In 1957 overleed W.A.A.J. baron Schimmelpenninck van der Oye ten gevolge van een verkeersongeluk. Hij keerde terug van een bestuursvergadering van de stichting Twickel. In 1953 had M.A.M.A. barones van Heeckeren van Wassenaer hem gevraagd zitting te nemen in het bestuur van de door haar in het leven geroepen stichting. De baron had met zijn zuster, huisgenote en erfgename L.H. barones Schimmelpenninck van der Oye op kasteel Duivenvoorde gewoond. De successiebelasting over zijn goederen noopten freule Schimmelpenninck van der Oye tot der verkoop van het landgoed Santhorst.

Na een lange voorbereiding vond op 25 november 1959 de overdracht van het landgoed Santhorst plaats. Koopster was de stichting Twickel, die hiermee haar bezit uitbreidde met ruim 74 hectare in de gemeenten Wassenaar en Voorschoten. Naast de boerderij Santhorst bestond het landgoed uit percelen weiland en tuingronden die als los land werden verpacht, en met verder nog percelen bosgrond en lanen.

Santhorst grenst direct aan de gronden die barones Van Heeckeren van Wassenaer toen nog zelf in bezit had, en die in na haar overlijden in 1975 zouden toekomen aan de stichting Twickel.

Santhorst was in 1818 aangekocht door Nicolaas Steengracht van Oosterland (1754-1840). Zijn kleinzoon Nicolaas Johan Steengracht (1806-1866) trouwde in 1830 met de erfgename van Duivenvoorde, H.J.A. van Neukirchen genaamd Nijvenheim (1807-1842), waardoor Sanhthorst en Duivenvoorde in één hand kwamen.

Bij de goederen die overgingen naar de Stichting Twickel behoorde het historisch archief. Dit werd ondergebracht in de rentmeesterij van Twickel, en gevoegd bij de archieven van het landgoed Twickel en de andere landgoederen van de bezitters van Twickel.