1820 Collectie Hanewinckel, (ca. 1435) 1772-1882 ( Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC) )
1820
Collectie Hanewinckel, (ca. 1435) 1772-1882
Inleiding
Genealogische gegevens aangehuwde familie Von Schmidt auf Altenstadt
1820 Collectie Hanewinckel, (ca. 1435) 1772-1882
Inleiding
Genealogische gegevens aangehuwde familie Von Schmidt auf Altenstadt
De familie von Schmidt, voorheen Fabricius genaamd, was reeds vóór 1577 door keizer Rudolph de II in den Duitschen adelstand opgenomen; en bij eene acte, op den 23 Februarij 1817 te Weenen verleden, werd zij geregtigd verklaard tot het blijven voeren van den naam auf Altenstadt, naar haar voormalig stamgoed in de Paltz. In de eerste helft der achtiende eeuw, leefde uit dit geslacht Johan Georg von Schmidt auf Altenstadt, erfleen- en gerichtsheer te Dalwit en Drobetigen, benevens hof- en justitieraad aldaar. Hij huwde Margaretha Sichard von Sichartshof. Uit dezen echt werd den 27 April 1756 te Dresden geboren Johan Heinrich Adolph, die in 1769 als kadet bij de Saksische artillerie in dienst trad, als zoodanig in 1772 tot de Nederlandsche artillerie overging, en in de jaren 1774, 1780 en 1787 bevorderd werd tot onder luitenant, eerste luitenant en kapitein. In het jaar 1795 zijne demissie genomen hebbende, werd hij in 1800 aangesteld tot kapitein eener kompagnie artillerie der Hollandsche troepen in Engelsche dienst, en daarbij in 1802 tot majoor bevorderd. Intusschen huwde hij met Johanna Judith Gualteri, uit welk huwelijk, van meerdere kinderen nog bekend is Johan Heinrich Adolph, ontvanger te St. Oedenrode, als gepensioneerde wonende te Gorinchem, en vervolgens huwde hij met Jenny Balneavis, dochter van den kolonel Henry Balneavis en van Carolina Stuart, afstammeling van het Schotsche geslacht der Stuart's.
Jhr. Johan George Otto Stuart von Schmidt auf Altenstadt (Sint-Oedenrode, 5 januari 1806 - 's-Gravenhage, 7 augustus 1857) was een Nederlands koloniaal bewindsman.
Von Schmidt werd in 1820 aangesteld tot kadet bij de militaire school te Semarang en in 1823 bevorderd tot 2e luitenant, in welke rang hij deelnam aan de onderdrukking van de opstand van Diponegoro. In 1829 werd hij 1e luitenant, in 1832 adjudant van gouverneur-generaal Johannes van den Bosch, in 1833 waarnemend assistent-resident te Kebumen in Bagelen, in 1837 definitief, in 1842 resident van Bagelen.
In 1850 met ziekteverlof in Nederland gekomen, werd hij in februari 1852 benoemd tot gouverneur van Suriname, waar hij op 22 juni het bestuur aanvaardde. Onder zijn bestuur werd de kustvaart aangemoedigd door vermindering van baak-, los- en steigergeld, de openbare verkoop te Paramaribo van plantageproducten gemakkelijker gemaakt door het afschaffen van lastige formaliteiten, de briefwisseling nader geregeld en het port verlaagd, het slavenreglement gewijzigd, het vervoeren van slavenmachten van gesloopte plantages naar elders, zonder vergunning van de gouverneur, met straf bedreigd, het geven van premies voor de invoer van slaven van de West-Indische eilanden ingetrokken.
Onder zijn bestuur kwamen de eerste immigranten uit Madeira en Chinezen uit Java aan en vond ook de mislukte kolonisatie van Württembergers op Albina aan de Marowijne plaats. Na een bestuur van slechts drie jaar verkreeg hij, op zijn verzoek, eervol ontslag uit zijn betrekking en droeg hij op 25 augustus 1855 het bestuur aan zijn opvolger over.
bron: Wikipedia
Von Schmidt werd in 1820 aangesteld tot kadet bij de militaire school te Semarang en in 1823 bevorderd tot 2e luitenant, in welke rang hij deelnam aan de onderdrukking van de opstand van Diponegoro. In 1829 werd hij 1e luitenant, in 1832 adjudant van gouverneur-generaal Johannes van den Bosch, in 1833 waarnemend assistent-resident te Kebumen in Bagelen, in 1837 definitief, in 1842 resident van Bagelen.
In 1850 met ziekteverlof in Nederland gekomen, werd hij in februari 1852 benoemd tot gouverneur van Suriname, waar hij op 22 juni het bestuur aanvaardde. Onder zijn bestuur werd de kustvaart aangemoedigd door vermindering van baak-, los- en steigergeld, de openbare verkoop te Paramaribo van plantageproducten gemakkelijker gemaakt door het afschaffen van lastige formaliteiten, de briefwisseling nader geregeld en het port verlaagd, het slavenreglement gewijzigd, het vervoeren van slavenmachten van gesloopte plantages naar elders, zonder vergunning van de gouverneur, met straf bedreigd, het geven van premies voor de invoer van slaven van de West-Indische eilanden ingetrokken.
Onder zijn bestuur kwamen de eerste immigranten uit Madeira en Chinezen uit Java aan en vond ook de mislukte kolonisatie van Württembergers op Albina aan de Marowijne plaats. Na een bestuur van slechts drie jaar verkreeg hij, op zijn verzoek, eervol ontslag uit zijn betrekking en droeg hij op 25 augustus 1855 het bestuur aan zijn opvolger over.
bron: Wikipedia
laatste wijziging 11-10-2020
80 beschreven archiefstukken
13 gedigitaliseerd
totaal 104 bestanden
Collectie Hanewinckel
laatste wijziging 11-10-2020
80 beschreven archiefstukken
13 gedigitaliseerd
totaal 104 bestanden
Kenmerken
Datering:
(ca. 1435) 1772-1882
Vindplaats origineel:
BHIC 's-Hertogenbosch
Categorie:
laatste wijziging 11-10-2020
80 beschreven archiefstukken
13 gedigitaliseerd
totaal 104 bestanden