Dit deelbestand omvat stukken met betrekking tot de goederen die in 1615 en 1657 door resp. Jacob van Duvenvoorde, zich later noemende Van Wassenaer, en zijn zoon Jacob van Wassenaer Obdam werden verworven. Deze aankopen betreffen de restanten van de goederen in Holland, die de heren van Wassenaar uit de families Van Wassenaer, oudste tak (in mannelijke lijn uitgestorven in 1523) en De Ligne in leen hielden van de grafelijkheid of als vrij goed bezaten.

De stukken met betrekking tot de aankopen in resp. 1615 en 1657 zijn steeds voorop geplaatst. Daarna volgen de stukken van vóór 1657. Hiertoe behoren de retroacta bij de akte van aankoop, maar ook een groot aantal verzamelde stukken, waarvan de herkomst niet duidelijk is. Tenslotte volgen de stukken van na 1657.

Dit deelbestand omvat ook de uitoefening van het patronaatsrecht van de kerk te Wassenaar. Dit recht maakte deel uit van het complex goederen en rechten dat in 1657 werd verworven.

Ook in hun kwaliteit van ambachtsheer stonden de heren van Wassenaar in relatie met de kerk. In deze laatste functie benoemden zij de kerkmeesters, die het beheer voerden over het kerkelijk vermogen.