10 Rechterlijke, Weeskamer en Notariële Archieven Zeeuwse Eilanden (RAZE), 1456-1811 (1852) ( Zeeuws Archief )
10
Rechterlijke, Weeskamer en Notariële Archieven Zeeuwse Eilanden (RAZE), 1456-1811 (1852)
Inleiding
laatste wijziging 25-01-2024
9.605 beschreven archiefstukken
3.773 gedigitaliseerd
totaal 882.851 bestanden
Inventaris
2. Archieven van rechtbanken, weeskamers en notarissen in de steden en heerlijkheden, 1456-1811 (1852)
2.3. Schouwen en Duiveland
Schouwen en Duiveland, eertijds twee afzonderlijke eilanden en door het water van de Gouwe van elkaar gescheiden, zijn door de verlanding van dat water allengs één geheel geworden, zie nader Teg. Staat II, blz. 470. Het grondgebied van de beide eilanden is bovendien nog belangrijk uitgebreid doordat in verloop van tijd zowel Bommenede en Blois als Dreischor, Noordgouwe en Zonnemaire met Schouwen en Bruinisse, Oosterland en Sir-Jansland met Duiveland door aandijking werden verbonden, zie Teg. Staat II, blz. 416 vlg. en 486 vlg. In verband daarmee wordt het oudste gedeelte van het eiland Duiveland aangeduid als 'Vier bannen van Duiveland' naar de vier heerlijkheden Botland, Kapelle, Nieuwerkerk en Ouwerkerk, die oorspronkelijk alleen het eiland Duiveland uitmaakten.-Op Schouwen en Duiveland bevinden zich één grafelijke stad Zierikzee, en een stad, die oorspronkelijk aan afzonderlijke heren behoorde, maar in 1566 weer aan de grafelijkheid kwam, nl. Brouwershaven, voorts de hoge heerlijkheden Bommenede, Bruinisse, Dreischor, Duiveland, Oosterland en Sir-Jansland. Alle overige heerlijkheden behoren ten aanzien van de rechtspraak onder de lage heerlijkheden.
2.3.5. Hoge heerlijkheid Dreischor
10 Rechterlijke, Weeskamer en Notariële Archieven Zeeuwse Eilanden (RAZE), 1456-1811 (1852)
Inventaris
2. Archieven van rechtbanken, weeskamers en notarissen in de steden en heerlijkheden, 1456-1811 (1852)
2.3. Schouwen en Duiveland
2.3.5.
Hoge heerlijkheid Dreischor
Organisatie: Zeeuws Archief
laatste wijziging 21-01-2024
144 gedigitaliseerd
totaal 31.405 bestanden
Deze oorspronkelijk geheel op zichzelf staande heerlijkheid (zie nader hiervóór blz. .., noot 1)is in 1528 bij de dood van Philips van Kleef, heer van Ravenstein, aan de grafelijkheid van Zeeland gekomen, en daaraan gebleven tot het jaar 1705, toen de Staten van Zeeland haar weer in leen hebben uitgegeven, zie nader Teg. Staat II, blz 425 vlg. Ten aanzien van de rechtspraak was bij de uitgifte deze bepaling gemaakt, dat de heerlijkheid, die in vroeger tijd altijd in het bezit was geweest van rechtspraak in criminele en civiele zaken zonder uitzondering, thans alleen de rechtspraak in boetstraffelijke en civiele zaken behield, terwijl de rechtspraak in de overige criminele zaken zou worden uitgeoefend door de vierschaar van de stad Zierikzee, waarbij ook niet, zoals in de criminele rechtspraak over de lage heerlijkheden op Schouwen-Duiveland, de baljuw van de stad, maar de rentmeester-generaal Beoosten-Schelde als hoogbaljuw de funktie van rechteiser zou vervullen (zie ook hiervóór blz. ..). In de praktijk gaf deze bepaling in de eerste jaren aanleiding tot veel onenigheid, zie nader de Staten-notulen van 1705-1725.
Behalve over Dreischor zelf was de vierschaar van Dreischor tot 1705 ook in het bezit van rechtspraak in de criminele, niet-boetstraffelijke zaken over de aangrenzende heerlijkheden Noordgouwe en Zonnemaire, terwijl er tevens tot 1705 van de gerechten van deze heerlijkheden beroep openstond op de vierschaar van Dreischor (zie nader hiervóór blz. ..). Noordgouwe bestond uit twee op de steenrol steeds afzonderlijk gehouden heerlijkheden en feitelijk strekte de rechtspraak van Dreischor zich uit over het gedeelte, op de steenrol bekend staande als Noordgouwe Beoosten Steene, immers alleen dit gedeelte van Noordgouwe had tot 1705 geheel dezelfde lotgevallen als Dreischor, d.w.z. behoorde tot 1529 aan afzonderlijke heren en ging in dat jaar over aan de grafelijkheid van Zeeland. Noordgouwe Bewesten Steene, dat van Schouwen uit bedijkt was, is in 1400 reeds door de grafelijkheid van Zeeland in leen uitgegeven en steeds aan afzonderlijke heren gebleven. Intussen is, ook zeker omdat reeds vroeg de heerlijkheden Noordgouwe Beoosten Steene en Noordgouwe Bewesten Steene (zie nader bij het gerecht van Noordgouwe) een gemeenschappelijk gerecht bezaten, dit onderscheid niet altijd in het oog gehouden, zodat ook zaken van Noordgouwe Bewesten Steene door de vierschaar van Dreischor berecht werden. Terecht is meer dan eens de baljuw van Zierikzee, tot wiens competentie, evenals in alle lage heerlijkheden op Schouwen, hiertegen opgekomen, en ook na 1705 is tussen de baljuw van Zierikzee en de rentmeester-generaal Beoosten Schelde over deze zaak getwist. De zaak is nooit definitief beslist.
