Uw zoekacties: Klooster Olijfberg of Veenklooster onder Oudwoude

232-25 Klooster Olijfberg of Veenklooster onder Oudwoude ( Tresoar (Frysk Histoarysk en Letterkundich Sintrum) )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Naar boven om te zoeken
232-25   Klooster Olijfberg of Veenklooster onder Oudwoude
Inventaris
1. Inventaris
2. Regestenlijst
1 Tette, vrouw van Heere, maakt haar testament, bespreekt daarin naast legaten aan St. Marten de patroon te Weestergheest, ter versiering van O.L. Vrouwe in die Soene aldaar, aan St. Annenaltaar, aan O.L. Vrouwe te Berghem, de patroon van Oltwold, haar man Heere, haar tante Wytthyen, zuster Aleit, zuster Margreta, haar Bauck te Weestergheest, haar pastoor (Wygher) en vicaris (Thyaert), haar biechtvader en haar neef Juke Mennema, 1 roede veen op Suaghe ffeen, met Wygher Ffeddema ten westen en Oucke Ouckema ten oosten, aan Ffeencloester voor de "legherstede" van haar en haar dochter en maakt voor het overige haar zuster Sytthyen tot enige erfgename.; In de jaren ons Heren dusent 4to ende wyrentwintich op sunte Maria Magdalenen dach.
232-25 Klooster Olijfberg of Veenklooster onder Oudwoude
2. Regestenlijst
1
Tette, vrouw van Heere, maakt haar testament, bespreekt daarin naast legaten aan St. Marten de patroon te Weestergheest, ter versiering van O.L. Vrouwe in die Soene aldaar, aan St. Annenaltaar, aan O.L. Vrouwe te Berghem, de patroon van Oltwold, haar man Heere, haar tante Wytthyen, zuster Aleit, zuster Margreta, haar Bauck te Weestergheest, haar pastoor (Wygher) en vicaris (Thyaert), haar biechtvader en haar neef Juke Mennema, 1 roede veen op Suaghe ffeen, met Wygher Ffeddema ten westen en Oucke Ouckema ten oosten, aan Ffeencloester voor de "legherstede" van haar en haar dochter en maakt voor het overige haar zuster Sytthyen tot enige erfgename.; In de jaren ons Heren dusent 4to ende wyrentwintich op sunte Maria Magdalenen dach.
Datering:
22 juli 1424
NB:
Inv. nr. 2; Origineel op papier met het opgedrukte zegel in groene was van Thyaert, vicaris te Westergeest, beschadigd, en diens handtekening; GEDRUKT: Charterboek II 467; NB In dorso: Nim X.; In Charterboek abusievelijk gedateerd op 1524.; In de inventaris van 1602 onder nr. X: 1325.
Organisatie: Tresoar (Frysk Histoarysk en Letterkundich Sintrum)
laatste wijziging 15-07-2016
2 Mecka Bennama verpandt aan het convent te Faen voor een schuld van 13 grote marken 1 pondemaat land in Bennama fenne naast Jeltama land, te lossen binnen 3 jaar.; Jowen in da jeer us Heren M CCCC XLVIto in profesto Visitacionis virginis Marie gloriose.
3 Ghele Bennema draagt over aan proost en zuster van Feencloester 5 pondematen land, genaamd Wygghers Mede, over de Zwemmer in Ghesterhemmerik, waarvoor dezen hem gedurende 1 jaar zullen verschaffen kost en inwoning, te weten brood, boter, vlees, kaas en warme spijzen met Groningher bier voor de rolle+ en een kamer met bed, turf, was en verpleging bij ziekte, terwijl er voor hem zal worden gebeden als voor wijlen Ymeke Boyken en de proost hem in rechte zal vertegenwoordigen en zijn land beschermen, en na verloop van 1 jaar zullen scheidslieden uitmaken wat hij voor verlenging van zijn provenierschap zal moeten afstaan.; Ghescreven in den jaer ons Heren dusent vier hundert een negentich des Vridages voer sunte Ambrosius.
4 Gerck Brongersma op de Wygeest schenkt aan het convent Ffeencloester ½ mansmad van 9 einzen op Oltwoldermeden, ten zuiden grenzend aan de mansmad van 18 einzen die hij aan het klooster heeft overgedragen in plaats van de pondemaat van het Nye Lant, die hij had verkocht, doch na de betaling van de koopsom niet kon leveren blijkens aantekening op de koopakte.; Wt een ghescreven ende sneden myt den hilighern name Maria Magdalena anno dusent vyer hondert ende acht en tnegentich des Saterdaghes voer Trinitatis.
5 Syw Sysma te Berghum verkoopt, wegens de gevangenschap van haar man Goade Lywbbama te Franecker, met recht van wederinkoop aan Aernth van Hochstraten, proost van Fencloester, en zijn convent 2 pondematen grasland op de Meenthorp, ten oosten grenzend aan de kloosterlanden en ten westen aan het land van Mecke Jeltkema.; Int jaer do men schreeff dusenth veerhunderth acht ende tneghentich des Frydages nae sunte Peter ad Vincula.
6 Brant Valx, Popke Balinx, Beerent Berents en Wopke Cornelysz., door Teodoricus Doetinchem, proost van Feenclooster, impetrant in cas van maintenu, en Haye Ydema en Jacob Allerts, mede namens Ludger Alberts en Baucke Sipkes, laatsgenoemde mede namens Iwrghen Nittez. en Jacop Dyrks, opposanten, aangewezen als scheidslieden in hun geschil over een rij- of wagenweg door de Leghe Meede tot aan het land van wijlen de procureur-generaal Mr. Julius van Geel en het onderhoud van de beide wringen, nadat Anthonius del Vaille als raadsheer-commissaris van het Hof op verzoek van partijen ter plaatse was gecompareerd, beslissen dat de opposanten zullen betalen aan de proost 18 Caroliguldens ineens, dat zij de weg moeten afpalen en onderhouden en het gras aan de proost afstaan, doch het recht hebben hem te berijden en dat zij de wringen moeten aanbrengen en onderhouden, uitgezonderd het houtwerk van de zuidelijke, terwijl de kosten van het comissoriaal onderzoek door beide partijen zullen worden gedragen.; Actum Collum den laesten Maij anno XV tweentsoventich.
7 Anthonius del Vaille, raad ordinaris in het Hof van Vrieslant, commissaris in materie van maintenu in de zaak, beslist bij de hieraan voorafgaande scheidsrechterlijke uitspraak d.d. 31 mei 1572 (rg. 6), oorkondt dat te zijnen overstaan Theodoricus Doeticum, proost van Feenclooster, en Monte Jansz. en Arnoldus Poppius namens de tegenpartij ter verduidelijking van die uitspraak hebben verklaard dat laatstgenoemde tevens hebben aangenomen voor eenmaal een slot te maken op de zuidelijke wring, waarvan beide partijen een sleutel krijgen, terwijl nodige vernieuwing desgewenst voor rekening van de proost komt.; Actum Collum ten huyse van Frans Wateringe ten jaere ende daege als vooren (up den lesten May 1572).
laatste wijziging 10-02-2021
13 beschreven archiefstukken

Kenmerken

Datering:
1424-1572
Periode:
1424-1572
Beschrijving:
Klooster Olijfberg of Veenklooster onder Oudwoude
Categorie:
laatste wijziging 10-02-2021
13 beschreven archiefstukken