391 Vereniging voor Handelsonderwijs, Middelburg, 1909-1980 ( Zeeuws Archief )
391
Vereniging voor Handelsonderwijs, Middelburg, 1909-1980
Inleiding
1. Geschiedenis van de vereniging en haar scholen
391 Vereniging voor Handelsonderwijs, Middelburg, 1909-1980
Inleiding
1.
Geschiedenis van de vereniging en haar scholen
Op 17 maart 1909 kwamen een twintigtal genodigden, onder de naam 'Commissie voor een handelsavondschool', bijeen in de sociëteit Sint Joris om van gedachten te wisselen over de oprichting van een handelsavondschool in Middelburg. I.H. Blum, lid van Gedeputeerde Staten en oud-districtsschoolopziener vervulde de rol van voorzitter. Onder hen bevonden zich ook twee bestuursleden van de afdeling Middelburg/Vlissingen van de 'Nederlandsche Vereeniging van Christelijke Kantoor- en Handelsbedienden'. De cursusleider van bovengenoemde vereniging en initiatiefnemer van de bijeenkomst, W. Kosten, ontvouwde zijn denkbeelden over een handelsavondschool. De vergadering ging accoord met de plannen tot oprichting van een Vereniging voor Handelsonderwijs te Middelburg. Er werd een voorlopig comité benoemd met als opdracht conceptstatuten te maken. Hierin hadden zitting: I.H. Blum, M.G. Boasson, P. Dieleman, E.W. Hendrikse en J.P. Kögeler. Daarnaast namen plaats A. Mes en C. Boudewijnse, als vertegenwoordigers van respectievelijk de 'Vereeniging voor den handeldrijvenden en industriëelen middenstand', genaamd 'Handelsbelang', en van het departement Middelburg der 'Maatschappij van Nijverheid'.
De aanleiding tot de oprichting van de Vereniging voor Handelsonderwijs vormde de aanstaande reorganisatie van de Burgeravondschool in 1908. Er werden in Middelburg reeds incidenteel aparte cursussen gegeven door 'Handelsbelang' en door de afdeling Middelburg/Vlissingen van de 'Nederlandsche Vereeniging van Christelijke Kantoor- en Handelsbedienden'. Het probleem was echter steeds de financiering. Met de aanstaande reorganisatie van de Burgeravondschool zouden handelsvakken aan het leerplan worden toegevoegd. Maar Burgemeester en Wethouders van Middelburg stonden afwijzend tegenover dit idee. Zij zagen wel iets in een particulier initiatief, eventueel met steun van de gemeente, waardoor toch een structurele oplossing voor het probleem mogelijk werd. Een idee dat door de afdeling Middelburg/Vlissingen direct werd uitgewerkt. De voornaamste reden te komen tot het geven van handelsonderwijs was gelegen in het feit dat in de ogen van de betrokkenen de praktijk en de theorie te ver uiteenlagen. 'De oprichting der Vereeniging kwam voort uit den drang der omstandigheden' schreef de secretaris later in zijn eerste jaarverslag. Hij formuleerde het knelpunt als volgt: 'De vroeger tot koninginne gekroonde 'praktijk' had nu en dan zelf op ondubbelzinnige wijze bewezen, dat ze, alléén in gezelschap van hare zuster 'theorie', groote daden vermag'. *
De behoefte aan goed handelsonderwijs was groot. En in het buitenland was men al een heel eind op weg. In deze jaren groeide het aantal handelsscholen ook in Nederland sterk. Waren er in het schooljaar 1910/11 nog 83 handelsavondscholen, zowel gemeentelijke als particuliere, tien jaar later was dit gestegen tot 132. * Nadat de plannen tot oprichting van een handelsavondschool in Middelburg vorm hadden gekregen, vond op 27 maart 1909 de oprichtingsvergadering van de Vereniging voor Handelsonderwijs plaats. Het voorlopig comité werd tot bestuur gekozen. Kosten bleek bereid de functie van directeur van de nieuwe handelsavondschool op zich te nemen. De koninklijke goedkeuring van de statuten volgde