Het archief gevormd in de periode 1934-1942 kan als verloren worden beschouwd. Waarschijnlijk is het met opzet vernietigd uit angst voor de bezetter. Briefhoofden van de KJMV van voor de tweede wereldoorlog vermelden de juiste oprichtingsdatum, 27 september 1934. Bij een statutenwijziging in 1953 en 1965 werd in beide gevallen 1932 als jaar van oprichting genoemd. Het vermoeden is derhalve gewettigd, dat het bestuur in 1953 niet meer beschikte over het vooroorlogse archief. Het naoorlogse gedeelte van 1946-1972 is door de Stichting Servicebureau voor Jeugd en Jongeren in 1974 aan het Sociaal Historisch Centrum overgedragen. Het archief is redelijk compleet. De zorg voor het archief schijnt evenwel niet tot de eerste taken van het bureau gerekend te zijn, want wij lezen in een brief gericht aan de eigenaar van het pand waar het bureau tijdelijk was gehuisvest dat een al maanden bestaande lekkage een waterschade veroorzaakt aan de door ons in de kelder opgeslagen archief. Gelukkig was dit sterk overdreven gesteld, maar niettemin zijn er volgens mededelingen van de directeur in 1971 stukken weggegooid, daar zij geheel beschimmeld waren. Het verdient aanbeveling om bij een onderzoek niet alleen het KJM-archief te raadplegen, maar zeker ook de briefwisseling tussen de KJM(V) en de RK Limburgse Middenstand Bond (RKLMB), welke zich in het laatst genoemd archief bevindt van 1934-1942 en van 1948-1970.