70 Commissie beheersconflicten in Breda, 1948 - 1951 ( Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC) )
70
Commissie beheersconflicten in Breda, 1948 - 1951
Inleiding
Historisch overzicht
Grondheffing aan vermogensbeheren
70 Commissie beheersconflicten in Breda, 1948 - 1951
Inleiding
Historisch overzicht
Grondheffing aan vermogensbeheren
Op grond van artikel 9, E 100 en artikel 35, sub 2 van E 133 konden aan alle vermogens, waarvoor het NBI op enigerlei wijze voorzieningen had getroffen, een zogenaamde grondheffing worden opgelegd.
Uit deze grondheffingen werden de kosten van het NBI, alsmede de basislonen van de beheerders bestreden. De grondheffing werd vastgesteld op 2 procent per jaar van het beheerde vermogen en kwam ten laste van datzelfde vermogen. Indien echter behalve een bedrag in geld slechts sieraden en meubilair in beslag waren genomen, bedroeg de grondheffing 1 procent van het in bewaring genomen geldbedrag, met een minimum aan heffing van tien gulden.
De basislonen voor de beheerders van privé-vermogens (betaald dus uit voornoemde grondheffingen) bedroegen 1 / 4 procent van het actief, met een maximum van 1.000 gulden per jaar (per vermogen).
Ten aanzien van beheren over bedrijfsvermogens was de basisbeloning afhankelijk van de omvang van dat vermogen. Deze beloningen varieerden van 2 procent van de vermogens van minder dan 10.000 gulden tot 0,4 procent van de vermogens van 500.000 gulden of meer.
Wanneer de functie van beheerder zich niet alleen beperkte tot bewaarder van het vermogen maar deze tevens het karakter droeg van bedrijfsleider of filiaalhouder (dus vrijwel een volledige dagtaak), kon aan dit basisloon een extra loon worden toegevoegd, dit echter tot een totaal maximum van beide lonen van 15.000 gulden per jaar.
Indien bleek dat de onderbeheerstelling ten onrechte was geschied, werd de grondheffing onmiddellijk gestaakt. De beloning van de beheerder werd in dit geval door het NBI betaald, met uitzondering van de in deze beloning begrepen kosten, welke ook ten laste van het betrokken vermogen zouden zijn ontstaan indien geen onderbeheerstelling had plaatsgevonden. Deze kosten kwamen uiteraard voor rekening van het beheerde vermogen zelf. Restitutie van reeds opgelegde of betaalde heffingen vond niet plaats.
laatste wijziging 30-04-2022
10 beschreven archiefstukken
10 gedigitaliseerd
totaal 2.740 bestanden
Inventaris
laatste wijziging 30-04-2022
10 beschreven archiefstukken
10 gedigitaliseerd
totaal 2.740 bestanden
Kenmerken
laatste wijziging 30-04-2022
10 beschreven archiefstukken
10 gedigitaliseerd
totaal 2.740 bestanden