op 24 mei 1909. De vereniging had zich ten doel gesteld het handelsonderwijs in Middelburg en omstreken te bevorderen. De cursus was vooral bedoeld voor hen die overdag op een kantoor of in een winkel werkzaam waren. Dat de totstandkoming niet zonder moeilijkheden verliep blijkt uit een opmerking in het jaarverslag van Burgemeester en Wethouders van Middelburg aan de Raad over 1910. Na de mededeling dat hoewel de nieuwe school voorzag in een grote behoefte en niet alle aanmeldingen geplaatst konden worden, volgt niettemin de constatering: 'Over de medewerking valt niet te roemen. De inrichting deelt nog niet zoo den geest van het Middelburgsche publiek als wel gewenscht mocht worden'. *
Het bestuur had vooral in de eerste jaren zijn handen vol aan de financiering van de plannen. De vereniging bestond uit leden en donateurs en werd geleid door een door de leden gekozen bestuur. De belangrijkste financiële bijdragen waren echter niet van de leden en donateurs afkomstig, maar bestonden uit provinciale- en rijkssubsidies. Voorts ontving men financiële steun van gemeenten en van de Kamer van Koophandel te Middelburg. De inkomsten uit het schoolgeld vormden maar een klein onderdeel van de begroting. Een aantal malen heeft men getracht aanvullende inkomsten te verkrijgen uit leningen. Voorts zijn pogingen gedaan via informele kanalen extra subsidie te verwerven. Een volgend probleem waarvoor het bestuur zich gesteld zag was het vinden van een geschikte ruimte voor de lessen. Het stedelijk gymnasium beschikte niet over voldoende grote lokalen en de Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen weigerde lokalen van de Rijks H.B.S. ter beschikking te stellen. Zij werden voorlopig gevonden in het gebouw van de sociëteit Sint Joris. Later dat jaar kreeg men alsnog toestemming gebruik te maken van lokalen van de Rijks H.B.S.
In 1915 werd voor 12.100 gulden een groot herenhuis gekocht aan de Dam Noordzijde 11, nu nr. 61. 'Het soliede gebouw bezit de goede eigenschap dat het met zeer weinig kosten van verbouwing voor schoolgebouw is in te richten. De kamers zijn ruim en licht. Daarbij is het gebouw op een zeer goeden stand gelegen.', aldus secretaris J.W. Kögeler in het jaarverslag over 1915. * Het was voorzitter Dieleman die de aankoop had gedaan. Het enigzins verbijsterde bestuur, dat niet op de hoogte was van de actie van de voorzitter, besloot niettemin het gebouw over te nemen. Na een verbouwing kon op 9 september 1916 de ingebruikneming volgen. Een obligatielening van 15.000 gulden, tegen 5%, moest voor de financiering zorgen. Voor de lessen gymnastiek bleef men gebruik maken van lokalen elders in Middelburg. Het vinden van docenten leverde minder problemen op. Bij de aanvang der lessen waren er zes leraren. Ook directeur Kosten gaf les.
laatste wijziging 15-07-2023
340 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 2 bestanden
Inventaris
laatste wijziging 15-07-2023
340 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 2 bestanden
Kenmerken
Datering:
1909-1980
Andere namen:
Handelsavondschool, Handelsdagschool
Omvang:
4 meter
Openbaarheid:
Gedeeltelijk beperkt (50 jaar)
Toegankelijk:
Inventaris
Jaar bewerking:
1990
Titel publicatie:
F. van der Doe, Archief van de Vereniging voor Handelsonderwijs te Middelburg 1909-1976 (1980). Inventarisreeks Rijksarchief in Zeeland 8 (Middelburg 1990)
Inzage:
Studiezaal, in origineel
Raadpleegvestiging:
Middelburg, Hofplein
Collectie:
Rijksarchief in Zeeland
Categorie:
laatste wijziging 15-07-2023
340 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 2 bestanden