Voor zover bekend heeft sedert 1531 in de heerlijkheden Dreischor, Noordgouwe en Zonnemaire slechts één notaris geresideerd, zie nader hierachter in de Bijlage. Van deze notaris zijn geen stukken bewaard gebleven.
laatste wijziging 25-01-2024
9.605 beschreven archiefstukken
3.773 gedigitaliseerd
totaal 882.851 bestanden
Regestenlijst
Regesten van akten daterende vóór 17 april 1577 die zijn uitgegaan van colleges of personen van wie de archieven niet in deze inventaris zijn beschreven. Voor een toelichting op de samenstelling van de regestenlijst zie de inleiding, paragraaf 'Regestenlijst'.
laatste wijziging 25-01-2024
9.605 beschreven archiefstukken
3.773 gedigitaliseerd
totaal 882.851 bestanden
Kenmerken
Datering:
1456-1811 (1852)
Andere namen:
Oud Rechterlijk Archief, Oude Rechterlijke Archieven (ORA), Oud Notarieel Archief, Oude Notariële Archieven (ONA), Weeskamerarchief, Weeskamerarchieven, RAZE, "Lasonder", "Las."
Omvang:
90 meter
Openbaarheid:
Geen beperkingen
Toegankelijk:
Inventaris
Jaar bewerking:
1889-1895, 1900-1904, 1914
Titel publicatie:
L.W.A.M. Lasonder, De archieven van de rechtbanken, weeskamers en notarissen, die over het tegenwoordig grondgebied der provincie Zeeland gefungeerd hebben. [Deel 1]: De Zeeuwsche eilanden 1456-1811 (1852) ('s-Gravenhage 1914)
waarin geïncorporeerd:
- M.H. van Visvliet [inventaris], W.O. Swaving [inleiding], Inventaris der rechterlijke archieven van Middelburg door den vorigen archivaris dier gemeente (Middelburg 1906) [archieven zelf verloren gegaan]
- [W.O. Swaving], Archieven der Middelburgsche notarissen, tot 1811, berustende in het Gemeente-Archief te Middelburg', in: Verslagen omtrent 's Rijks Oude Archieven [VROA] 39 (1916), I ('s-Gravenhage 1917) 24-124 [archieven zelf verloren gegaan].
waarin geïncorporeerd:
- M.H. van Visvliet [inventaris], W.O. Swaving [inleiding], Inventaris der rechterlijke archieven van Middelburg door den vorigen archivaris dier gemeente (Middelburg 1906) [archieven zelf verloren gegaan]
- [W.O. Swaving], Archieven der Middelburgsche notarissen, tot 1811, berustende in het Gemeente-Archief te Middelburg', in: Verslagen omtrent 's Rijks Oude Archieven [VROA] 39 (1916), I ('s-Gravenhage 1917) 24-124 [archieven zelf verloren gegaan].
Opmerking:
In 1940 zijn de volgende inventarisnummers verloren gegaan: 258, 286, 368, 370, 373-377, 450-451, 453-454, 476, 946, 1076-1080, 1187, 1188, 1296, 1305, 1306, 1310-1311, 3106, 3110, 3111, 3146, 3147, 3167, 5539-5541. De archieven van de vierschaar, de weeskamer en de notarissen van de stad Middelburg, die niet in deze inventaris waren beschreven, zijn eveneens geheel verloren gegaan. De verloren gegane nummers zijn in de inventaris als zodanig gemerkt. Enkele onderdelen zijn overgedragen aan gemeentelijke archiefdiensten, dit is bij de betreffende beschrijvingen vermeld.
Beschrijving:
Verzamelinventaris van de archieven van de gerechten, weeskamers en notarissen in het gewest Zeeland (het huidige Zeeland zonder Zeeuws-Vlaanderen [het voormalige Staats-Vlaanderen])
Inzage:
Online
Collectie:
Rijksarchief in Zeeland
Thema trefwoorden:
Categorie:
laatste wijziging 25-01-2024
9.605 beschreven archiefstukken
3.773 gedigitaliseerd
totaal 882.851 bestanden