1940 Gemeentebestuur van Aalsmeer (Gemeente Aalsmeer) ( Noord-Hollands Archief )
1940
Gemeentebestuur van Aalsmeer (Gemeente Aalsmeer)
Inleiding
4. Geschiedenis
1940 Gemeentebestuur van Aalsmeer (Gemeente Aalsmeer)
Inleiding
4.
Geschiedenis
Dat Aalsmeer een waterrijk gebied is, is vooral te verklaren uit de vervening van grote delen van het grondgebied in vorige eeuwen. Tot in de jaren twintig is er in de Schoutense polder in de omgeving van het huidige Weteringplantsoen verveend. In de Westeinderplas is en wordt nog veen opgebaggerd. De Westeinderplas, ook vergroot door landafslag aan de zijde van de Haarlemmermeer, had de laatste polder van Aalsmeer moeten worden. Er werd door particulieren zelfs al een verkavelingsplan opgesteld. Ondanks watersnoden in 1916 en later in 1925 gingen de droogmakingsplannen niet door. Tijdens de Eerste Wereldoorlog dreigde inundatie van stukken Aalsmeers gebied in het kader van de verdediging van de Stelling Amsterdam. In 1920 werd voor de waterbeheersing in de Stommeerpolder een molen uit de Vriesekoopse polder herbouwd.
De vele vaste en beweegbare bruggen vormden vaak een belemmering voor de schuiten die groenten, bloemen en planten vervoerden naar de Aalsmeerse veilingen die in 1912 tot stand kwamen. Verondieping van waterwegen werd tegengegaan door regelmatig een schouw te houden in samenwerking met de polderbesturen.
Aalsmeer werd over de Ringvaart van de Haarlemmermeerpolder, het "Kanaal", regelmatig aangedaan door boten van goederen- en passagiersdiensten op Amsterdam, Haarlem, Leiden, Zaandam, 's-Gravenhage en Rotterdam. Over een aanlegplaats in het water langs de Kanaalstraat ontstond vanwege overlast in de jaren twintig de nodige commotie. Omstreeks dezelfde tijd bestonden er drie grotere overzetveren over de Ringvaart.
Schoon oppervlaktewater was indertijd niet altijd aanwezig: een drukkerij aan de Stationsweg vervuilde meermalen een wegsloot. Een raadslid liet met vergunning talloze percelen water en rietland ophogen met Amsterdams huisafval. Op verzoek van omwonenden werden elders sloten uitgebaggerd, mede om er spoel- en drinkwater uit te halen. Drinkwater haalde men meestal uit regentonnen. Ter verbetering van de watervoorziening en de volksgezondheid werd Aalsmeer in de jaren twintig geleidelijk aangesloten op het waterleidingnet van het Provinciale Waterleidingbedrijf van Noord-Holland. Voor wateropslag werd in 1928 de watertoren aan de Kudelstaartseweg in gebruik gesteld. In hetzelfde jaar werd begonnen met de aanleg van een gasleidingnet. De intergemeentelijke Gezondheidscommissie zetelde van 1901 tot 1933 in Aalsmeer. De bijdrage in de kosten van verpleging van Aalsmeerse krankzinnigen elders liep soms hoog op.
Enkele belangrijke gebouwen ontstaan in de periode 1911-1929 zijn het veilinggebouw van de Coöperatieve Veilingvereniging Bloemenlust aan de Oosteinderweg, het veilinggebouw van de Coöperatieve Vereniging Centrale Aalsmeerse Veiling aan de Marktstraat en het spoorwegstation van de Hollandse IJzeren Spoorweg Maatschappij aan de Stationsweg, allen uit 1912. Andere bekende gebouwen uit de periode 1911-1929 zijn het Carmelietenklooster aan de Stommeerweg en de U.L.O.-school aan de Schoolstraat. Een nieuwe school werd aan de Kerkweg gebouwd omdat de oude vanwege een wandluizenplaag ontruimd moest worden. In 1917 woedde aan de Uiterweg een grote brand die enkele rietgedekte boerderijen verwoestte. Vele kassen werden voor de bloemen- en plantenkwekerijen gebouwd. Het toenemende verkeer leidde, behalve tot een 'benzine-oorlog' in 1926/1927, in de Zijdstraat en omgeving tot sneller en beter vervoer. Passagiers- en vrachtverkeer maakten verbetering van bestaande en aanleg van nieuwe wegen nodig. De Van Cleeffkade en een gedeelte van de Provinciale weg Haarlem-Hilversum waren de belangrijkste nieuwe wegen. In het uitbreidingsplan bij de dorpskern en in het uitbreidingsplan in de Stommeerpolder werd vanwege de woningbouw een aantal straten aangelegd.
Bij de opening van de spoorwegverbinding met Haarlem, Amsterdam, Nieuwersluis en Alphen a.d. Rijn in 1912 gebruikte men een toen nog open (speel)terrein in de voormalige Schoutense polder bij het dorp voor festiviteiten. Een vergunningaanvrage om kermis te houden werd echter jarenlang geweigerd door het gemeentebestuur. Wel was het 25-jarig regeringsjubileum van koningin Wilhelmina in 1923 aanleiding tot feestelijkheden.
laatste wijziging 07-01-2022
359 beschreven archiefstukken
Inventaris
laatste wijziging 07-01-2022
359 beschreven archiefstukken
Kenmerken
Datering:
1911-1929
Omvang in meters:
5,50
Periode documenten:
(1865) 1911-1929 (1970)
Openbaarheid:
openbaar
Raadpleegmogelijkheid:
Haarlem, Jansstraat, raadpleging mogelijk binnen 30 minuten
Gebruiksinformatie:
Inventaris inv.nrs. 1-325, I-XV. Inv.nr. 61 is een loos nummer. Zie ook Series uit het Secretariearchief van Aalsmeer, 1906-1985, toegangsnummer 1968, inv.nrs. 86-89 (notulen van besloten raadsvergaderingen, 1914-1929, presentielijsten van raadsvergaderingen, 1918-1929). Uit het archief zijn in het verleden stukken gelicht t.b.v. de volgende archiefdelen: notulen van raadsvergaderingen, 1913-1939, 1941, 1945-1985, agenda's van vergaderingen van het College van Burgemeester en Wethouders, 1917-1985, begrotingen, 1911-1985, rekeningen, 1906, 1908-1985, kadastrale leggers, 1828-1936. M.u.v. de kadastrale leggers zijn de archiefdelen opgenomen in de inventaris van Series uit het Secretariearchief van Aalsmeer, 1906-1985, toegangsnummer 1968, inv.nrs. 1-41, 86-154, 310- 567.
Gemeente:
Aalsmeer
Categorie:
laatste wijziging 07-01-2022
359 beschreven archiefstukken