Uw zoekacties: Burgerlijk Armbestuur van Gendringen, 1924-1964

0186 Burgerlijk Armbestuur van Gendringen, 1924-1964 ( Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers )

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de datering, omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere. Als de datering jaartallen tussen haakjes bevat, betekent dat dat er zich stukken in het archief bevinden die buiten de datering van het 'archiefblok' vallen.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
De historie van het Burgerlijk Armbestuur der gemeente Gendringen
0186 Burgerlijk Armbestuur van Gendringen, 1924-1964
Inleiding
De historie van het Burgerlijk Armbestuur der gemeente Gendringen
Burgemeester en wethouders vergaderden op 6 juli 1923 met de besturen van de kerkelijke en bijzondere instellingen van weldadigheid om van gedachten te wisselen over de op handen zijnde oprichting van het Burgerlijk Armbestuur. Vertegenwoordigers van laatstgenoemde besturen vrezen, dat wanneer zij m.i.v. 1 januari 1924 niet meer in aanmerking zullen komen voor gemeentelijke subsidie "zij tot dekking van elke uitgave waarmede de uitgaven worden overschreden z.g. de boer op moeten om geld [...]".
Ondanks deze vrees spreken op het eind van de vergadering alle aanwezigen zich uit voor de oprichting van het Burgerlijk Armbestuur. *  Artikel twee uit de Armenwet van 1912 geeft de wettelijke basis voor de nieuwe stichting. * 
De doelgroep van het Burgerlijk Armbestuur vormen de mensen, die zich het noodzakelijke levensonderhoud niet kunnen verschaffen. *  Het Burgerlijk Armbestuur komt echter pas in beeld, als de verzoeken om ondersteuning gericht aan de bestaande kerkelijke en maatschappelijke instellingen worden afgewezen. * 
Deze procedure geeft duidelijk aan dat de Armenwet van 1912 van het principe uitgaat, dat de verantwoordelijkheid voor de verzorging van behoeftigen primair berust bij kerkelijke of particuliere instanties. *  De ondersteuning van het Burgerlijk Armbestuur komt neer op drie pijlers. Allereerst bestaat ze uit het geven van zogeheten "wekelijksche onderstanden", vervolgens uit de bekostiging van geneeskundige behandeling en middelen. En de ondersteuning wordt besloten "in het bekostigen van doodkisten en graven van overleden armen. *  . "Vertegenwoordigers van alle lokale instellingen van weldadigheid hebben zitting in het bestuur. Het bestuur wordt gecompleteerd door een rentmeester, en als voorzitter fungeert de burgemeester of een wethouder *  . Als eerste rentmeester werd benoemd de heer G.J. Terhorst, notaris te Gendringen. Bestuurstechnisch gezien is de functie van rentmeester te vergelijken met die van een gemeentesecretaris. De rentmeester is verantwoording schuldig aan het bestuur en draagt zorg voor de uitvoering van de lopende werkzaamheden *  .
De inkomsten van het Burgerlijk Armbestuur worden gevormd door subsidies uit de gemeentekas en uit giften en andere vrijwillige bijdragen *  .
In het jaar 1955 wordt de naam "Burgerlijk Armbestuur" gewijzigd in "Burgerlijke Instelling voor Maatschappelijke Zorg". De oude naam heeft een negatieve klank. Bovendien is ze volledig verouderd, omdat de taakstelling in de loop der tijd veel ruimer is geworden. De zorg van het Armbestuur is geëvolueerd naar maatschappelijke zorg *  .
In 1963 wordt de verouderde Armenwet vervangen door de Algemene Bijstandwet, waarbij o.a. bepaald werd, dat de overheid een rechtsplicht heeft tot financiële bijstand. Ook vervalt de voorafgaande verwijzing naar kerkelijke en particuliere instellingen *  . In december 1964 plaatsen bestuursleden voor het laatst hun handtekeningen op de presentielijst *  . De Burgerlijke Instelling voor Maatschappelijke Zorg te Gendringen heft zich per 1 januarui 1965 op *  .
Nota bene:
- Een gedeelte van de administratie van het Burgerlijk Armbestuur was al meegenomen bij de inventarisatie van het gemeentearchief over de periode 1811-1940 (Inv. nrs. 1615-1617)
- Een ander gedeelte van de administratie is terug te vinden in de inventaris van het gemeentearchief (1940-1989), (code -1.842.5), inv. nrs. 1759-1763.

Kenmerken

Datering:
1924-1964
Auteur:
J. Gervers
Toegang:
inventaris
Gemeente:
Oude IJsselstreek
Omvang:
1,75
Citeerinstructie:
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste eenmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
Information obtained from our archives can not be used without crediting the source and our archive must be mentioned at least once in full without abbreviations.
VOLLEDIG/Full:
Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers, Doetinchem. Toegang 0186 Burgerlijk Armbestuur van Gendringen, 1924-1964
VERKORT/Thereafter:
NL-DtcSARA 0186