1.3.8 Marendijk, polder ( Hoogheemraadschap van Rijnland )
1.3.8
Marendijk, polder
Inleiding
3 Bemaling
1.3.8 Marendijk, polder
Inleiding
3
Bemaling
De eerste bemaling van de polder gebeurde door middel van twee paardenmolens. Dit blijkt uit het verzoek uit 1566 van een aantal personen aan het hoogheemraadschap van Rijnland om vergunning te verlenen tot het vervangen van twee paardenmolens door een windmolen. Dit verzoek werd ingewilligd.
Van 1748 tot 1752 heeft deze windmolen ook de Kikkerpolder bemalen, omdat de molen van deze polder afgebrand was en weer opgebouwd moest worden.
Tot 1930 maalde de molen met behulp van windkracht via de Poelwatering uit op de Haarlemmer Trekvaart. Vanwege hoge herstelkosten en de toenemende bebouwing van de polder, waardoor de windvang steeds minder werd, besloot men de molen te elektrificeren. De plannen hiervoor waren al in 1912 ontstaan, maar tussen 1930 en 1932 werd de molen pas daadwerkelijk geëlektrificeerd en werd er ook een hulpbemalingsinstallatie gebouwd. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd de molen echter weer tijdelijk geschikt gemaakt voor windbemaling.
In 1960 liep de molen flinke stormschade op. Met behulp van een geldlening en enkele subsidies werd de molen weer gerestaureerd. In 1965 volgde plaatsing op de monumentenlijst.
In de loop van de tijd werden er bemalingsovereenkomsten gesloten met verschillende partijen: waarschijnlijk in 1867 met de Kikkerpolder, in 1888 met de Leidse IJsclub en in 1930 met het Fonds voor Aanleg, Onderhoud en Beheer van Wandelparken te Leiden tot bemaling van de Leidse Hout.
Van 1748 tot 1752 heeft deze windmolen ook de Kikkerpolder bemalen, omdat de molen van deze polder afgebrand was en weer opgebouwd moest worden.
Tot 1930 maalde de molen met behulp van windkracht via de Poelwatering uit op de Haarlemmer Trekvaart. Vanwege hoge herstelkosten en de toenemende bebouwing van de polder, waardoor de windvang steeds minder werd, besloot men de molen te elektrificeren. De plannen hiervoor waren al in 1912 ontstaan, maar tussen 1930 en 1932 werd de molen pas daadwerkelijk geëlektrificeerd en werd er ook een hulpbemalingsinstallatie gebouwd. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd de molen echter weer tijdelijk geschikt gemaakt voor windbemaling.
In 1960 liep de molen flinke stormschade op. Met behulp van een geldlening en enkele subsidies werd de molen weer gerestaureerd. In 1965 volgde plaatsing op de monumentenlijst.
In de loop van de tijd werden er bemalingsovereenkomsten gesloten met verschillende partijen: waarschijnlijk in 1867 met de Kikkerpolder, in 1888 met de Leidse IJsclub en in 1930 met het Fonds voor Aanleg, Onderhoud en Beheer van Wandelparken te Leiden tot bemaling van de Leidse Hout.
laatste wijziging 07-02-2023
131 beschreven archiefstukken
Inventaris
laatste wijziging 07-02-2023
131 beschreven archiefstukken
Kenmerken
Datering:
1650-1970
Onder de gemeente(n):
Oegstgeest, Leiden
Omvang:
0,70 meter
Inventaris:
G.A. Koese, 2006
Openbaarheid:
Volledig openbaar
Scanning on demand:
Licentie:
CC0 1.0 Publiek Domein Verklaring
Geografische namen:
Categorie:
laatste wijziging 07-02-2023
131 beschreven archiefstukken