verrassend, althans opmerkelijk is. Hiermede is natuurlijk allerminst bedoeld, op de niet nader omschreven bijlagen het stempel van onbelangrijkheid te drukken, Op de omslagen, waarin bijlagen bewaard zijn, is aangeduid, tot welke rekeningen zij behooren.
B. Rekeningen van de landrentmeesters-generaal
I. Rekeningen van de landrentmeesters-generaal wegens hun gewone beheer, 1543-1794
N.B. Zie over dit rentambt de noten aan het hoofd van A.I. in de 2de Afdeeling en B.II. in de 3de Afdeeling. Ingevolge art. 29 van de instructie voor de Rekenkamer zou de landrentmeester-generaal ook na de oprichting van dat college te Brussel in de Brabantsche Rekenkamer rekening afleggen. Hieraan is echter al bij de benoeming van VAN DER HOUVE in 1563 een einde gekomen Ingevolge besluit van de Landschap van 4 Augustus 1690 heeft het afhooren van de rekeningen der landrentmeesters-generaal over 1691-1792 plaats gehad ten overstaan van een commissie uit de Staten, waarin twee leden uit ieder kwartier zitting hadden en die daartoe jaarlijks door de Rekenkamer werden opgeroepen. Het landrentambt-generaal heeft tot 1810 bestaan. De rekeningen over 1795-1810 zijn bewaard in de archieven der colleges, die destijds de domeinen hebben beheerd.
N.B. Zie over dit rentambt de noten aan het hoofd van A.I. in de 2de Afdeeling en B.II. in de 3de Afdeeling. Ingevolge art. 29 van de instructie voor de Rekenkamer zou de landrentmeester-generaal ook na de oprichting van dat college te Brussel in de Brabantsche Rekenkamer rekening afleggen. Hieraan is echter al bij de benoeming van VAN DER HOUVE in 1563 een einde gekomen Ingevolge besluit van de Landschap van 4 Augustus 1690 heeft het afhooren van de rekeningen der landrentmeesters-generaal over 1691-1792 plaats gehad ten overstaan van een commissie uit de Staten, waarin twee leden uit ieder kwartier zitting hadden en die daartoe jaarlijks door de Rekenkamer werden opgeroepen. Het landrentambt-generaal heeft tot 1810 bestaan. De rekeningen over 1795-1810 zijn bewaard in de archieven der colleges, die destijds de domeinen hebben beheerd.
Maria van Buckhorst
laatste wijziging 06-04-2024
9.793 beschreven archiefstukken
7.484 gedigitaliseerd
totaal 700.563 bestanden
Kenmerken
laatste wijziging 06-04-2024
9.793 beschreven archiefstukken
7.484 gedigitaliseerd
totaal 700.563 bestanden