J.F. (Frits) Fischer Fzn. werd geboren te Amsterdam in 1914. Al op jonge leeftijd werd zijn belangstelling voor zeilscheepvaart gewekt, behalve een ervaren zeezeiler was hij ook een gepassioneerd scheepsmodelbouwer. Daarnaast had hij enige ervaring met de restauratie van oude zeilschepen. Na een carrière in het zakenleven verdiepte hij zich in de maritieme historie, daartoe volgde hij colleges aan de universiteit in Leiden bij prof. J.R. Bruijn en dr. E.S. van Eyck.

In 1977 vond een visser voor de kust bij Scheveningen een kanonskogel in een van zijn netten. Dit was voor de 'Noordzee Duikvereniging Sirene' aanleiding om de betreffende locatie aan een nadere inspectie te onderwerpen, met als resultaat dat hier in 1981 een groot anker van een schip werd geborgen. Het was echter onbekend, ook bij de officiële instanties, tot welk schip het behoorde. Het is tegen deze achtergrond dat Fischer gegrepen werd door de geschiedenis van de Delft. De aanleiding voor zijn onderzoek, dat startte begin jaren tachtig, was het anker, dat na restauratie enige tijd voor de ingang van het kantoor van de havenmeester in Scheveningen was opgesteld. Fischer nam zich voor de herkomst ervan uit te zoeken. Uiteindelijk kon door zijn onderzoek worden vastgesteld dat het afkomstig was van 's-Lands Linieschip van Oorlog Delft. Deze driemaster werd tijdens de Slag bij Camperduin op 15 oktober 1797, acht kilometer voor de kust bij Schoorl, door Britse oorlogsschepen volledig wrak geschoten. Na een sleeptocht van vier dagen zonk zij, 22 mijl uit de kust van Scheveningen uiteindelijk naar de Noordzeebodem. Het onderzoek naar de geschiedenis van dit schip, dat overigens niet op de wrakkenlijst stond vermeld, zou ruim 15 jaar duren. De resultaten kregen hun beslag in een lijvig boek met als titel: De Delft. De dagjournalen met de complete en authentieke geschiedenis van 's-Lands Schip van Oorlog Delft en de waarheid over de zeeslag bij Camperduin (Franeker, 1997). Het boek bracht veel feiten over dit schip, 200 jaar na haar zinken, aan het daglicht. Voor de totstandkoming van zijn boek deed Fischer onderzoek in archieven van admiraliteitscolleges, scheepsjournalen, de logboeken van Britse oorlogsschepen en gemeente-, kerkelijke-, notariële-, en particuliere archieven. Niet alleen in Nederland, maar ook in Denemarken, Frankrijk en Engeland en zelfs in Marokko.

Met behulp van de gegevens uit het boek werd in 2001 een aanvang gemaakt met de reconstructie van de Delft op een werf in Rotterdam-Delfshaven. Fischer was een van de instigatoren en nauw betrokken bij de werkzaamheden rond dit project. Bovendien werd er aan de hand van reconstructietekeningen van de scheepsbouwkundig tekenaar P. Akkerman, door G.J. Vooijs een scheepsmodel (1:48) gemaakt. Dit schaalmodel leverde belangrijke nadere informatie voor de herbouw.
Verder bevat de collectie ook onderzoeksmateriaal betreffende J. (Jan) A. Haringman (1782-1836), majoor der Cavalerie en cadet bij het Regiment van generaal van Westerloo (1792).
Fischer overleed in 2007, op drie-en-negentig jarige leeftijd.