11 Kwartiersvergadering Maasland, 1592-1823 ( Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC) )
11
Kwartiersvergadering Maasland, 1592-1823
Inleiding
Aanwijzingen voor de gebruiker
Verwijzing naar archiefstukken uit dit archief geschiedt door
(volledig): Brabants Historisch Informatie Centrum, toegangsnummer 11 Kwartiersvergadering Maasland, 1592 - 1823, inv.nr. ...
(verkort): BHIC, 11 Kwartiersvergadering Maasland, inv.nr. ...
(volledig): Brabants Historisch Informatie Centrum, toegangsnummer 11 Kwartiersvergadering Maasland, 1592 - 1823, inv.nr. ...
(verkort): BHIC, 11 Kwartiersvergadering Maasland, inv.nr. ...
Inventarisnrs 28 - 123
11 Kwartiersvergadering Maasland, 1592-1823
Inleiding
Aanwijzingen voor de gebruiker
Inventarisnrs 28 - 123
De specifieke staat van alle ordinaris en extra-ordinaris lasten over het voorgaande jaar werd jaarlijks door regenten kwartier geformeerd. Na daarop verkregen autorisatie van gedeputeerden uit Raad van State, die jaarlijks in zomer aanwezig waren bij verpachting tienden, werden totale kosten over plaatsen kwartier omgeslagen en kon rentmeester betalingen verrichten en tauxen innen. Hiervan werd aanvankelijk geen afzonderlijke rekening gemaakt. Blijkens resoluties kwartiersvergaderingen van maart 1706, 1707 en 1708 drongen gecommitteerden aan op verantwoording door rentmeester Gijsbert Boonaerts van zijn administratie. Betalingen behoorden met deugdelijke kwitanties te worden geverifieerd, terwijl ook ontvangen omslagen verantwoord dienden te worden. Eerst na spoedig daarop gevolgd overlijden rentmeester wordt voortaan op de specifieke staat bij posten aangetekend, dat de kwitanties zijn gezien en wordt later bovendien een gedateerde, doch niet ondertekende, verklaring van afhoring geplaatst. Gezien ook de verklaringen van zijn erfgenaam voor gecommitteerden in september 1708, is het twijfelachtig of Boonaerts wel ooit kwitanties heeft overgelegd en of hij niet de goedgekeurde specifieke staten voldoende verantwoording heeft geacht.
Na overlijden Gijsbert Boonaerts werd bij resolutie van april 1708 besloten het rentmeestersambt voortaan volgens toerbeurt te doen vervullen. Om de 2 jaren zou voortaan het betreffende dorp de rentmeester aanstellen en voor deze verantwoordelijk zijn. Tot en met het jaar 1711-1712 treedt als zodanig op griffier Hendrik van Breugel. De specifieke staat is nog onder het rentmeesterschap van Gijsbert Boonaerts geformeerd. Na zijn dood zijn blijkens concept-rekening en resolutie van maart 1709 de uitbetalingen door Hendrik van Breugel geschied.
Van 1722 af worden er afzonderlijke rekeningen opgemaakt, die echter steeds genoemd werden naar het jaar van de specifieke staat en dus naar het jaar, waarop de ordinaris en extraordinaire lasten betrekking hebben en niet naar het jaar, waarin deze voldaan werden. Ook de ontvangsten wegens de repartitie worden verantwoord.
laatste wijziging 11-10-2020
207 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 32 bestanden
Inventaris
laatste wijziging 11-10-2020
207 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 32 bestanden
Kenmerken
Datering:
1592-1823
Vindplaats origineel:
BHIC 's-Hertogenbosch
Categorie:
laatste wijziging 11-10-2020
207 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 32 bestanden