Uw zoekacties: Inspecties der Domeinen te Amsterdam, Haarlem en Alkmaar

370 Inspecties der Domeinen te Amsterdam, Haarlem en Alkmaar ( Noord-Hollands Archief )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
1. Geschiedenis van de archiefvormende organen
2. Geschiedenis van de archieven
3. Verantwoording van de bewerking (betreft inv.nrs. 1 t/m 233)
370 Inspecties der Domeinen te Amsterdam, Haarlem en Alkmaar
Inleiding
3.
Verantwoording van de bewerking (betreft inv.nrs. 1 t/m 233)
Organisatie: Noord-Hollands Archief
In deze band zijn drie archieven van Inspecties der Domeinen opgenomen ressorterend onder de Directie der Domeinen, van het Ministerie van Financiën te 's-Gravenhage:
1. Inspectie Amsterdam
2. Inspectie Haarlem
3. Inspectie Alkmaar
De archieven van de drie inspecties zijn gebundeld omdat de archieven in één Rijksarchief komen te berusten. De drie inspecties die organisatorisch op gelijke hoogte stonden, zijn in 1969 overgegaan naar de Inspectie der Domeinen Noord-Holland waarvan de zetel in Haarlem is gevestigd.
De bewerkte archieven beslaan de periode 1930-1969. De archieven werden gevormd onder verantwoordelijkheid van de Inspecteurs der Domeinen en door haar registratuur verzorgd. De begindatum is gebaseerd op een verandering van de organisatie, het jaar waarin de inspectie gevormd werd uit kantoren van de Directies der Registratie en Domeinen. Dit vond plaats in de periode 1930-1946. Als einddatum is het jaar genomen waarin de 17 inspecties door reorganisatie tot 6 inspecties werden gereduceerd. Bij de bewerking van de archieven is voor alle 17 inspecties hetzelfde archiefschema aangehouden. De leggers zijn als volgt gerangschikt:
leggers van het domein van Defensie;
leggers der wegen;
leggers der vaarten, veren en havens;
leggers der corporele goederen;
leggers der incorporele goederen;
leggers der vicariën, beneficiën en praebenden;
leggers der onbeheerde nalatenschappen;
leggers der lasten.
Er kunnen drie 'generaties' leggers aangetroffen worden. Leggers die in 1863 werden aangelegd, leggers uit de periode 1864-1935 en leggers uit de periode na 1935. In 1935 werd opdracht gegeven tot het aanleggen van geheel nieuwe leggers en de overboeking van de leggerartikelen uit de oude leggers.
De inspecties der Domeinen deelden hun correspondentie betreffende de taakuitvoering en de bijbehorende akten in acht afdelingen in. Niet bij alle inspecties zijn tekeningen aangetroffen. De achtste afdeling genaamd 'Alle andere akten en bescheiden' werd weer onderverdeeld in onderwerpen.
De serie correspondentie en akten werd opgeborgen in een aantal categorieën, die overeenkwamen met de voorgeschreven indeling van de achtste afdeling. Binnen deze serie kregen correspondentie en akten een letter voor het onderwerp en een nummer, bepaald door de datum van binnenkomst. In de inventaris is bij de rangschikkingen van de beschrijvingen de alfabetische volgorde van de onderwerpsletters aangehouden, conform de oude ordening. De toegangen, zoals domeininventarissen, agenda's, indices en leggers zijn als toegang op de stukken te gebruiken. Leggers van de voormalige ontvangstkantoren zijn alleen dan in de inventaris opgenomen, indien de registratie van objecten werd voortgezet in de legger van het opgeheven ontvangstkantoor. De stukken voor de cesuur werden teruggestuurd naar het Rijksarchief in de provincie. De stukken na de cesuur werden gestuurd naar het Ministerie van Financiën. De archieven van de Inspecties Amsterdam, Haarlem en Alkmaar zijn overgedragen aan het toenmalige Rijksarchief in Noord-Holland te Haarlem.
3.1. Inspectie Amsterdam
3.2. Inspectie Haarlem
3.3. Inspectie Alkmaar
4. Verantwoording van de bewerking (betreft inv.nrs. 234 t/m 625)
5. Aanwijzingen voor de gebruiker
6. Geraadpleegde bronnen en literatuur
7. Bijlage 1. Overzicht van inspecteurs bij de Dienst der Domeinen in de provincie Noord-Holland
8. Bijlage 2. Gemeenten ressorterend onder de inspecties Amsterdam, Haarlem en Alkmaar
Erfgoedstuk

Kenmerken

Datering:
1930-1969
Omvang in meters:
20,05
Periode documenten:
(1863) 1930-1969 (1985)
Openbaarheid:
openbaar
Raadpleegmogelijkheid:
Haarlem, Jansstraat, raadpleging mogelijk na transport
Gebruiksinformatie:
Inventaris inv.nrs. 1-273, 321-328, 497-532, 535-536, 559-590, 592, 594-603, 616-644. Inv.nrs. 274-320, 329-496, 533-534, 537-558, 591, 593, 604-615 zijn niet aanwezig wegens opschorting van de overbrenging tot 2020. Overzicht van inspecteurs bij de Dienst der Domeinen te Amsterdam, 1930-1969, Haarlem, 1935-1969, en Alkmaar, 1942-1969, en overzicht van gemeenten ressorterend onder de Inspecties der Domeinen te Amsterdam, Haarlem en Alkmaar in de inventaris.