De collectie is volledig openbaar, doch niet zonder meer raadpleegbaar.

Vanwege de bijzondere historische waarde van de verzameling, zijn de inventarisnummers 1 t/m 24 niet in te zien. Scans van deze postzegelalbums zijn wel beschikbaar: deze zijn te bekijken door op de betreffende beschrijving te klikken.

Henri Max Cohen, (1903-1962) was de jongste zoon van een welgestelde joodse familie uit Oldenzaal. Vanwege de slechte gezondheid van zijn vader moest hij al op jonge leeftijd het familiebedrijf, een fabriek voor poetskatoen en jute overnemen. In zijn vrije tijd was hij toneelschrijver, regisseur en acteur bij het amateurtoneel en legde een grote postzegelverzameling aan. Op 30 november 1934 trouwde Henri met de niet-joodse Gerritdina (Dientje) ter Mors. Het echtpaar kreeg drie dochters.

Al voor de oorlog was Henri koerier voor de Jewish Refugee Committee in Amsterdam. Samen met Dientje smokkelde hij waardevolle bezittingen voor vluchtelingen de Nederlands/Duitse grens over. Eén van de personen die zij hielpen was Albert Einstein. Tijdens de oorlog organiseerde hij voor familie en vrienden schuilplaatsen, totdat hij op 16 oktober 1943 gearresteerd werd. Onderweg naar zijn berechting in Assen wist hij uit de trein te springen waarna hij tot het eind van de oorlog ondergedoken bleef.

Na de bevrijding zette Henri het familiebedrijf voort en breidde hij zijn collectie postzegels uit met enveloppen met bijzondere stempels, briefkaarten en propagandamateriaal. Zijn vooroorlogse contacten uit de filateliewereld kwamen hem hierbij van pas: uit alle delen van de wereld ontving hij bijzondere poststukken. Zijn bedoeling was de Nederlandse bevolking te tonen wat er gebeurd was met het Joodse deel van de bevolking in Europa en te waarschuwen voor antisemitisme. Uit angst voor opflakkerend antisemitisme tijdens de Koude Oorlog veranderde hij in 1954 zijn achternaam in Corwin. Henri Max Corwin (Cohen) overleed aan een hartaanval in januari 1962.

Tussen 1957 en 1964 zijn delen van Corwin's verzameling tentoongesteld in verschillende steden, waaronder Enschede, Denekamp, Den Bosch, Breda, Deventer en Oldenzaal. In 1960 was de collectie zelfs in Israel te zien bij Yad Vashem en in de kibboets Lohamei HaGeta’ot (Ghetto Fighters House).

Voor vervolgonderzoek raadplege men de volgende archieven en literatuur.

aanvraaginstructie

Archiefstukken uit dit archief kunnen in de studiezaal van het NIOD worden aangevraagd
onder vermelding van: archief 926, inv.no. ...
Het inventarisnummer is vermeld in numeriek oplopende volgorde,
links naast de beschrijving van de stukken