Uw zoekacties: Familie Van Eysinga-Vegelin van Claerbergen

323 Familie Van Eysinga-Vegelin van Claerbergen ( Tresoar (Frysk Histoarysk en Letterkundich Sintrum) )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inventaris
2. Inleiding
2.1. De familie van Eysinga
2.1.3. Jonkheer Frans Julius Johan van Eysinga
323 Familie Van Eysinga-Vegelin van Claerbergen
2. Inleiding
2.1. De familie van Eysinga
2.1.3.
Jonkheer Frans Julius Johan van Eysinga
Datering:
(1752-1828)
Van Schelto's zeven kinderen bereikte alleen de oudste zoon Frans Julius Johan de volwassen leeftijd. Hij trouwde met Clara Tjallinga AEbinga van Humalda (1756-1830), een zuster van de latere gouverneur van Friesland, jhr. Idzert AEbinga van Humalda.
Frans werd door de erfenis van zijn grootvader eveneens grootgrondbezitter. Hij erfde diens goederen in Doniawerstal. Tot zijn bezit behoorde onder andere Osingastate te Langweer, het Eysingahuis aan de Berlikumermarkt en het gelijknamige huis aan de Turfmarkt te Leeuwarden. Het tweede Eysingahuis - waar nu het Fries Museum is gevestigd - heeft hij in twee fasen laten optrekken. Door erfenissen en aankopen groeide zijn vermogen zodanig, dat hij in 1821 tot de tien rijkste Friezen kon worden gerekend. *  In 1814 werden bij Souverein Besluit vier leden van de familie van Eysinga erkend als edele met de titel van jonkheer. Onder hen waren Frans Julius Johan (1752-1828) en zijn zoon Idzert Frans (1794-1870).
Over de Eysinga's gaat het verhaal dat zij de baronnentitel weigerden omdat zij zich Friese jonkers en geen baronnen voelden. Interessant in dit verband is de informatie die de bekende Leeuwarder archivaris en boekhandelaar W. Eekhoff over Frans Julius Johan wist te melden. Hij schreef in 1863 aan kleinzoon jhr. Frans Julius Johan van Eysinga, dat hij ooit had gehoord dat jonkheer Idzert AEbinga van Humalda tegen van Eysinga senior zei: "Word en wees een Friesch edelman". *  Frans van Eysinga was zoals zoveel andere edelen grietman; van 1773-1795 en van 1816-1819 bekleedde hij dit ambt in Doniawerstal. Vóór 1795 was hij tevens afgevaardigde naar de Staten van Friesland en gedeputeerde. Uit die periode dateert een aantal stukken die betrekking hebben op de zogenaamde Tegenregering die zich in 1787 in Franeker had gevestigd. Van Eysinga heeft een aantal daarvan gekopieerd. *  Na de omwenteling van 1795 kreeg hij nog een speciale functie: hij werd beheerder van de onroerende goederen van zijn zwager Idzert AEbinga van Humalda. Deze verbleef toen in ballingschap in Leer in Oost-Friesland. * 
Erfgoedstuk

Kenmerken

Auteur:
Barteld de Vries, 2008
Beschrijving:
Het Familiearchief Van Eysinga-Vegelin van Claerbergen