Bij de rechtbank is een griffier (meester in de rechten). In Amsterdam is dat de arrondissementsgriffier, die tevens griffier is van de kantongerechten te Amsterdam en Hilversum en van de Raad van Beroep te Amsterdam. Hij is belast met het beheer van de griffie, het comptabel (financieel) beheer inbegrepen, de heffing van de griffierechten en het ontvangen van geldboeten. Hij houdt de "rollen" (zittingslijsten) bij en de audiëntiebladen. Hij voert "de pen" ter zitting en moet de rechter bijstaan in de gevallen waarin de wet dit voorschrijft. Hij geeft afschriften van gerechtelijke stukken af en betaalt de getuigengelden uit, hij bewaart de stukken van overtuiging en maakt de akten van hoger beroep en afstand van hoger beroep. De griffier van de rechtbank is tevens secretaris van de Kamer van Toezicht op de notarissen en kandidaat-notarissen, van welke kamer de president van de rechtbank voorzitter is.

Het is duidelijk, dat de griffier al deze werkzaamheden niet alleen doet. De administratie van het gerecht wordt gevoerd op de griffie. Voor zijn juridische bezigheden, waaronder het werk ter rechtzitting, zijn er substituut-griffiers en gerechtssecretarissen. De griffie van de rechtbank is onderverdeeld in secties. De sectieindeling op de griffies van de rechtbanken kan verschillend zijn. Voor de griffie in Amsterdam heeft men de secties civiel en extra-judicieel (toenmaals één), kinderzaken, strafzaken en documentatie (deze laatste sectie valt wat het archief betreft buiten beschouwing, het archief van deze sectie moet men zien als ministerieel archief) en had men de sectie algemene zaken, waaronder de boekhouding viel. De sectie extra-judicieel verdient nadere uitleg. Deze sectie voert de administratie van de werkzaamheden, die door de wet opgedragen worden aan de rechter, welke niet een geschil betreffen, doch van zó gewichtige aard zijn en wel met het recht te maken hebben, dat ze ook aan de onafhankelijke rechter werden toevertrouwd. Deze werkzaamheden noemt men extra-judiciële of buitengerechtelijke werkzaamheden of ook wel: oneigenlijke rechtspraak. De meeste van deze zaken zijn rekestzaken, waarin de rechter beschikt in de raadkamer. De beschikkingen staan onder het rekest of op een apart vel. Alle faillissements- en surséancezaken vallen ook onder extra-judicieel. Voorts dient extra-judicieel als de sectie, waar alle niet-gerechtelijke stukken gedeponeerd worden, zoals de dubbele registers en bijlagen van de burgerlijke stand van gemeenten, die onder het arrondissement vallen, repertoires van notarissen en algemene voorwaarden van particulieren.

Tot en met 1921 werden ter griffie de akten van inschrijving van vennootschappen opgemaakt. Daarna werd deze taak overgenomen door de nieuw ingestelde Kamer van Koophandel en Fabrieken. De echtscheidingsrekesten waren rekesten die niet onder "extra-judicieel" vielen, maar onder "civiel". Deze rekesten dienden om verlof te verzoeken te mogen procederen in echtscheidingszaken en zaken van scheiding van tafel en bed en waren gericht aan de president van de rechtbank. Deze verlofprocedure is in 1971 afgeschaft. Bij de sectie kinderzaken worden alleen de dossiers betreffende ondertoezichtstellingen (strafrechtelijke en civielrechtelijk) bewaard. Dossiers of stukken van andere zaken die de kinderrechter behandelt worden bewaard bij andere secties. Vonnissen en dossiers van strafzaken tegen strafrechtelijke minderjarigen (onder de 18 jaar) vallen onder de sectie strafzaken. Stukken betreffende voogdijvoorzieningen na echtscheiding en scheiding van tafel en bed vallen onder de sectie civiel en stukken van zaken betreffende familierecht voor zover minderjarigen daarin betrokken zijn (zoals wijziging voogdij, adoptie) vallen onder de sectie extra-judicieel.

Alle strafvonnissen worden op volgorde van het rolnummer ingebonden. Op het rolnummer worden ook de strafdossiers gearchiveerd. Dit rolnummer is te vinden in de vonnissenklappers van strafzaken. Alle civiele vonnissen worden per kamer ingebonden op datum van het eindvonnis, voorafgegaan door het audiëntieblad van die datum. Achter elke zaak op het audiëntieblad, waarin eindvonnis is uitgesproken staat een nummer, welk nummer ook is aangebracht op de vonnissen achter het audiëntieblad. Heeft dit nummer een rode kleur dan heeft dit betrekking op een meervoudige kamerzaak, heeft het een blauwe kleur dan heeft dit betrekking op een enkelvoudige kamerzaak. Vóór 1955, toen er nog geen civiele roldossiers bestonden, werden alle processtukken (zoals conclusies) bij de desbetreffende vonnissen ingebonden. In de vonnissenklappers van civiele zaken zijn de einddatum van het vonnis te vinden en de kamer, die de uitspraak deed. In de diverse rolboeken van straf- en civiele zaken werden de zaken op zittingsdatum geregistreerd. In de rekestenklappers zijn de rekestnummers te vinden. Op deze nummers zijn de rekesten gearchiveerd.